5 De overwegingen van de rechtbank
De rechtbank heeft ten aanzien van het geschil het volgende overwogen.
“1. Voor de indeling zijn wettelijk bepalend de bewoordingen van de posten en de aantekeningen op de afdelingen of op de hoofdstukken. Het is vaste rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: HvJ), dat in het belang van de rechtszekerheid en van een gemakkelijke controle, het beslissende criterium voor de tariefindeling van goederen in de regel moet worden gezocht in hun objectieve kenmerken en eigenschappen zoals deze in de tekst van de post zijn omschreven. De door de Commissie vastgestelde toelichtingen op de GN en de in het kader van de Werelddouaneorganisatie uitgewerkte toelichtingen op het geharmoniseerd systeem inzake de omschrijving en de codering van goederen (hierna: GS) zijn, hoewel rechtens niet bindend, belangrijke hulpmiddelen bij de uitlegging van de draagwijdte van de verschillende tariefposten.
2. Eveneens volgens vaste rechtspraak van het HvJ kan de bestemming van een product een objectief indelingscriterium zijn, wanneer die bestemming inherent is aan dit product. De inherentie moet kunnen worden beoordeeld aan de hand van de objectieve eigenschappen en kenmerken van het product. Dienaangaande moet rekening worden gehouden met wat voor de consument hoofd- en bijzaak is (vgl. HvJ 14 april 2011, C-288/09 (British Sky Broadcasting Group plc), r.o. 76 en 77).
3. Tussen partijen is niet in geschil dat de aangegeven GN-code onjuist is. Tussen partijen is evenmin in geschil dat [Het apparaat] , gelet op de objectieve kenmerken en eigenschappen van dit product, in beginsel vatbaar is voor indeling onder GN-code 8517 62 00. Gelet op de eigenschappen van [Het apparaat] volgt de rechtbank partijen hierin.
4. Uit de objectieve kenmerken en eigenschappen blijkt voorts dat [Het apparaat] een luidspreker is als bedoeld onder post 8518. Uit de bewoordingen van die post volgt, anders dan eiseres stelt, niet dat post 8518 niet ziet op een apparaat als [Het apparaat] dat binnen een netwerk communiceert. Dat de luidspreker een fysiek en bovendien relatief goedkoop onderdeel van [Het apparaat] is en dat [Het apparaat] meer is dan alleen een luidspreker, staat evenmin in de weg aan het aanmerken van de luidsprekerfunctie als afzonderlijke functie.
5. Nu [Het apparaat] over zowel een netwerkfunctie als een luidsprekerfunctie beschikt, is het dus een machine met twee of meer verschillende of afwisselende functies in de zin van aantekening 3 op afdeling XVI (vgl. HvJ 14 april 2011, C-288/09 (British Sky Broadcasting Group plc), r.o. 70 en 71). Derhalve moet worden nagegaan welke functie de hoofdfunctie is die kenmerkend is voor het complex. De rechtbank is van oordeel dat de luidsprekerfunctie als zodanig moet worden aangemerkt en dat [Het apparaat] moet worden ingedeeld onder GN-code 8518 22 00. Zoals ter zitting door eiseres is gedemonstreerd, kan het [X netwerk] tot stand worden gebracht met een andere [X speler] (ter zitting is een opstelling gemaakt met de [X speler] ) dan [Het apparaat] en kan ook zonder dat [Het apparaat] deel uitmaakt van het netwerk via een andere op het netwerk aangesloten [X speler] naar muziek worden geluisterd. Door [Het apparaat] aan het netwerk toe te voegen wordt het geluid voller, aangezien [Het apparaat] lage tot zeer lage tonen weergeeft en daardoor het geluid dat door de andere [X speler] (s) wordt weergegeven completeert. Als alleen [Het apparaat] deel uitmaakt van het [X netwerk] kan [Het apparaat] geen geluid weergeven; daarvoor is altijd een andere [X speler] nodig. [Het apparaat] onderscheidt zich dus van andere [X spelers] door de mogelijkheid om lage tot zeer lage tonen weer te geven. Ook uit de wijze waarop [Het apparaat] wordt aangeprezen bij het publiek, namelijk als subwoofer die de kamer vult met een diep en vol geluid, is af te leiden dat de luidsprekerfunctie de hoofdfunctie van het complex is. Zoals blijkt uit de website van eiseres, is de consumentenprijs van de [X speler]
€ 399, terwijl de consumentenprijs van [Het apparaat] € 699 bedraagt. Dit alles brengt de rechtbank tot het oordeel dat [Het apparaat] , bezien vanuit het oogpunt van de consument, hoofdzakelijk wordt aangeschaft voor het weergeven van lage tot zeer lage tonen, dus voor de luidsprekerfunctie. Dat de informatie-uitwisseling tussen [Het apparaat] en het netwerk noodzakelijk is om [Het apparaat] de luidsprekerfunctie te kunnen laten vervullen en de lage tot zeer lage tonen te isoleren en te verwerken, maakt niet dat de netwerkfunctie de hoofdfunctie is.
