Dr. [deskundige] heeft in zijn aanvullend deskundigenbericht de hem voorgelegde vragen als volgt beantwoord:
Vraag 1. Leidt het feit dat [appellant] gedurende zijn actieve dienstverband structureel
kÏuswerkzaamheden (met name bouwwerkzaamheden) verrichtte en/or gemiddeld 75
dagen per jaar arbeidsongeschikt was er toe dat u uw rapport van 5 september 2012 en
de door u in dat rapport gegeven antwoorden dient te herzien en/of aan te vullen?
Zo ja, wilt u aangeven tot welke herzieningen/aanvullingen deze feiten leiden?
Wilt u uw antwoord toelichten?
Ad 1: Neen. Ik zie geen noodzaak enige herziening dan wel aanvulling te verrichten.
In de aanvullende vragen die de rechtbank heeft geformuleerd, wordt gesteld, dat het
een feit (?) is, dat [appellant] gedurende zijn actieve dienstverband structureel
kluswerkzaamheden verrichtte en/of gemiddeld 75 dagen per jaar arbeidsongeschikt
was.
Uit het verstrekte dossier is echter door mij niet op te maken of dit ook waar is. Er zijn
immers geen gegevens meegezonden (anders dan de incomplete rapportage van de
huisarts) die aantonen wanneer, hoe lang, in welke periode en vooral waarom [appellant]
afwezig was. Volgens de betrokkene was dit incidenteel en zeker niet in de periode na
de eerste operatie. De rapporten van [X] heb ik ook bij herhaald zoeken niet kunnen
vinden.
Met de woorden “en/of “ wordt het allemaal erg onduidelijk. Het verbaast mij dan ook
in hoge mate, dat een dergelijk gegeven wordt meegenomen zonder enige substantiële
onderbouwing. Daarnaast impliceert de formulering “en/of’, dat ofwel [appellant] heeft
bijgeklust en dus zijn hand mogelijk heeft kunnen overbelasten dan wel, dat betrokkene
om andere redenen niet zijn eigenlijke werkzaamheden heeft verricht en dus minder
heeft blootgestaan aan overmatige belasting. Dat laatste is interessant want dat betekent,
dat de werkzaamheden die betrokkene heeft uitgevoerd op last van zijn werkgever
mogelijk schadelijk voor hem waren.
Ik kan dan ook zonder de ontbrekende gegevens niets en kan alleen het verhaal van
[appellant] gebruiken in mijn rapportage.
Stel dat [appellant] daadwerkelijk 75 dagen (met of zonder vakantiedagen?) niet op zijn
werk verschenen is, dan heeft dit op de rapportage en conclusie geen invloed.
Het feit blijft bestaan, dat [appellant] gedurende een periode van 1992 tot 1999, vijf (later
vier) dagen per week meer dan 300 doppen per dag op flessen draaide. Of dit nu 32 of
47 weken per jaar is, maakt niet uit: er is sprake van een excessieve belasting van de
pezen in de hand die uiteindelijk heeft geleid tot een ernstig buigpeesprobleem,
waarvoor hij uiteindelijk meerdere malen ingrijpende operaties heeft moeten ondergaan.
Vraag 2. Wilt u de verwijzing in genoemd rapport naar het verband tussen
sportactiviteiten en de belasting van spieren en pezen toelichten en daarbij aandacht
geven aan de volgende aspecten.
• De aard van de belasting bij de sportactiviteiten,
• De aard van de klachten aan de pezen en/of spieren (is ook sprake van
tendovaginitis?)
• De relevantie van dat verband bij sportactiviteiten voor de situatie van [appellant]?
Ad 2: In de beantwoording van de vragen stel ik, dat in het geval van [appellant] het mij
beter lijkt zijn situatie te vergelijken met die van een sporter die door repetitieve
handelingen een groot risico loopt op overbelastingsverschijnselen in spieren of pezen.
De reden hiervoor is, dat bij deze activiteiten een duidelijk causaal verband aangenomen
mag worden waarbij de sportactiviteit een bepaalde spier(groep) en/of bijbehorende
pezen belast, die vervolgens bij meerdere individuen die deze sport beoefenen tot
pathologische veranderingen leidt. Deze veranderingen zijn door anamnese, lichamelijk
onderzoek en eventueel aanvullend onderzoek te identificeren als een reactie op
mechanische overbelasting. Een andere categorie personen die bloot staan aan
overbelastingsverschijnselen van onder andere de spieren/pezen van de hand zijn musici
(Lee 2013).
