Uitspraken

Een deel van alle rechterlijke uitspraken wordt gepubliceerd op rechtspraak.nl. Dit gebeurt gepseudonimiseerd.

Deze uitspraak is gepseudonimiseerd volgens de pseudonimiseringsrichtlijn

ECLI:NL:GHAMS:2019:4495

Gerechtshof Amsterdam
17-12-2019
28-01-2020
200.228.756/01
Civiel recht
Hoger beroep

Leaseovereenkomst inzake een personenauto. De consument mocht erop vertrouwen dat de autodealer bevoegd was om de leasemaatschappij te vertegenwoordigen en mag zich tegenover de leasemaatschappij beroepen op mededelingen van de dealer over eigenschappen van de personenauto.

Zie ECLI:NL:GHAMS:2018:57.

Rechtspraak.nl
NTHR 2020, afl. 2, p. 84

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM

afdeling civiel recht en belastingrecht, team I

zaaknummer : 200.228.756/01

zaaknummer rechtbank Noord-Holland : 5984372 / CV EXPL 17-4544

arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 17 december 2019

inzake

[appellante] ,

wonend te [woonplaats] , gemeente [gemeente] ,

appellante in principaal beroep, tevens geïntimeerde in incidenteel beroep,

advocaat: mr. M. Hoogenboom te Rotterdam,

tegen

AXUS NEDERLAND B.V.,

gevestigd te Hoofddorp, gemeente Haarlemmermeer,

geïntimeerde in principaal beroep, tevens appellante in incidenteel beroep,

advocaat: mr. H.H.M. Meijroos te Den Haag.

1 Het geding in hoger beroep

Partijen worden hierna [appellante] en Axus genoemd.

[appellante] is bij dagvaarding van 27 november 2017 in hoger beroep gekomen van een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Haarlem (hierna: de kantonrechter), van 27 september 2017, onder bovenvermeld zaaknummer gewezen tussen [appellante] als eiseres in conventie, tevens verweerster in (voorwaardelijke) reconventie en Axus als gedaagde in conventie, tevens eiseres in (voorwaardelijke) reconventie.

Het hof heeft vervolgens bij arrest van 9 januari 2018 een comparitie van partijen bevolen. Deze heeft plaatsgevonden op 17 mei 2018. Van de comparitie is proces-verbaal opgemaakt dat zich bij de processtukken bevindt.

Partijen hebben daarna de volgende stukken ingediend:

- memorie van grieven, tevens houdende wijziging van eis, met producties;

- memorie van antwoord, tevens memorie van grieven in incidenteel appel, met

een productie;

- memorie van antwoord in incidenteel appel;

- akte van de zijde van Axus;

- antwoordakte van de zijde van [appellante] .

Ten slotte is arrest gevraagd.

[appellante] heeft in het principale appel geconcludeerd dat het hof het bestreden vonnis zal vernietigen voor zover in conventie gewezen en zal bekrachtigen voor zover in (voorwaardelijke) reconventie gewezen, en, kort samengevat, - uitvoerbaar bij voorraad - de leaseovereenkomst tussen partijen (primair) zal vernietigen en (subsidiair) zal ontbinden, en Axus zowel primair als subsidiair zal veroordelen om de Volvo XC60 D4 190pk Geartronic Nordic+ met kenteken [kenteken] (hierna: de Volvo) terug te nemen en de door [appellante] betaalde en nog tot de dag der inlevering van de Volvo te betalen leasetermijnen met wettelijke rente aan [appellante] terug te betalen; een en ander met veroordeling van Axus in de kosten van de procedure in beide instanties, met nakosten en wettelijke rente.

In het incidentele appel heeft [appellante] haar conclusie tot bekrachtiging van het bestreden vonnis voor zover in (voorwaardelijke) reconventie gewezen herhaald en geconcludeerd tot verwerping van dat appel, met veroordeling van Axus in de kosten van de procedure in het incidentele appel, met nakosten en wettelijke rente.

Axus heeft in het principale appel geconcludeerd tot bekrachtiging van het bestreden vonnis in conventie, met - uitvoerbaar bij voorraad - veroordeling van [appellante] in de kosten van de procedure in beide instanties, primair deze kosten op te maken bij staat en subsidiair conform het liquidatietarief, met wettelijke rente.

