RECHTBANK AMSTERDAM
Parketnummer: 13/710024-12
Datum uitspraak: 1 november 2013
Verkort vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen
geboren te [plaats] op [geboortedag] 1974,
ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens en verblijvende op het adres [GBA adres].
1 Het onderzoek ter terechtzitting
1.1
Dit verkorte vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 26 november 2012 (inhoudelijke behandeling en requisitoir), 7 februari 2013 (regiezitting) en 17 oktober 2013 (pleidooi) en 18 oktober 2013 (re- en dupliek en laatste woord verdachte).
1.2
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officieren van justitie mrs. J.M. Kees en D.E. Kruimel en van wat verdachte en zijn raadsvrouw
mr. E.A.M. Mannheims naar voren hebben gebracht.
1.3
De rechtbank heeft ter terechtzitting van 17 oktober 2013 kennisgenomen van een door [persoon 1] ingediende vordering tot schadevergoeding. Zij heeft hem in deze vordering niet-ontvankelijk verklaard omdat de vordering is ingediend nadat de officieren van justitie overeenkomstig artikel 311 van het Wetboek van Strafvordering het woord hebben gevoerd (artikel 51g, derde lid van het Wetboek van Strafvordering).
2. Tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat hij in of omstreeks de periode vanaf 17 januari 2012 tot en met 19 januari 2012 te Amsterdam en/of Arnhem en/of Amersfoort, in elk geval Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, opzettelijk mondeling en/of door gebaren en/of bij geschrift en/of afbeelding zich jegens [persoon 1] en/of een of meerdere andere perso(o)n(en) heeft/hebben geuit, kennelijk om zijn/hun vrijheid om naar waarheid of geweten ten overstaan van een rechter een verklaring af te leggen, te beïnvloeden, terwijl hij en of zijn mededader(s) wist/wisten of ernstige reden had/hadden te vermoeden dat die verklaring(en) zou(den) worden afgelegd, immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader(s):
- -
die [persoon 1] herhaaldelijk gedicteerd en/of gezegd om bij gelegenheid van het geplande getuigenverhoor op 19 januari 2012 in een tegen [persoon 2] aanhangige strafzaak ten overstaan van de rechter-commissaris in strijd met de waarheid te verklaren dat hij, [persoon 1], [persoon 3] in contact heeft gebracht met [persoon 4] en/of dat hij, [persoon 1], [persoon 2] niet (her)kent en/of dat hij, [persoon 1], [persoon 3] een grote idioot en een pathologisch leugenaar vindt en/of dat hij, [persoon 1], van zijn advocaat mr. [persoon 5] vernomen had dat hij opgeroepen was voor het getuigenverhoor en/of die [persoon 1] een of meerdere verklaring(en) van [persoon 4] uit het strafdossier van de zaak [X] overgelegd en die [persoon 1] gedwongen die verklaring(en) te lezen en/of die [persoon 1] gedeeltes uit de verklaring(en) van [persoon 4] voorgehouden en/of
- -
die [persoon 1] op het advocatenkantoor van mr. [verdachte] aantekeningen laten maken van hetgeen hij bij gelegenheid van het getuigenverhoor op 19 januari 2012 ten overstaan van de rechter-commissaris zou moeten verklaren en/of
- -
die [persoon 1] op het advocatenkantoor van mr. [verdachte] een kopie van het paspoort van [persoon 4] overhandigd, zodat die [persoon 1] die [persoon 4] zou kunnen herkennen en/of zijn uiterlijk zou kunnen omschrijven en/of
- -
op het advocatenkantoor van mr. [verdachte] meerdere malen met die [persoon 1] een rollenspel gespeeld, teneinde te oefenen op welke wijze die [persoon 1] diende te verklaren op vragen die hem gesteld zouden (kunnen) worden bij het getuigenverhoor bij de rechter-commissaris en/of
- -
die [persoon 1] een groot geldbedrag van ongeveer 100.000 euro tot 400.000 euro in het vooruitzicht gesteld indien hij tegenover de rechter-commissaris een valse verklaring zou afleggen en/of
- -
die [persoon 1] bedreigd en geïntimideerd door zijn/hun houding en/of gedrag en/of door op een zeer intimiderende en agressieve toon en met intimiderend taalgebruik tegen die [persoon 1] te spreken en/of te schreeuwen en/of zijn/hun stem te verheffen en/of hem uit te schelden en/of met zijn/hun vuist(en) te heffen en/of met duim en wijsvinger te wijzen alsof het een pistool was.
5 Bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan wat hem is ten laste gelegd met dien verstande dat verdachte in de periode van 17 januari 2012 tot en met 19 januari 2012 te Arnhem, tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk mondeling zich jegens [persoon 1] heeft geuit, kennelijk om zijn vrijheid om naar waarheid of geweten ten overstaan van een rechter een verklaring af te leggen, te beïnvloeden, terwijl hij en zijn mededader wisten dat die verklaring zou worden afgelegd, immers hebben hij, verdachte, en zijn mededader:
- -
die [persoon 1] gezegd om bij gelegenheid van het geplande getuigenverhoor op 19 januari 2012 in een tegen [persoon 2] aanhangige strafzaak ten overstaan van de rechter-commissaris te verklaren dat hij, [persoon 1], [persoon 3] in contact heeft gebracht met [persoon 4] en dat hij, [persoon 1], [persoon 3] een grote idioot en een pathologisch leugenaar vindt en dat hij, [persoon 1], van zijn advocaat mr. [persoon 5] vernomen had dat hij opgeroepen was voor het getuigenverhoor en
- -
die [persoon 1] op het advocatenkantoor van mr. [verdachte] aantekeningen laten maken van hetgeen hij bij gelegenheid van het getuigenverhoor op 19 januari 2012 ten overstaan van de rechter-commissaris zou moeten verklaren en
- -
die [persoon 1] een groot geldbedrag in het vooruitzicht gesteld indien hij tegenover de rechter-commissaris een valse verklaring zou afleggen.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.
10 Beslissing
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
medeplegen van opzettelijk mondeling zich jegens een persoon uiten, kennelijk om diens vrijheid om naar waarheid of geweten ten overstaan van een rechter of ambtenaar een verklaring af te leggen te beïnvloeden, terwijl hij weet dat die verklaring zal worden afgelegd.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte, [verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 3 (drie) maanden.
Beveelt dat deze straf niet ten uitvoer gelegd zal worden, tenzij later anders wordt gelast.
Stelt daarbij een proeftijd van 2 (twee) jaren vast.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast indien veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit schuldig maakt.
Veroordeelt verdachte tot een taakstraf bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid van 180 (honderdtachtig) uren, met bevel, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast van 3 (drie) maanden, met bevel dat de tijd die door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van deze straf geheel in mindering zal worden gebracht naar de maatstaf van 2 (twee) uren per dag.
Heft op het – geschorste – bevel tot voorlopige hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door
mr. D.J. Cohen Tervaert, voorzitter,
mrs. J. Knol en G. Voorhorst, rechters,
in tegenwoordigheid van M. Cordia, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 1 november 2013.
De jongste rechter is buiten staat
dit vonnis mede te ondertekenen.