Uitspraken

Een deel van alle rechterlijke uitspraken wordt gepubliceerd op rechtspraak.nl. Dit gebeurt gepseudonimiseerd.

Deze uitspraak is gepseudonimiseerd volgens de pseudonimiseringsrichtlijn

ECLI:NL:CRVB:2018:3605

Centrale Raad van Beroep
15-11-2018
19-11-2018
16/5992 AW
Ambtenarenrecht
Hoger beroep

De beëindiging van de bovenwettelijke uitkering bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd, levert zonder nadere door de staatssecretaris te treffen voorzieningen, een verboden onderscheid op naar leeftijd als bedoeld in de Wgbla. De Raad zal de staatssecretaris opdragen om opnieuw op het bezwaar van betrokkene te beslissen met inachtneming van deze uitspraak.

Rechtspraak.nl

Uitspraak

16 5992 AW, 16/7260 AW

Centrale Raad van Beroep

Enkelvoudige kamer

Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van
5 augustus 2016, 15/4569 (aangevallen uitspraak)

Partijen:

de Minister van Defensie, thans de Staatssecretaris van Defensie (staatssecretaris)

[betrokkene] te [woonplaats] (betrokkene)

Datum uitspraak: 15 november 2018

PROCESVERLOOP

Dit geding, dat aanvankelijk is gevoerd ten name van de Minister van Defensie, is in verband met wijziging van taken voortgezet ten name van de staatssecretaris. Waar in deze uitspraak wordt gesproken van staatssecretaris, wordt daaronder in voorkomend geval (mede) verstaan de Minister van Defensie.

Namens de staatssecretaris heeft mr. R. van Arkel, advocaat, hoger beroep ingesteld. Namens betrokkene heeft mr. G.M. Boerma een verweerschrift ingediend.

Ter uitvoering van de aangevallen uitspraak heeft de staatssecretaris op 21 november 2016 een nieuwe beslissing op bezwaar (nader besluit) genomen. Daarop heeft betrokkene zijn reactie kenbaar gemaakt.

Onder toepassing van artikel 8:57, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is een onderzoek ter zitting achterwege gebleven, waarna de Raad het onderzoek met toepassing van artikel 8:57, derde lid, van de Awb heeft gesloten.

OVERWEGINGEN

1. Betrokkene was als burgerambtenaar werkzaam bij het Ministerie van Defensie. Aan hem is met ingang van 1 juni 2015 overtolligheidsontslag verleend met toepassing van artikel 116, eerste lid, van het Burgerlijk ambtenarenreglement defensie (Bard) en het Sociaal Beleidskader Defensie 2012-2016. De staatssecretaris heeft aan betrokkene op grond van het Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Defensie (BWDEF) een bovenwettelijke uitkering toegekend en daarbij bepaald dat die eindigt op de eerste dag van de maand volgend op die waarin hij de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt (toekenningsbesluit). Bij besluit van 12 oktober 2015 (bestreden besluit) heeft de staatssecretaris het toekenningsbesluit gehandhaafd.

2. Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank - met bepalingen over proceskosten en griffierecht - het beroep gegrond verklaard, het bestreden besluit wegens verboden onderscheid naar leeftijd vernietigd en de staatssecretaris opgedragen een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen met inachtneming van de uitspraak.

3. Bij het nadere besluit heeft de staatssecretaris, mede naar aanleiding van de uitspraken van de Raad van 18 juli 2016 (zie onder meer ECLI:NL:CRVB:2016:2615) aan betrokkene voor de periode vanaf de beëindiging van de bovenwettelijke uitkering tot hij de AOW-leeftijd heeft bereikt, in aanvulling op de tegemoetkoming waarop betrokkene recht heeft op grond van de ‘Voorlopige voorziening tegemoetkoming inkomensderving als gevolg van ophoging AOW-leeftijd’, Stcrt 28 september 2015, nr. 31772, een maandelijkse bruto uitkering toegekend die een netto uitkering oplevert die gelijk is aan de netto AOW-uitkering, inclusief vakantiegeld (tegemoetkoming AOW-hiaat). Daarnaast is aan betrokkene voor diezelfde periode een compensatie (bruto) toegekend in verband met het feit dat hij (mogelijk) zijn ouderdomspensioen vervroegd laat ingaan bij het bereiken van de leeftijd van 65 jaar (compensatie). De beëindigingsdatum van de bovenwettelijke uitkering is bij het nadere besluit gehandhaafd.

