2.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding in hoger beroep d.d. 17 augustus 2015,
- de memorie van grieven (met producties).
2.2.
De eis, zoals geformuleerd bij dagvaarding in appel, luidt:
"(…) bij arrest, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, het voormelde vonnis d.d. 20 mei 2015 door de kantonrechter bij de Rechtbank Midden-Nederland, sector civiel, locatie Almere gewezen onder zaak-/rolnummer 2850909 MC EXPL 14-2442 zal vernietigen, en opnieuw rechtdoende de vorderingen van appellant zal toewijzen, met veroordeling van de geïntimeerde in de proceskosten in eerste aanleg en in hoger beroep."
2.3.
Bij memorie van grieven heeft [appellant] gevorderd:
"1. Te beslissen conform het petitum van de appèldagvaarding;
en ter vermeerdering van eis voorzover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
2. Voor recht te verklaren dat [geïntimeerde] jegens [appellant] onrechtmatig heeft
gehandeld door een dakopbouw te plaatsen die een aanmerkelijk te hoge belasting
vormt voor de fundering en de perceelgrens overschrijdt;
3. [geïntimeerde] te veroordelen voornoemde dakopbouw voor zijn eigen rekening te
verwijderen, aan te vangen binnen 14 dagen na betekening van het te dezen te wijzen
arrest en af te ronden binnen 30 dagen na aanvang verwijdering;
4. (voorwaardelijk) Als [geïntimeerde] niet voldoet aan het hiervoor op 3. te wijzen arrest.
[geïntimeerde] te veroordelen te gehengen en gedogen dat [appellant] voor verwijdering zorg draagt op kosten van [geïntimeerde] ;
5. Als [geïntimeerde] na verwijdering van de bestaande dakopbouw een nieuwe plaatst, hem te verplichten tot strikte inachtneming van de constructieberekening d.d. 10 augustus 2015 van F.T.V. en de beoordeling daarvan d.d. 28 januari 2016 van het Bureau voor Bouwpathologie, alsook de perceelgrenzen tussen hem en [appellant] niet te overschrijden.
6. [geïntimeerde] te veroordelen tot betaling aan [appellant] van € 505,00 te vermeerderen met
€ 148,05 BTW wegens kosten van de Statistische Berekening d.d. 10 augustus 2015 zoals hiervoor vermeld bij 11.8.
7. [geïntimeerde] te veroordelen tot betaling aan [appellant] van € 205,00 te vermeerderen met € 43,05 BTW wegens kosten van de Brief rapportage d.d. 28 januri 2016 zoals hiervoor vermeld bij 11.9.
8. [geïntimeerde] te veroordelen tot betaling aan [appellant] van € 400,00 te vermeerderen met € 84,00 BTW wegens kosten aanwezigheid ter comparitie van het Bureau voor Bouwpathologie zoals hiervoor vermeld bij 11.10.
9. [geïntimeerde] te veroordelen tot betaling aan [appellant] van € 150,00 te
vermeerderen met € 31,50 BTW wegens schade aan bet bovenlicht zoals hiervoor
vermeld bij 11.11.
10. [geïntimeerde] te veroordelen tot betaling aan [appellant] schade wegens herstel aan
zijn zolder met dien verstande dat deze schade nader dient te worden opgemaakt bij
staat, zoals hiervoor vermeld bij 11.12."