In het incidentele appel heeft Axus geconcludeerd dat het hof het bestreden vonnis voor zover in (voorwaardelijke) reconventie gewezen zal vernietigen en [appellante] - uitvoerbaar bij voorraad - zal veroordelen tot betaling van alle door Axus gemaakte kosten als bedoeld in artikel 17.6 van haar algemene voorwaarden, deze kosten op te maken bij staat, met wettelijke rente, met veroordeling van [appellante] in de kosten van de procedure in reconventie in eerste aanleg en het incidenteel appel, primair deze kosten op te maken bij staat en subsidiair conform het liquidatietarief, met wettelijke rente

Beide partijen hebben in hoger beroep bewijs van hun stellingen aangeboden.

Vervolgens is arrest gevraagd.

2 Feiten

De kantonrechter heeft in het bestreden vonnis onder 2.1 tot en met 2.6 de feiten vastgesteld die hij tot uitgangspunt heeft genomen. Deze feiten zijn in hoger beroep niet in geschil en dienen derhalve ook het hof als uitgangspunt. [appellante] heeft met grief I gesteld dat het feitenoverzicht van de kantonrechter onvolledig is. Het hof houdt daarmee rekening bij de beoordeling van de zaak. Samengevat komen de feiten neer op het volgende.

2.1

[appellante] heeft in of omstreeks februari 2016 Volvo-dealer [X] in [plaats] (hierna: de dealer) benaderd en gesproken met [A] (hierna: [A] ) over de aanschaf van een nieuwe auto.

2.2

Axus drijft een leasemaatschappij. Zij financiert auto’s en handelt onder meer onder de naam Volvo Car Lease. Op aanvraag heeft zij [appellante] offertes toegezonden voor de lease van een Volvo, laatstelijk op 5 april 2016 (hierna: de offerte). De offerte werd uitgebracht op briefpapier waarop het logo van Volvo stond. In de offerte staat [A] als contactpersoon vermeld.

2.3

Tussen partijen is vervolgens een leaseovereenkomst gesloten (hierna: de leaseovereenkomst) met betrekking tot de Volvo. Zowel in de offerte als in de leaseovereenkomst staat vermeld dat de Volvo beschikt over een Driver Alert systeem (hierna: DAS) en een Lane Departure systeem (hierna: LDS). Dit houdt in dat bij het onbedoeld verlaten van de rijbaan of bij slingerend rijden een waarschuwend geluidssignaal wordt gegeven.

2.4

Op de leaseovereenkomst zijn de Algemene Voorwaarden Volvo Car Lease (hierna: AV) van toepassing. Artikel 17.6 AV luidt als volgt: “Alle kosten die worden gemaakt ter bescherming en behoud van rechten en aanspraken van Lessor en de uitoefening daarvan - zoals kosten voor het niet of niet tijdig voldoen van enige betalingsverplichting, (buiten)gerechtelijke kosten, kosten van juridische procedures, incasso en sommaties - zijn voor rekening van Lessee. (…)”

2.5

De Volvo is door Axus gekocht bij de dealer en op 29 augustus 2016 aan [appellante] ter beschikking gesteld.

2.6

De Volvo beschikt niet over een Lane Keeping Aid (hierna: LKA of tril- en terugstuurfunctie). Dit is een functie waarbij automatisch wordt ingegrepen en teruggestuurd indien de auto onbedoeld de rijbaan verlaat.

