Over de omstandigheden van het onderhavige geval heeft de notaris het volgende verklaard, zakelijk weergegeven.
Het is erflaatster zelf geweest die de notaris telefonisch heeft verzocht een testament op te stellen. Ze heeft daarbij gezegd dat ze haar testament wilde wijzigen en dat ze dit op korte termijn geregeld wilde hebben.
De notaris is daarom zo spoedig mogelijk naar haar toe gegaan. Op 28 mei 2013 heeft de notaris uitgebreid, gedurende ongeveer vijf kwartier, met erflaatster gesproken, bij haar broer thuis, waar zij verbleef. Het was een naar omstandigheden normaal gesprek. Erflaatster heeft daarbij uitgelegd wat zij wilde en waarom zij dat wilde. De notaris heeft daarover doorgevraagd. Haar wensen waren goed verklaarbaar door de toelichting die zij gaf. De notaris sprak alleen met erflaatster, hoewel de andere bewoners waarschijnlijk wel binnen gehoorafstand waren. Op grond van het gesprek had de notaris voldoende informatie voor het opstellen van een concepttestament.
Op 29 mei 2013 heeft erflaatster de notaris opgebeld en heeft de notaris, in een telefoongesprek van ruim een kwartier, opnieuw met erflaatster gesproken over haar wensen. Het gesprek ging over bewind en executele en erflaatster stelde gerichte vragen over het testament. Het concepttestament is die dag afgegeven aan het adres van de broer van erflaatster.
Op 7 juni 2013 heeft de notaris in het ziekenhuis met erflaatster gesproken. Het gesprek heeft ongeveer drie kwartier tot een uur geduurd. De broer van erflaatster was aanwezig, maar heeft niet aan het gesprek deelgenomen. In het gesprek is het concepttestament doorgenomen en besproken. Erflaatster wenste een wijziging van het testament op één onderdeel, te weten in het aan de kinderen van erflaatster enerzijds en de broer van erflaatster anderzijds toekomende erfdeel. Op gevoelsmatige gronden wenste zij dat allen een gelijk erfdeel zouden krijgen. Voor de notaris was dat een nieuw gegeven en hij heeft met erflaatster de mogelijke gevolgen voor de legitieme portie van de kinderen besproken. Erflaatster heeft daarbij zelf een schatting van haar vermogen gegeven en ook de verwachte verkoopprijs van haar woning genoemd. De notaris vond bij die gelegenheid de gezondheidstoestand van erflaatster zwak, maar haar geestelijk niet warrig. Tijdens het hele gesprek communiceerde zij adequaat. Voor hem bestond geen twijfel dat erflaatster haar wil kon bepalen. Aan het einde van het gesprek heeft de notaris erflaatster het nummer van zijn mobiele telefoon gegeven en gezegd dat hij langs zou komen als ze erg achteruit zou gaan. Erflaatster heeft daarop gevraagd het nummer aan haar broer te geven.
De schoonzus van erflaatster heeft de notaris op 8 juni 2013 opgebeld en gevraagd naar het ziekenhuis te komen voor het passeren van het testament. De notaris heeft twee medewerkers meegenomen om te kunnen fungeren als getuigen, voor het geval erflaatster niet meer in staat zou zijn een handtekening onder het testament te plaatsen. Met het oog hierop had de notaris twee versies van het testament bij zich, een voor het geval erflaatster zou kunnen ondertekenen en een voor het geval erflaatster daartoe niet in staat zou zijn. In het ziekenhuis werden de notaris en de getuigen ontvangen door een verpleegkundige, die wist waarvoor zij kwamen. De verpleegkundige zei niets waaruit moest worden opgemaakt dat erflaatster niet in staat was aan het passeren van het testament mee te werken. Erflaatster bleek erg verzwakt en het was duidelijk dat zij niet lang meer te leven had. Ze herkende de notaris en zei dat ze wist wie hij was en waarvoor hij kwam. Ze zei ook dat ze een van de getuigen herkende omdat ze die jaren geleden had ontmoet. Ze gaf aan dat ze niet in staat was om een handtekening te zetten. Zij had geen lange verhalen, maar reageerde wel normaal op wat de notaris zei en gaf aan dat ze hem begreep. De notaris heeft het testament volledig voorgelezen en bij de onderdelen steeds een toelichting gegeven. Ze antwoordde op gerichte vragen: ‘ja’, ‘nee’, ‘het is goed zo’, ‘dat begrijp ik’. De bijeenkomst duurde ongeveer dertig tot veertig minuten.