[appellante] heeft in de brief van 29 juni 2018 het volgende aan [verweerder] bericht:
“(…) In zijn deskundigenoordeel van 5 april 2018 heeft het UWV geoordeeld dat u sinds 6
december 2017 onafgebroken belastbaar zou zijn geweest voor passend werk. Mede
daarom heeft het UWV geconcludeerd dat de door de werkgever uitgevoerde re-
integratie-inspanningen niet voldoende zouden zijn geweest.
Het UWV heeft daarbij miskend, althans onvoldoende onderkend, dat de bedrijfsarts
op 8 maart 2018 heeft geoordeeld dat u wegens ziekte of gebrek arbeidsongeschikt
was. Desgevraagd heeft de bedrijfsarts ons naar aanleiding van dat advies laten weten,
dat de re-integratie, in het eerste of het tweede spoor, voorshands niet aan de orde
was. Wij hebben dat advies uiteraard ter harte genomen.
Intussen laat u weten dat u (geheel of gedeeltelijk) arbeidsgeschikt bent. Wij kunnen
alleen op grond van uw mededeling zonder advies van de bedrijfsarts die conclusie
echter niet overnemen.
Tegelijkertijd liet de bedrijfsarts weten over onvoldoende inzicht in uw medische
toestand te beschikken om tot een afgewogen re-integratie-advies te komen. De
bedrijfsarts adviseerde daarom tot een medisch-specialistische expertise en vroeg u
om schriftelijk te laten weten of u daaraan wilde meewerken.
Die medewerking hebt u ondanks herhaalde verzoeken niet verleend. Op 30 mei 2018
bent u opnieuw op het spreekuur van de bedrijfsarts geweest en wederom heeft deze
laten weten dat er onvoldoende informatie beschikbaar was om de situatie te kunnen
beoordelen. Die informatie, voor de goede orde, dient u te verschaffen, althans dient u
toestemming te verlenen opdat de bedrijfsarts die informatie bij de behandelend arts
(-en) kan opvragen. De geschiedenis herhaalt zich dus.
Het is dus meer dan ooit zaak dat de bedrijfsarts een geactualiseerd advies kan geven.
Hierdoor berichten wij u, dat de bedrijfsarts u op het spreekuur verwacht op
donderdag, 5 juli 2018 om 9.30 uur. U dient de bedrijfsarts dan alle verzochte
informatie te geven en u dient in voorkomend geval toestemming te verlenen voor het
opvragen door de bedrijfsarts van medische informatie elders.
Indien u deze instructie niet opvolgt, houdt u zich niet aan schriftelijk gegeven redelijke
voorschriften omtrent het verstrekken van de inlichtingen die de werkgever behoeft
om het recht op loon vast te stellen. Indien de bedrijfsarts opnieuw laat weten over
onvoldoende informatie te beschikken, zeg ik u bij dezen aan dat wij de betaling van
uw salaris opschorten, totdat u de gevraagde informatie en/of toestemming alsnog
hebt gegeven. (…)”