3 Beoordeling

3.1

In eerste aanleg heeft [appellante] in conventie gevorderd, kort samengevat, dat de kantonrechter Axus - uitvoerbaar bij voorraad - veroordeelt, op straffe van verbeurte van dwangsommen, om [appellante] een nieuwe Volvo XC60 D4 190pk Geartronic Nordic+ ter beschikking te stellen die voldoet aan de eigenschappen, inclusief de ‘tril- en terugstuurfunctie’, die zij op grond van de overeenkomst mocht verwachten, en tot betaling aan [appellante] van een bedrag gelijk aan 25% van de door haar betaalde en te betalen leasetermijnen in de periode dat [appellante] niet de beschikking heeft gehad over een dergelijke Volvo. Axus heeft hiertegen gemotiveerd verweer gevoerd. In (voorwaardelijke) reconventie heeft Axus gevorderd dat de kantonrechter - uitvoerbaar bij voorraad - [appellante] veroordeelt tot betaling van alle door Axus in en voor deze procedure gemaakte buitengerechtelijke kosten, hoe ook genaamd, nader op te maken bij staat, met wettelijke rente. [appellante] heeft hiertegen gemotiveerd verweer gevoerd.

3.2

Bij het bestreden vonnis heeft de kantonrechter de vorderingen in conventie en in (voorwaardelijke) reconventie afgewezen. De kantonrechter heeft daartoe wat betreft de vordering in conventie overwogen dat [appellante] onvoldoende heeft gesteld om aan te nemen dat tegenover haar de schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid van de dealer ten aanzien van Axus is gewekt en dat zij daarop mocht vertrouwen. Verder is niet komen vast te staan dat de LKA in de leaseovereenkomst is opgenomen. [appellante] heeft ter onderbouwing van haar stelling dat de LKA onderdeel is van het DAS alleen verwezen naar informatie op de website Volvocars.com. Axus heeft dit gemotiveerd bestreden en erop gewezen dat de overgelegde informatie betrekking heeft op een Volvo V40. Aan de hand van overgelegde informatie aangaande een Volvo XC60 heeft Axus toegelicht dat het DAS in een Volvo van dat type geen LKA bevat. [appellante] heeft haar stelling dat de LKA wel bij het DAS hoort, vervolgens niet nader onderbouwd. De kantonrechter heeft in conventie [appellante] veroordeeld in de proceskosten, met rente. Wat betreft de door Axus in (voorwaardelijke) reconventie gevorderde integrale kostenveroordeling heeft de kantonrechter overwogen dat in artikel 17.6 AV niet met zoveel woorden is bedongen dat in afwijking van de regeling van de artikelen 237 tot en met 240 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering de integrale proceskosten, ook voor zover zij de gebruikelijke liquidatietarieven overstijgen, door [appellante] dienen te worden gedragen. In reconventie is Axus veroordeeld in de proceskosten, die voor [appellante] op nihil zijn begroot.

Het principale appel

3.3

Tegen de beslissingen over de vordering in conventie en de daaraan ten grondslag gelegde motivering komt [appellante] met vijf grieven in principaal appel op. Axus heeft de grieven gemotiveerd bestreden. Aan grief I is reeds aandacht besteed bij de weergave van de in deze zaak vaststaande feiten, voor zover deze nog van belang zijn in het hoger beroep. Het hof overweegt met betrekking tot de overige grieven het volgende.

Schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid

3.4

Met grief III betoogt [appellante] dat de dealer tegenover haar de schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid ten opzichte van Axus heeft gewekt en dat zij daarop heeft mogen afgaan.

3.5

Bij de beoordeling van de vraag of sprake is van gerechtvaardigd vertrouwen op het bestaan van vertegenwoordigingsbevoegdheid is uitgangspunt dat voor toerekening van de schijn van volmachtverlening aan Axus plaats kan zijn ingeval [appellante] gerechtvaardigd heeft vertrouwd op volmachtverlening aan de dealer op grond van feiten en omstandigheden die voor risico van Axus komen en waaruit naar verkeersopvattingen zodanige schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid kan worden afgeleid.

