De rechtbank heeft de beslissing van de rechter-commissaris in stand gelaten.1 De rechtbank heeft daartoe, voor zover in cassatie van belang, het volgende overwogen.
De rechtbank is op grond van art. 314 lid 2 Fw in verbinding met art. 65 Fw verplicht om de rechter-commissaris te horen wanneer zij een beslissing dient te nemen in een zaak die ziet op het beheer van de boedel. Nu de beslissing van de rechter-commissaris waartegen hoger beroep is ingesteld, betrekking heeft op het beheer van de boedel, dient de rechter-commissaris gehoord te worden dan wel zijn visie schriftelijk kenbaar te maken. De rechtbank zal de visie van de rechter-commissaris dan ook meenemen in haar beoordeling. (rov. 4.4.2)
In art. 475d lid 4, aanhef en onder a, Rv staat dat de beslagvrije voet wordt verhoogd met de premie van een door de schuldenaar gesloten ziektekostenverzekering. In par. 3.2 van het rapport van de werkgroep rekenmethode vtlb van Recofa (hierna: vtlb-rapport) staat dat de volledige ziektekostenverzekeringspremie in de berekening moet worden meegenomen, ongeacht soort of hoogte. Volgens art. 1.3 van de Recofa-richtlijnen voor schuldsaneringsregelingen (hierna: Recofa-richtlijnen) kan de rechter-commissaris afwijken van de richtlijnen. (rov. 4.5)
Hoewel de richtlijnen geen recht zijn, neemt de rechtbank deze wel tot uitgangspunt, omdat zij algemeen gangbare regels bevatten voor de verdere behandeling van de schuldsanerings-regeling. (rov. 4.7.1)
Aan de rechter-commissaris komt een zekere discretionaire bevoegdheid toe om van de richtlijnen af te wijken. Om van die bevoegdheid gebruik te maken, is het noodzakelijk dat de rechter-commissaris kennis neemt van alle specifieke omstandigheden van het geval. Aangezien de zeer forse zorgverzekeringspremie op de aanwas van de boedel drukt, mocht de rechter-commissaris de vraag stellen waarom deze dure verzekering noodzakelijk was. Aangezien het antwoord op die vraag uitbleef, heeft de rechter-commissaris terecht vastgehouden aan het normbedrag van € 135,-- per maand. Het is aan de schuldenares om de bewindvoerder te informeren over de omstandigheden die een zorgverzekering met een premie van € 193,26 per maand rechtvaardigen, waarna het aan de rechter-commissaris is om aan de hand van een afweging van alle omstandigheden van het geval te bepalen of de zorgverzekeringspremie voor het gehele bedrag in het vrij te laten bedrag dient te worden meegenomen. (rov. 4.7.2)