Belanghebbende heeft een reisverklaring van zijn werkgever ( [E] ) overgelegd. Deze luidt, voor zover van belang, als volgt:
“Bij deze verklaar ik als werkgever, dat Dhr. [belanghebbende] , geboortedatum [datum 1] 1983, in de jaar 2011 heeft gereisd met openbaar vervoer van zijn woonadres [a-straat] 56, [postcode] [F] naar onze projecten naar het adressen:
Van 03-01-2011 t/m 14-01-2011 (…) Amsterdam
Van 17-01-2011 t/m 31-01-2011 (…) Alkmaar
Van 01-02-2011 t/m 18-02-2011 (…) Haarlem
Van 21-02-2011 t/m 25-02-2011 (…) Amsterdam
Van 28-02-2011 t/m 04-03-2011 (…) Amstelveen
Van 07-03-2011 t/m 18-03-2011 (…) Haarlem
Van 21-03-2011 t/m 01-04-2011 (…) Heemstede
Van 04-04-2011 t/m 22-04-2011 (…) Haarlem
Van 25-04-2011 t/m 06-05-2011 (…) Heemstede
Van 09-05-2011 t/m 27-05-2011 (…) Haarlem
Van 30-05-2011 t/m 10-06-2011 (…) Heemstede
Van 13-06-2011 t/m 15-07-2011 (…) Haarlem
Van 18-07-2011 t/m 05-08-2011 (…) Heemstede
Van 08-08-2011 t/m 19-08-2011 (…) Amsterdam
Van 22-08-2011 t/m 02-09-2011 (…) Haarlem
Van 05-09-2011 t/m 23-09-2011 (…) Haarlem
Van 26-09-2011 t/m 30-09-2011 (…) Haarlem
Van 03-10-2011 t/m 28-10-2011 (…) Amsterdam
Van 31-10-2011 t/m 11-11-2011 (…) Heemstede
Van 14-11-2011 t/m 25-11-2011 (…) Haarlem
Van 28-11-2011 t/m 22-12-2011 (…) Heemstede