Als de zowel in het principale als in het incidentele beroep in het ongelijk gestelde partij dient Spirits in de proceskosten van het geding in cassatie te worden veroordeeld.
FKP heeft vergoeding van haar kosten op de voet van art. 1019h Rv gevorderd, tot een bedrag van omstreeks € 140.000 met wettelijk rente.
Van toepassing zijn de Indicatietarieven in IE-zaken Hoge Raad, zoals die luiden sinds 1 april 2017. De onderhavige zaak dient in de zin van die regeling te worden aangemerkt als een complexe zaak.
Ingevolge die tarieven bedraagt voor de verweerder het maximumtarief voor een complexe zaak met re- en dupliek en een Borgersbrief € 45.000,--.
Op overeenkomstige gronden als vermeld hiervoor in 3.3.4 zal aan FKP worden toegeschat 1,5 maal het basistarief van € 40.000,--, vermeerderd met de bedragen voor dupliek en Borgersbrief van tezamen € 5.000,--, derhalve een bedrag van € 65.000,--.
Het incidentele beroep heeft uitsluitend betrekking op het beloop van de ingevolge art. 1019h Rv toe te wijzen proceskosten. De kosten die worden gemaakt om die kosten te doen vaststellen, vallen niet onder bereik van art. 1019h Rv en worden begroot met toepassing van het liquidatietarief.5 Gelet op het in het principale beroep toe te kennen bedrag, is er geen aanleiding daarboven het bedrag van het liquidatietarief toe te wijzen.