De door het Hof bevestigde uitspraak van de Rechtbank houdt met betrekking tot de schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel in:
"4 De beoordeling
Naar het oordeel van de rechtbank heeft de officier van justitie voldoende aannemelijk gemaakt dat de veroordeelde wederrechtelijk voordeel heeft genoten uit het bewezenverklaarde feit.
De rechtbank komt, gelet op het bewezenverklaarde feit in de strafzaak, tot de volgende berekening.
In het kader van een strafrechtelijk onderzoek naar witwassen zijn de totale beschikbare contante ontvangsten afgezet tegen de totale contante uitgaven van veroordeelde in de periode van 1 januari 2007 tot en met 26 mei 2009.
Ontvangsten
In de periode van 15 januari 2007 tot en met 21 oktober 2007 heeft er voor een totaalbedrag van € 2.470,00 aan contante opnames plaatsgevonden van de ING-rekening [001] van veroordeelde.
In de periode van 17 december 2007 tot en met 23 februari 2009 heeft er een totaalbedrag van € 7.970,00 aan contante opnames plaatsgevonden van de ABN AMRO-rekening [002] van veroordeelde.
Dit is een totaal aan contante opnames van € 10.440,00, hetgeen veroordeelde ter beschikking heeft gehad voor contante uitgaven.
Hiernaast heeft veroordeelde € 5.000,00 van zijn oud-werkgever geleend. [betrokkene 1] heeft verklaard dat hij dat geld aan veroordeelde heeft geleend in 2008 of 2009.
Veroordeelde heeft in die tijd ook € 5.000,00 geleend van zijn familie en € 3.500,00 van zijn broer.
Totaal ontvangsten € 23.940,00
Uitgaven
In de periode van 15 januari 2007 tot en met 21 oktober 2007 heeft er voor een totaalbedrag van € 4.214,99 aan contante stortingen plaatsgevonden op de ING-rekening [001] van veroordeelde.
In de periode van 17 december 2007 tot en met 23 februari 2009 heeft er een totaalbedrag van € 19.400,00 aan contante stortingen plaatsgevonden op de ABN AMRO-rekening [002] van veroordeelde.
Dit is een totaal aan contante stortingen van € 23.614,99, hetgeen gezien wordt als contante uitgaven van veroordeelde.
Veroordeelde heeft in die tijd voor € 8.000,00 een Volkswagen Passat gekocht en voor € 6.600,00 een Mercedes C32.
Veroordeelde heeft € 15.000,00 uitgegeven aan het opstarten van zijn restaurant [A]. [A] is opgericht op 26 mei 2009.
Totaal uitgaven € 53.214,99
Veroordeelde heeft in de genoemde periode derhalve € 29.274,99 meer contant uitgegeven dan hij contant heeft ontvangen.
Op grond van het bovenstaande bedraagt het wederrechtelijk verkregen voordeel voor veroordeelde € 29.274,99."