De aard van de overbelastingsklachten bij pezen is klassiek: “ Overuse tendon injuries
presents with pain and swelling of the affected tendon with associated decrease in
exercise tolerance and function of the limb” (Battery 2011). De relatie tussen belasting
en het ontstaan van Achillespeespathologie is aangetoond bij duurlopers, waarbij de mate en de aard van (over-)belasting van het meeste invloed waren op het ontstaan van
de verschijnselen (Knobloch 2008).
Sport gerelateerde overbelastingsverschijnselen van de pols en hand komen zeer
frequent voor, met name bij racketsporten en golfen maar ook bij roeien, gewichtheffen
en turnen. De meest voorkomende locaties in de hand zijn bij de pezen van de duim in
het eerste strekpees compartiment (Ziekte van De Quervain) en het zesde compartiment
aan de pinkzijde (extensor carpi ulnaris pees). Ook de buigpezen kunnen worden
aangedaan bij racketsporten en golfen (Lisle 2009, Reffig 2004). Het betreft hier zonder
uitzondering afwijkingen die ontstaan door repetitief gebruik van specifieke
spieren/pezen die aanleiding geven tot een tendovaginitis (of zoals het in de recente
literatuur genoemd wordt: tendinopathie daar er geen sprake is van een “itis” dat wil
zeggen een ontsteking met micro-organismen). De stelling van Tulder, dat er “Ample
evidence exist for the association between physicai risk factors such as repetitieve
movements and the occurrence of repetitive stam injury” (Tulder 2007) wordt
onderschreven door recent biomechanisch onderzoek. Hierbij wordt bij fysiologische
belasting een adaptatie van de pezen aan deze belasting gevonden, echter bij
overbelasting ontstaan er degeneratieve veranderingen met verlittekening en oedeem die
zelfs uiteindelijk tot peesrupturen kan leiden (Wang 2012, Shepherd 2013).
In de situatie van [appellant] was er sprake van een repetitief gebruik van de buigpezen
van de aangedane rechter hand. Bij het aandraaien van de doppen werden de wijs-,
maar vooral de middelvinger gebruikt. De duim, ringvinger en pink maken bij deze
handeling de minste bewegingen. Na verloop van tijd ontstaat er schade aan de
buigpezen door het repetitieve trauma. De meest aangedane locatie is de plaats waar de
buigpezen de buigpeeskokers binnetreden hetgeen ook de locatie was waar betrokkene
de meeste klachten aangaf. In analogie van de tennissers en golfers die specifieke pezen
overbelasten is er bij [appellant] een direct verband te leggen tussen de specifieke, meest
belaste pezen en de locatie van de klachten en verschijnselen zoals die bij de operatie
van dr. Koeyers in 2000 zijn aangetroffen. Dat [appellant] in de periode waarin hij klaagt
over pijn in de vingers ook klachten heeft passend bij een carpaal tunnel syndroom kan
verklaard worden door overbelasting van de buigpezen ter hoogte van het dwarse pols
ligament (flexor retinaculum). Met name wanneer de buigpezen van de vingers sterk ten
opzichte van elkaar bewegen ter hoogte van de carpale tunnel, ontstaan er pathologische
veranderingen in de buigpezen en het flexor retinaculum (lat 2013).
Ten overvloede zal ik nog een artikel toevoegen dat specifieke overbelastingsfenomenen
beschrijft in de hand/ vingers bij sporters, in dit geval indoor klimmers (J.M.M. Rondeel
en L.P. van der Wey in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde. 1996;140:1543-7
De klimvinger: vingerblessures bij sportklimmers).
Samenvattend: Door de langdurige, intensieve en repetitieve handelingen die de heer
[appellant] verrichtte bij het handmatig opdraaien van doppen zijn er degeneratieve
veranderingen ontstaan in de buigpezen en de ondersteunende structuren in de hand en
pols met name in de 2e en 3e straal. Deze verschijnselen zijn vergelijkbaar aan de
pathologische veranderingen die ontstaan bij repetitief en overmatige belasting zoals te
zien zijn bij (top)sporters en musici. Het verrichten van andere activiteiten zoals de
normale activiteiten van het dagelijks leven alsmede eventuele kluswerkzaamheden
staan in geen vergelijk met de excessieve belasting van de hand die ontstond tijdens zijn
werkzaamheden die hij beroepsmatig moest verrichten."
Aan het rapport is een literatuurlijst toegevoegd.