De Hoge Raad:
- verklaart het beroep in cassatie gegrond,
- vernietigt de uitspraak van het Hof, de uitspraak van de Rechtbank en de uitspraken op bezwaar,
- vermindert de aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 2014 tot een aanslag naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 46.894,
- vermindert de aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 2015 tot een aanslag naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 57.584,
- vermindert de beschikkingen inzake belastingrente voor de jaren 2014 en 2015 dienovereenkomstig,
- veroordeelt de Staat (de Minister van Justitie en Veiligheid) tot vergoeding van de aan de cassatieprocedure toerekenbare immateriële schade, vastgesteld op € 500,
- draagt de Staatssecretaris van Financiën op aan belanghebbende te vergoeden het griffierecht van € 136 dat belanghebbende voor de behandeling van het beroep in cassatie heeft betaald,
- draagt de Inspecteur op aan belanghebbende te vergoeden het bij het Hof betaalde griffierecht van € 134 ter zake van de behandeling van de zaak voor het Hof en het bij de Rechtbank betaalde griffierecht van € 48 ter zake van de behandeling van de zaak voor de Rechtbank,
- veroordeelt de Staatssecretaris van Financiën in de kosten van belanghebbende voor het geding in cassatie, vastgesteld op € 1.750 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand, en
- veroordeelt de Inspecteur in de kosten van belanghebbende voor het geding voor het Hof, vastgesteld op € 1.750 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand, in de kosten van belanghebbende voor het geding voor de Rechtbank, vastgesteld op € 1.750 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand en in de kosten van belanghebbende in verband met de behandeling van de bezwaren, vastgesteld op € 624 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
Dit arrest is gewezen door de vice-president M.E. van Hilten als voorzitter, en de raadsheren E.F. Faase en P.A.G.M. Cools, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 18 oktober 2024.