[B] heeft op 10 maart 2011 een overeenkomst met belanghebbende gesloten, te weten de Overeenkomst tot facilitering van eigen verbruik van elektriciteit door leden van de [B]. In de overeenkomst is opgenomen:
"(…)
(1) [Belanghebbende] is handelaar in, en leverancier van, elektriciteit, is door de landelijke netbeheerder [A] erkend als partij bevoegd tot het dragen en uitvoeren van programmaverantwoordelijkheid voor zichzelf en ten behoeve van anderen, en is in het bezit van een vergunning tot levering aan kleinverbruikers.
(…)
(3) [B] en [C] zijn schriftelijk overeengekomen, dat [B] de door de windturbine opgewekte elektriciteit uitsluitend zal verkopen en leveren aan [C] (Leveringscontract)
(4) [C] en [belanghebbende] zijn schriftelijk overeengekomen, dat [C] de door [C] van [B] gekochte elektriciteit zal doorverkopen en leveren aan [belanghebbende] (Raamovereenkomst).
(5) In het kader van Leveringscontract en Raamovereenkomst is [belanghebbende] al leverancier in de betekenis van de Elektriciteitswet voor de windturbines van [B].
(6) [B] wenst een deel van de door de windturbine opgewekte elektriciteit aan te wenden voor Eigen Verbruik door haar leden (…), en de resterende elektriciteit (Restdeel) te blijven verkopen en leveren aan [C] conform het Leveringscontract.
(7) [C] wenst het Restdeel te blijven doorverkopen en leveren aan [belanghebbende] conform de Raamovereenkomst.
(8) Het Leveringscontract en de Raamovereenkomst blijven overigens onverminderd van kracht.
(9) Gegeven dat het Leveringscontract [B] verplicht alle door haar windturbine geproduceerde elektriciteit aan [C] te leveren, is [C] slechts bereid tot medewerking aan Eigen Verbruik onder de voorwaarde dat dit voor haar geen negatieve financiële gevolgen heeft. Partijen willen alles dusdanig regelen dat de financiële gevolgen van het Eigen Verbruik door de Leden zonder financiële gevolgen blijft in deze keten van contracten, leveringen en betalingen.
(…)