op het hoger beroep van het door de kantonrechter van de rechtbank Oost-Brabant, zittingsplaats Eindhoven, in kort geding gewezen vonnis van 1 maart 2017 tussen appellante als gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en geïntimeerde als eiser in conventie, verweerder in reconventie.
1 Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer 5635630 17-301)
Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar voormeld vonnis.
2 Het geding in hoger beroep
2.1.
Appellante heeft bij exploot van 24 maart 2017 aangezegd van genoemd vonnis in hoger beroep te komen met dagvaarding van geïntimeerde voor dit hof.
2.2.
Ter rolle van 11 april 2017 is de zaak aangebracht en is geïntimeerde bij advocaat verschenen.
3 De beoordeling
3.1.
Het hof ziet aanleiding om een comparitie van partijen te gelasten. Het doel is het beproeven van een minnelijke regeling of de doorwijzing naar mediation. Voorts kan de comparitie worden benut om informatie uit te wisselen en om eventuele instructies met betrekking tot de zaak te geven. Het hof verwijst voor nadere algemene informatie over de comparitie naar www.rechtspraak.nl (deelsite Gerechtshof 's-Hertogenbosch, onder “Regels en procedures”).
3.2.
De geplande duur van de zitting is anderhalf uur. Ter comparitie zal niet de gelegenheid worden geboden om te pleiten. Hieronder wordt verstaan het juridisch beargumenteren van de zaak al dan niet aan de hand van een voorbereide, uitgeschreven pleitnotitie.
3.3.
Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.
4 De uitspraak
Het hof:
bepaalt dat partijen in persoon, als het om een rechtspersoon gaat deugdelijk vertegenwoordigd door een persoon die van de zaak op de hoogte is en die tot het treffen van een minnelijke regeling bevoegd is, op 14 augustus 2017 om 13.30 uur zullen verschijnen voor
mr. C.E.L.M. Smeenk-van der Weijden als raadsheer-commissaris, die daartoe zitting zal houden in het Paleis van Justitie aan de Leeghwaterlaan 8 te 's-Hertogenbosch, met de hiervoor onder 3.1 vermelde doeleinden;
bepaalt dat de advocaat van appellante uiterlijk 6 juni 2017 een fotokopie van het volledige procesdossier zal overleggen;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs. C.E.L.M. Smeenk-van der Weijden, M.A. Wabeke en
J.M.H. Schoenmakers en in het openbaar uitgesproken door de rolraadsheer op 23 mei 2017.
griffier rolraadsheer
De gegevens worden opgehaald
Hulp bij zoeken
Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over: