Art. 81 lid 1 RO. Financier van aandelentransactie stort geld op kwaliteitsrekening notaris. Deel geld wordt in strijd met de financieringsvoorwaarden overgemaakt naar depotrekening. Vraag aan wie het depotbedrag toebehoort; opgewekt vertrouwen bij verkoper.
Rechtspraak.nl AR 2017/2958 RN 2017/74 RvdW 2017/658 AR 2017/5686
3. RIXTEL ASSURADEUREN B.V., gevestigd te Aarle-Rixtel, gemeente Laarbeek,
VERWEERSTER in cassatie,
niet verschenen.
Eiseres zal hierna ook worden aangeduid als Zürich. Verweersters sub 1 en 2 zullen hierna ook gezamenlijk worden aangeduid als Hofstad c.s., en verweerster sub 3 als Rixtel.
1 Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. de vonnissen in de zaak 58264 / HA ZA 96-1851 van de rechtbank ’s-Gravenhage van 16 september 1998, 25 augustus 1999, 28 mei 2008, 15 juli 2009, 9 juni 2010 en 26 januari 2011;
b. de arresten in de zaak 200.085.177/01 van het gerechtshof Den Haag van 20 november 2012, 26 november 2013 en 13 oktober 2015.
De arresten van het hof zijn aan dit arrest gehecht.
2 Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof van 13 oktober 2015 heeft Zürich beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Hofstad c.s. hebben geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
Tegen Rixtel is verstek verleend.
De zaak is voor Hofstad c.s. toegelicht door hun advocaat.
De conclusie van de Advocaat-Generaal T. Hartlief strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van Zürich heeft bij brief van 17 februari 2017 op die conclusie gereageerd.
3 Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4 Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt Zürich in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Hofstad c.s. begroot op € 6.590,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, en aan de zijde van Rixtel begroot op nihil.
Dit arrest is gewezen door de vice-president E.J. Numann als voorzitter en de raadsheren A.H.T. Heisterkamp, M.V. Polak, C.E. du Perron en M.J. Kroeze, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer M.V. Polak op 9 juni 2017.
De gegevens worden opgehaald
Hulp bij zoeken
Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over: