In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan.
(i) [A] C.V. was een Nederlands bedrijf dat zich bezighield met de productie van en handel in onder meer afsluiters voor pijpleidingen. [verweerder] was bestuurder van de beherend vennoot van deze commanditaire vennootschap en vertegenwoordigde [A] C.V. in het rechtsverkeer.
(ii) [A] C.V. is op 3 mei 2013 ontbonden. De dag daarvoor is [A] B.V. opgericht. Deze besloten vennootschap is gevestigd op hetzelfde adres en verricht dezelfde activiteiten als voordien [A] C.V. Enig aandeelhouder van [A] B.V. is een vennootschap waarvan alle aandelen door [verweerder] worden gehouden. [verweerder] was bestuurder van [A] B.V.
(iii) Vankorneft JSC (hierna: Vankorneft) is onderdeel van het Russische olie- en gasconcern Rosneft.
(iv) Trest is een Russische bouwonderneming, gespecialiseerd in het aanleggen van infrastructuur voor de olie- en gasindustrie.
(v) Op 17 mei 2013 heeft [A] B.V. een overeenkomst gesloten met Vankorneft voor de levering van dertig afsluiters.
(vi) Op 11 juli 2013 hebben [A] B.V. en Vankorneft een aanvullende overeenkomst gesloten, waarin is bepaald dat in hun overeenkomst de naam “[A] BV” dient te worden gelezen als “[A] CV”. De aanleiding hiervoor was dat de Russische autoriteiten invoervergunningen hadden afgegeven op naam van [A] C.V. en de wijziging van die tenaamstelling in [A] B.V. volgens Vankorneft ongestoorde levering in de weg zou kunnen staan.
(vii) Kort daarna hebben [A] B.V. en Vankorneft een wijzigingsovereenkomst gesloten, waarbij elf van de dertig afsluiters uit de overeenkomst zijn gehaald.
(viii) Op 13 september 2013 is een overeenkomst tot stand gekomen tussen Trest (‘Buyer’) en ‘[A] CV’ (‘Seller’) voor de levering van de elf afsluiters die niet langer aan Vankorneft behoefden te worden geleverd (hierna: de Overeenkomst). Namens ‘Seller’ is de Overeenkomst ondertekend door [verweerder], onder vermelding van ‘General Director’ van [A] C.V. De overeenkomst bevat een arbitrageclausule.
(ix) Trest heeft aanbetalingen gedaan van in totaal € 261.777,50.
(x) Omdat de afsluiters niet werden geleverd, heeft Trest de Overeenkomst buitengerechtelijk ontbonden en aanspraak gemaakt op restitutie van de aanbetalingen. Trest heeft vervolgens tegen [A] C.V. een arbitrage aanhangig gemaakt bij het volgens de arbitrageclausule bevoegde scheidsgerecht in Moskou. Het scheidsgerecht heeft bij vonnis van 23 januari 2015 [A] C.V. veroordeeld om aan Trest € 261,777,50 terug te betalen, vermeerderd met een bedrag aan contractuele boete en de arbitragekosten.
(xi) Trest heeft een advocaat in Nederland ingeschakeld om verlof tot tenuitvoerlegging van het arbitrale vonnis te verzoeken. Dat verzoek is niet ingediend, omdat bleek dat [A] C.V. was ontbonden.
(xii) [A] B.V. is op 10 februari 2015 in staat van faillissement verklaard.