3.6

[appellante] heeft in de showroom met [A] als verkoper gesproken en heeft via [A] de offerte voor de leaseovereenkomst ontvangen, op briefpapier met het logo van Volvo en met vermelding van de naam Volvo Car Lease. Op zowel de offerte als de uiteindelijke leaseovereenkomst staat [A] vermeld als contactpersoon. Het staat tussen partijen bovendien niet ter discussie dat het de vaste praktijk van de dealer is om klanten die interesse hebben in het leasen van een Volvo, naar Axus te verwijzen. Door haar medewerking aan deze gang van zaken, die - naar zij moet hebben begrepen - dienstbaar was aan de totstandkoming van een leaseovereenkomst met haar, heeft Axus de indruk gewekt dat de dealer bevoegd was om namens haar op te treden. Uit de hiervoor genoemde feiten en omstandigheden mocht [appellante] dan ook redelijkerwijs afleiden dat de dealer bevoegd was om Axus te vertegenwoordigen. Zij is er in haar contacten met de dealer en Axus bovendien niet op gewezen dat dit anders was. Dit komt voor rekening van Axus en als gevolg daarvan mag [appellante] zich tegenover Axus beroepen op de mededelingen van de dealer met betrekking tot de ‘tril- en terugstuurfunctie’. Grief III is gegrond.

Dwaling

3.7

Met grieven II en IV betoogt [appellante] allereerst dat zij door de verzekering van [A] dat de Volvo een ‘tril- en terugstuurfunctie’ zou hebben, heeft aangenomen dat zij een Volvo had besteld met daarop het op de offerte vermelde DAS en als onderdeel daarvan een ‘tril- en terugstuurfunctie’, kennelijk het LDS. Volgens [appellante] is sprake geweest van wederzijdse dwaling omdat zowel [appellante] als de dealer in de onjuiste veronderstelling verkeerden dat de Volvo over een dergelijke ‘tril- en terugstuurfunctie’ beschikte. Als [appellante] had geweten dat dit niet het geval was, had ze de leaseovereenkomst nooit gesloten, aldus [appellante] .

3.8

Het beroep op dwaling slaagt niet omdat [appellante] haar stelling dat zij de leaseovereenkomst niet zou zijn aangegaan indien zij had geweten dat de Volvo niet over de ‘tril- en terugstuurfunctie’ beschikte, onvoldoende heeft onderbouwd, gelet op de veiligheidsvoorzieningen DAS en LDS waarover de Volvo wél beschikt en die in het verkeer (goeddeels) een soortgelijke bescherming bieden. De ‘tril- en terugstuurfunctie’ vormt in dat licht bezien niet een zodanig essentiële eigenschap van de Volvo dat de dealer (ook) zonder nadere toelichting van [appellante] had moeten begrijpen dat zij bij afwezigheid van die eigenschap de overeenkomst niet zou zijn aangegaan. [appellante] heeft niet gesteld dat zij een dergelijke nadere toelichting aan de dealer heeft gegeven. Dat [appellante] zelf heeft gesteld, maar Axus gemotiveerd heeft betwist, aan [A] duidelijk te hebben gemaakt dat de ‘tril- en terugstuurfunctie’ voor haar van doorslaggevende betekenis is geweest voor het aangaan van de leaseovereenkomst, wat daar ook van zij, acht het hof in dit verband onvoldoende, mede in aanmerking genomen dat [appellante] geen feiten heeft genoemd die deze - op zichzelf niet direct voor de hand liggende - stelling kunnen dragen.

Toerekenbare tekortkoming

3.9

Voor zover [appellante] zich in grief IV beroept op toerekenbaar tekortschieten van Axus, overweegt het hof dat het ontbreken van de ‘tril- en terugstuurfunctie’ een dermate geringe betekenis heeft dat dit de ontbinding van de leaseovereenkomst met de daaraan verbonden rechtsgevolgen niet rechtvaardigt, aangezien ook in dit verband heeft te gelden dat de ‘tril- en terugstuurfunctie’, bezien in het licht van de veiligheidsvoorzieningen waarover de Volvo wél beschikt en die (goeddeels) een soortgelijke bescherming bieden, geen essentiële eigenschap van de Volvo vormt. Grieven II en IV slagen niet.

3.10

[appellante] heeft geen belang bij behandeling van grief V, die naast de overige grieven geen zelfstandige betekenis heeft.

Het incidentele appel

3.11

In het incidentele appel stelt Axus dat op grond van artikel 17.6 AV de volledige advocaatkosten, waaronder de kosten van het voorbereiden van de procedure, het verzamelen van stukken en het inwinnen van informatie, voor rekening van [appellante] komen. [appellante] heeft gemotiveerd verweer gevoerd.

