5.1.
Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:
- de beschikking van 30 november 2017;
- een brief van de zijde van [de vennootschap] met getuigenopgave, ingekomen ter griffie op 22 december 2017;
- een brief van de zijde van [de vennootschap] met een productie (een schriftelijke verklaring), ingekomen ter griffie op 28 december 2017;
- een brief van de zijde van [de vennootschap] met getuigenopgave, ingekomen ter griffie op 15 januari 2018;
- een brief van de zijde van [de vennootschap] met getuigenopgave, ingekomen ter griffie op 18 januari 2018;
- een brief van de zijde van [appellant] , ingekomen ter griffie op 25 januari 2018;
- het proces-verbaal van getuigenverhoor van 5 februari 2018;
- een brief van de zijde van [de vennootschap] waarin wordt medegedeeld dat zij geen nadere getuigen wenst te doen horen, ingekomen ter griffie op 21 februari 2018;
een brief van de zijde van [appellant] waarin wordt medegedeeld dat wordt afgezien van contra-enquête, ingekomen ter griffie op 22 februari 2018;
- een brief van de zijde van [de vennootschap] , ingekomen ter griffie op 23 februari 2018;
- de memorie na enquête van de zijde van [de vennootschap] , ingekomen ter griffie op 23 maart 2018;
- de antwoordmemorie na enquête met twee producties (die al eerder in het geding waren gebracht) van de zijde van [appellant] , ingekomen ter griffie op 18 april 2018.
Daarna heeft het hof een datum bepaald voor de beschikking.