6. Ter onderbouwing van haar standpunt dat [Het apparaat] onder GN-code 8517 62 00 dient te worden ingedeeld heeft eiseres er voorts op gewezen dat [Het apparaat] voldoet aan de omschrijving van netwerkapparatuur in de ITA, die als volgt luidt:
“Network equipment: Local Area Network (LAN) and Wide Area Network (WAN) apparatus, including those products dedicated for use solely and principally to permit the interconnection of automatic data processing machines and units thereof for a network that is used primarily for the sharing of resources such as central processor units, data storage devices and input and output units - including adapters, hubs, in-line repeaters, converters, concentrators, bridges and routers, and printed circuit assemblies for physical incorporation into automatic data processing machines and units thereof.”
7. Het is vaste rechtspraak van het HvJ dat, ook al roepen de bepalingen van overeenkomsten als de ITA voor particulieren geen rechten in het leven waarop zij zich krachtens Unierecht rechtstreeks voor de rechter kunnen beroepen, wanneer een Unieregeling op een bepaald gebied bestaat, de voorrang van de door de EU gesloten internationale overeenkomsten op teksten van afgeleid recht gebiedt deze laatste zoveel mogelijk in overeenstemming met deze overeenkomsten uit te leggen (vgl. HvJ 14 april 2011, C-288/09 (British Sky Broadcasting Group plc), r.o. 83). Onder afgeleid recht vallen onder meer verordeningen, zoals de in deze zaak toepasselijke GN-versie die is neergelegd in Verordening (EU) Nr. 1006/2011 van de Commissie van 27 september 2011 die op 1 januari 2012 in werking is getreden.
8. Nu de rechtbank hiervoor onder 5 heeft geoordeeld dat de luidsprekerfunctie de kenmerkende hoofdfunctie is, voldoet [Het apparaat] niet aan de omschrijving van netwerkapparatuur in de ITA. De rechtbank ziet geen aanleiding prejudiciële vragen te stellen over de indeling van [Het apparaat] .
9. Hoewel de aangegeven goederencode 8519 89 19 onjuist is en [Het apparaat] moet worden ingedeeld onder goederencode 8518 22 00, leidt dit niet tot vernietiging van de utb aangezien in 2012 voor beide goederencodes hetzelfde tarief van toepassing was.
10. Gelet op het vorenoverwogene dient het beroep ongegrond te worden verklaard.”
5 Boordeling van het geschil
5.1.
[het in te delen apparaat] (hierna: [Het apparaat] ) is – gelijk belanghebbende gemotiveerd heeft gesteld en het Hof aannemelijk acht – wat betreft technische uitrusting, zoals de aanwezigheid van versterker(s), luidsprekers, automatische gegevensverwerkende machine, voeding etc, gelijk aan die van een [X speler] [type aanduiding] , welk toestel het onderwerp vormt van het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 17 maart 2016 in zaak C-84/15, [X] BV (ECLI:EU:C:2016:184). Weliswaar kan [Het apparaat] slechts geluid weergeven in combinatie met een [X speler] [type aanduiding] , maar dit vindt zijn oorzaak in de software en niet in een verschil in de technische uitrusting van [Het apparaat] en de [X speler] [type aanduiding] , aldus belanghebbende. Zodra [Het apparaat] via de [X software] is gekoppeld met één van de [X spelers] [type aanduiding] in het [X netwerk] , ontvangt [Het apparaat] instructies om de lage tonen uit de desbetreffende digitale ‘datastream’ te isoleren en te verwerken, terwijl de gekoppelde [X speler] [type aanduiding] de instructie krijgt de andere tonen uit diezelfde datastream weer te geven. Beide apparaten ontvangen hun datastream rechtstreeks en gelijktijdig van dezelfde bron, bijvoorbeeld van het internet. Tezamen brengen [Het apparaat] en de [X speler] [type aanduiding] dan het gewenste geluidsbestand ten gehore; [Het apparaat] de lage tonen en de [X speler] [type aanduiding] de hogere tonen.
5.2.
Uit het voorgaande volgt dat al hetgeen het Hof van Justitie van Europese Unie (hierna: Hof van Justitie) in voormeld arrest heeft overwogen ten aanzien van de [X speler] [type aanduiding] onverkort heeft te gelden voor [Het apparaat] . In genoemd arrest heeft het Hof van Justitie onder meer het volgende overwogen:
“38. Uit de beschrijving van de verwijzende rechter – waarvan de essentie in de punten 17 tot en met 21 van dit arrest is overgenomen – blijkt immers dat de [X speler] is ontworpen om op het internet beschikbare geluidsbestanden op te halen, te ontvangen en in de vorm van geluid – versterkt via vijf luidsprekers waarmee het toestel is uitgerust – weer te geven. Wanneer hij met een lokaal netwerk is verbonden, kan de [X speler] ook geluidsbestanden streamen die zijn opgeslagen in het geheugen van de toestellen binnen dit netwerk. Dat betekent dat de [X speler] zelf niet de bron genereert van het geluid dat hij verspreidt, aangezien deze bron bestaat in een geluidsbestand dat, naargelang van het geval, op een externe server is opgeslagen waarmee de [X speler] via internet in verbinding staat of op een ander toestel waarmee de [X speler] een lokaal netwerk deelt.
39. Bijgevolg bestaat de enige functie van de [X speler] erin geluid weer te geven. In dit verband vormen de centrale processor die de geluidsbestanden verwerkt, de verschillende poorten voor de aansluiting op een lokaal netwerk en de internetverbinding geen afzonderlijke door het toestel vervulde functies, maar technische kenmerken die noodzakelijk zijn voor de werking van het toestel. Het ontvangen van geluid door middel van netwerkcommunicatie betreft immers een technologische vernieuwing van de wijze waarop gegevens van een geluidsbron worden ontvangen, omgezet en weergegeven.
40. Gelet hierop is, anders dan de Nederlandse regering aanvoert, aantekening 3 op afdeling XVI van de GN, die betrekking heeft op machines en combinaties van machines met twee of meer verschillende (afwisselende of aanvullende) functies, niet van belang voor de tariefindeling van een product zoals de [X speler] . Volgens de in punt 32 van dit arrest gememoreerde rechtspraak van het Hof moet het beslissende criterium in dit verband immers worden gezocht in de objectieve kenmerken en eigenschappen van het betrokken product.
41. In dit geval komt de functie van de [X speler] , bestaand in het weergeven van geluid, overeen met de bewoordingen van GN-post 8519.”
5.3.
Zoals volgt uit de onder 5.2 geciteerde overwegingen van het Hof van Justitie heeft een [X speler] [type aanduiding] – en dus ook een [Het apparaat] , die over dezelfde technische uitrusting beschikt – slechts één functie, namelijk het weergeven van geluid, en deze functie komt niet overeen met de bewoordingen van post 8517 of post 8518. Aan dit oordeel van het Hof van Justitie doet niet af dat – zoals belanghebbende op zichzelf met juistheid naar voren heeft gebracht – in de nationale procedure de rechtbank, het Hof en de Hoge Raad van oordeel waren dat de [X speler] [type aanduiding] in beginsel ook vatbaar is voor indeling onder post 8517.
5.4.
Gelet op het vorenoverwogene beschikt ook [Het apparaat] slechts over één functie – het weergeven van geluid – welke functie overeenkomt met de bewoordingen van post 8519. Aan dit oordeel staat niet in de weg dat [Het apparaat] , gelet op de omvang van de klankkast en de aard van de ingebouwde speakers met name geschikt is voor het weergeven van lage tonen. Nu vast staat dat [Het apparaat] niet is voorzien van een ingebouwd apparaat voor het opnemen van geluid dient indeling, met toepassing van indelingsregel 1 en 6, te geschieden onder GN-onderverdeling 8519 89 19. Blijkens de stukken van het geding is dit de GN-onderverdeling die belanghebbende in haar aangifte heeft vermeld.
5.5.
Slotsom is dat de UTB, gelijk de rechtbank heeft geoordeeld, terecht en op het juiste bedrag is vastgesteld. De uitspraak van de rechtbank dient evenwel te worden vernietigd, voor zover het de kennelijke verschrijving in het dictum betreft, waarin is opgenomen: ‘verklaart het beroep gegrond’, terwijl uit overweging 10 van de rechtbankuitspraak en de inhoudelijke beslissing van de rechtbank onmiskenbaar volgt dat de rechtbank heeft beoogd het beroep ongegrond te verklaren.
7 Beslissing
De uitspraak is gedaan door mrs. B.A. van Brummelen, voorzitter van de douanekamer,
A. Bijlsma en G.D. van Norden, leden van de douanekamer, in tegenwoordigheid van
mr. C. Lambeck, als griffier. De beslissing is op 14 juli 2016 in het openbaar uitgesproken.
Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de verzenddatum beroep in cassatie worden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), Postbus 20303, 2500 EH Den Haag. Daarbij moet het volgende in acht worden genomen:
1. bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd.
2. het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;
b. een dagtekening;
c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het beroep in cassatie is gericht;
d. de gronden van het beroep in cassatie.
Voor het instellen van beroep in cassatie is griffierecht verschuldigd. Na het instellen van beroep in cassatie ontvangt de indiener een nota griffierecht van de griffier van de Hoge Raad.
In het cassatieberoepschrift kan de Hoge Raad verzocht worden om de wederpartij te veroordelen in de proceskosten.