3.12

Het hof overweegt dat de inhoud van de betreffende bepaling moet worden vastgesteld aan de hand van hetgeen partijen over en weer hebben verklaard en uit elkaars verklaringen en gedragingen overeenkomstig de zin die zij daaraan in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs mochten toekennen, hebben afgeleid en van hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. Axus heeft zich ter motivering van haar stelling beperkt tot de toelichting dat, naar het hof begrijpt, er geen twijfel mogelijk is over de uitleg van de betreffende bepaling. Het hof is echter van oordeel dat in de letterlijke bewoordingen van het beding niet valt te lezen dat in afwijking van de artikelen 237 tot en met 240 Rv en de vastgestelde liquidatietarieven de integrale buitengerechtelijke kosten en proceskosten door [appellante] gedragen zouden moeten worden. Volgens vaste jurisprudentie van de Hoge Raad is bovendien slechts in uitzonderlijke gevallen ruimte voor toekenning van een integrale proceskostenvergoeding, namelijk wanneer sprake is van onrechtmatig procederen of misbruik van procesrecht. Axus heeft weliswaar gesteld dat daarvan in het onderhavige geval sprake is geweest maar heeft dit slechts gemotiveerd door te stellen dat [appellante] tegen haar een procedure is begonnen die nooit gevoerd had mogen worden. Het hof is van oordeel dat Axus daarmee onvoldoende heeft aangevoerd om misbruik van recht aan te nemen. Het incidentele appel kan derhalve niet slagen.

Slotsom

3.13

De grieven falen behoudens grief III in het principale appel, die echter niet tot vernietiging van het bestreden vonnis - in conventie - kan leiden. [appellante] en Axus hebben geen feiten gesteld en te bewijzen aangeboden die, bij bewezenverklaring, tot een andere beoordeling kunnen leiden dan hierboven gegeven. Het vonnis waarvan beroep zal - in conventie en in (voorwaardelijke) reconventie - worden bekrachtigd. [appellante] zal als de overwegend in het ongelijk te stellen partij worden verwezen in de kosten van het geding in principaal appel. Axus zal als de in het ongelijk te stellen partij worden verwezen in de kosten van het geding in incidenteel appel.

4 Beslissing

Het hof:

rechtdoende in principaal en incidenteel appel:

bekrachtigt het vonnis waarvan beroep;

wijst af de eis van [appellante] zoals in hoger beroep gewijzigd;

veroordeelt [appellante] in de kosten van het geding in principaal hoger beroep, tot op heden aan de zijde van Axus begroot op € 716,- aan verschotten en € 2.148,- voor salaris en op € 157,- voor nasalaris, te vermeerderen met de wettelijke rente, indien niet binnen veertien dagen na dit arrest dan wel het verschuldigd worden van de nakosten aan de kostenveroordeling is voldaan;

veroordeelt Axus in de kosten van het geding in incidenteel hoger beroep, tot op heden aan de zijde van [appellante] op € 1.074,- voor salaris, en op € 157,- voor nasalaris, te vermeerderen met € 82,- voor nasalaris, te vermeerderen met de wettelijke rente, indien niet binnen veertien dagen na dit arrest dan wel het verschuldigd worden van de nakosten aan de kostenveroordeling is voldaan;

verklaart deze veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.

Dit arrest is gewezen door mrs. W.H.F.M. Cortenraad, F.J. Verbeek en

I.A. Haanappel-van der Burg en door de rolraadsheer in het openbaar uitgesproken op 17 december 2019.

De gegevens worden opgehaald

Hulp bij zoeken

Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over:

Selectiecriteria

De Rechtspraak, Hoge Raad der Nederlanden en Raad van State publiceren uitspraken op basis van selectiecriteria:

  • Uitspraken zaken meervoudige kamers
  • Uitspraken Hoge Raad en appelcolleges
  • Uitspraken met media-aandacht
  • Uitspraken in strafzaken
  • Europees recht
  • Richtinggevende uitspraken
  • Wraking

Weekoverzicht

Selecteer een week en bekijk welke uitspraken er in die week aan het uitsprakenregister zijn toegevoegd.