Uitspraken

Een deel van alle rechterlijke uitspraken wordt gepubliceerd op rechtspraak.nl. Dit gebeurt gepseudonimiseerd.

Deze uitspraak is gepseudonimiseerd volgens de pseudonimiseringsrichtlijn

ECLI:NL:HR:2020:2098

Hoge Raad
18-12-2020
21-12-2020
19/04605
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2020:960, Gevolgd
In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2019:5648, Bekrachtiging/bevestiging
Ondernemingsrecht
Artikel 81 RO-zaken,Cassatie

Art. 81 lid 1 RO. Ondernemingsrecht. Aansprakelijkheidsrecht. Vraag of sprake is van afgeleide schade die niet voor vergoeding in aanmerking komt. Vervolg op HR 20 april 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV1293.

Rechtspraak.nl
RvdW 2021/85
OR-Updates.nl 2021-0034
INS-Updates.nl 2021-0044
JONDR 2021/104

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

CIVIELE KAMER

Nummer 19/04605

Datum 18 december 2020

ARREST

In de zaak van

[eiser],
wonende te [woonplaats],

EISER tot cassatie, verweerder in het voorwaardelijk incidentele cassatieberoep,

hierna: [eiser],

advocaat: D. Rijpma,

tegen

COÖPERATIEVE RABOBANK U.A.,
gevestigd te Amsterdam,

VERWEERSTER in cassatie, eiseres in het voorwaardelijk incidentele cassatieberoep,

hierna: Rabobank,

advocaat: T.T. van Zanten.

1. Procesverloop

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:

  1. de vonnissen in de zaak C/08/129059 / HAZA 12-182 van de rechtbank Almelo van 31 oktober 2012, en van de rechtbank Overijssel van 7 augustus 2013, 23 oktober 2013 en 7 januari 2015;

  2. de arresten in de zaak 200.167.819 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 10 januari 2017 en 9 juli 2019.

[eiser] heeft tegen de arresten van het hof beroep in cassatie ingesteld. Rabobank heeft voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep ingesteld.

Partijen hebben over en weer een verweerschrift tot verwerping van het beroep ingediend.

De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten en voor Rabobank mede door M.E. ten Brinke.

De conclusie van de Advocaat-Generaal T. Hartlief strekt tot verwerping van het principale cassatieberoep.

De advocaat van Rabobank heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2 Beoordeling van het middel in het principale beroep

De Hoge Raad heeft de klachten over de arresten van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van deze arresten. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

Het incidentele beroep, dat is ingesteld onder de voorwaarde dat het middel in het principale beroep tot vernietiging van het arrest van het hof leidt, behoeft gelet op hetgeen hiervoor is overwogen geen behandeling.

3 Beslissing

De Hoge Raad:

  • -

    verwerpt het principale beroep;

  • -

    veroordeelt [eiser] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Rabobank begroot op € 6.802,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten indien [eiser] deze niet binnen veertien dagen na heden heeft voldaan.

Dit arrest is gewezen door de vicepresident C.A. Streefkerk als voorzitter en de raadsheren G. Snijders, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh en H.M. Wattendorff, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer M.J. Kroeze op 18 december 2020.

De gegevens worden opgehaald

Hulp bij zoeken

Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over:

Selectiecriteria

De Rechtspraak, Hoge Raad der Nederlanden en Raad van State publiceren uitspraken op basis van selectiecriteria:

  • Uitspraken zaken meervoudige kamers
  • Uitspraken Hoge Raad en appelcolleges
  • Uitspraken met media-aandacht
  • Uitspraken in strafzaken
  • Europees recht
  • Richtinggevende uitspraken
  • Wraking

Weekoverzicht

Selecteer een week en bekijk welke uitspraken er in die week aan het uitsprakenregister zijn toegevoegd.