4. Nu met het nadere besluit niet geheel aan de bezwaren van betrokkene is tegemoetgekomen, zal de Raad, gelet op de artikelen 6:19 en 6:24 van de Awb, dit besluit mede in zijn beoordeling betrekken.

5. De Raad komt tot de volgende beoordeling.

De aangevallen uitspraak

5.1.

De Raad stelt met de staatssecretaris vast dat de rechtbank in de aangevallen uitspraak abusievelijk de term wachtgelduitkering heeft gebruikt in plaats van bovenwettelijke uitkering. Waar in de aangevallen uitspraak wordt gesproken over wachtgelduitkering leest

de Raad dan ook bovenwettelijke uitkering op grond van het BWDEF.

5.2.

De staatssecretaris betwist niet langer dat de beëindiging van de bovenwettelijke uitkering bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd zonder enige vervangende voorziening voor betrokkene een verboden onderscheid naar leeftijd oplevert als bedoeld in de Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid (Wgbla). De staatssecretaris heeft aangevoerd dat de motivering van de rechtbank op onderdelen onjuist is en niet in overeenstemming met de uitspraken van de Raad van 18 juli 2016 (zie onder meer ECLI:NL:CRVB:2016:2615). Deze beroepsgrond slaagt niet. De motivering van de rechtbank wijkt niet wezenlijk af van de motivering van de Raad in de uitspraken van 18 juli 2016 in de vergelijkbare zaken. Ook de rechtbank is in de kern van oordeel dat de beëindiging van de bovenwettelijke uitkering bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd, zonder nadere door de staatssecretaris te treffen voorzieningen, een verboden onderscheid naar leeftijd oplevert als bedoeld in de Wgbla.

5.3.

Uit 5.2 volgt dat de aangevallen uitspraak moet worden bevestigd.

Het nadere besluit

5.4.

Betrokkene heeft betoogd dat de beëindiging van de bovenwettelijke uitkering bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd, onder gelijktijdige toekenning van de tegemoetkoming op grond van de Voorlopige voorziening, de tegemoetkoming AOW-hiaat en de compensatie, nog steeds verboden onderscheid naar leeftijd oplevert. Dit betoog slaagt. Hiertoe wordt, kortheidshalve, verwezen naar wat hierover is overwogen in de uitspraken van 18 juli 2016 (zie onder meer ECLI:NL:CRVB:2016:2615), 26 april 2017 (ECLI:NL:CRVB:2017:1473) en 22 februari 2018 (ECLI:NL:CRVB:2018:526). Dit betekent dat het nadere besluit dient te worden vernietigd.

5.5.

De Raad zal de staatssecretaris opdragen om opnieuw op het bezwaar van betrokkene te beslissen met inachtneming van deze uitspraak. De Raad zal verder met toepassing van

artikel 8:113, tweede lid, van de Awb bepalen dat een - onverhoopt - beroep tegen het

nieuwe besluit slechts bij de Raad kan worden ingesteld.

6. Aanleiding bestaat de staatssecretaris te veroordelen in de kosten van betrokkene voor verleende rechtsbijstand tot een bedrag van € 751,50 (1 punt voor het verweerschrift, 0,5 punt voor de reactie op het nadere besluit, € 501,- per punt).

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep

  • -

    bevestigt de aangevallen uitspraak;

  • -

    verklaart het beroep tegen het besluit van 21 november 2016 gegrond en vernietigt

dat besluit;

  • -

    bepaalt dat de staatssecretaris een nieuwe beslissing op bezwaar neemt en bepaalt dat beroep tegen het nieuwe besluit slechts bij de Raad kan worden ingesteld;

  • -

    veroordeelt de staatssecretaris in de proceskosten van betrokkene tot een bedrag van

€ 751,50;

- bepaalt dat van de staatssecretaris een griffierecht van € 503,- wordt geheven.

Deze uitspraak is gedaan door E.J.M. Heijs, in tegenwoordigheid van P.W.J. Hospel als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 15 november 2018.

(getekend) E.J.M. Heijs

(getekend) P.W.J. Hospel

md

De gegevens worden opgehaald

Hulp bij zoeken

Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over:

Selectiecriteria

De Rechtspraak, Hoge Raad der Nederlanden en Raad van State publiceren uitspraken op basis van selectiecriteria:

  • Uitspraken zaken meervoudige kamers
  • Uitspraken Hoge Raad en appelcolleges
  • Uitspraken met media-aandacht
  • Uitspraken in strafzaken
  • Europees recht
  • Richtinggevende uitspraken
  • Wraking

Weekoverzicht

Selecteer een week en bekijk welke uitspraken er in die week aan het uitsprakenregister zijn toegevoegd.