1.
Het gaat in deze zaak om het volgende.
La Place heeft met ingang van 1 oktober 1999 voor de duur van tien jaar van Alri gehuurd de bedrijfsruimte gelegen aan de [adres]. Het gehuurde is bestemd om te worden gebruikt als horecaruimte.
Vanaf het moment dat de bepaalde duur pr 1 oktober 2009 was verstreken, deed zich de mogelijkheid om de huurprijs nader aan te passen. La Place wilde van die mogelijkheid gebruik maken omdat naar haar oordeel de huurprijs, toen € 361.055,88 per jaar, niet overeenstemt met die van vergelijkbare bedrijfsruimte ter plaatse, in die zin, dat de huurprijs te hoog is.
Partijen zijn overeengekomen dat de huurprijs nader wordt aangepast per 1 december 2009. Voorts zijn partijen, naar aanleiding van twee verzoekschriftprocedures, minnelijk overeengekomen dat LMBS Retail (LMBS) en HB Kroese Paternotte (HBKP) als deskundigen ex artikel 7:304 lid 1 optreden, waarbij hun adviezen gelden als adviezen bedoeld in dit wetsartikel.
LMBS en HBKP hebben geadviseerd tot een nadere huurprijs van € 165.000,00 respectievelijk € 376.806,00 per jaar.
Bij dagvaarding van 24 januari 2012 heeft La PlaceAlri gedagvaard, waarbij La Place heeft gevorderd:
- -
vaststelling van de huurprijs per 1 december 2009 op € 161.104,16 excl. BTW per jaar;
- -
veroordeling van Alri tot terugbetaling van de vanaf 1 december 2009 onverschuldigd betaalde huur, te vermeerderen met BTW en met de wettelijke handelsrente ex artikel 6:199a BW, telkens vanaf de dag van onverschuldigde betaling tot aan de voldoening;
- -
veroordeling van Alri tot betaling van de kosten van het deskundigenbericht ten bedrage van € 4.000,00, te vermeerderen met BTW, en van de kosten van de NEN-meting ten bedrage van € 2.000,00, eveneens te vermeerderen met BTW.
Alri heeft van haar zijde bij conclusie van eis in reconventie gevorderd:
- -
vaststelling van de huurprijs per 1 december 2009 op € 376.805,00 per jaar;
- -
veroordeling van La Place tot betaling van de huurpenningen, te vermeerderen met BTW, die La Place als gevolg van deze huurprijsvaststelling te weinig zal hebben betaald, vermeerderd met de wettelijke rente telkens vanaf de eerste dag van de maand waarop deze nieuwe huurprijs geacht moet worden te hebben gegolden, tot aan de voldoening;
- -
veroordeling van La Place tot betaling van de kosten van het deskundigenbericht ten bedrage van € 4.000,00, te vermeerderen met BTW.
Ter comparitie is door de kantonrechter de mogelijke benoeming van een derde deskundige ter sprake gebracht, en wie daarvoor zou kunnen worden benaderd. Besproken is dat de kantonrechter een beslissing zou kunnen geven over een partijen verdeeld houdend geschil over (de waardering van) parkeerplaatsen, met aansluitend de benoeming van een deskundige. Partijen hebben daarop te kennen gegeven met elkaar te willen overleggen over een deskundige alsmede een oplossing over het geschil inzake de parkeerplaatsen.
Bljikens de door partijen ter zitting van 25 januari 2013 genomen aktes hebben partijen een derde deskundige benoemd, [deskundige] van [bedrijf], om samen met LMBS en HBKP van advies te dienen over de huurprijs “op basis van het wettelijk criterium (artikel 7:303 lid 2 BW) per 1 december 2009. Volgens de aan de deskundigen gegeven opdracht zouden in het te geven advies twee huurprijzen moeten worden opgenomen, één voor het gehuurde inclusief en één voor het gehuurde exclusief parkeerplaatsen. Voor wat betreft de kosten zijn partijen overeengekomen dat ieder van hen de helft aan de [deskundige] diens kosten zullen voldoen, dat de kosten van LMBS en HBKP zullen worden voldaan door La Place respectievelijk Alri, en dat het partijen “vrij (staat) om vergoeding van de kosten van de deskundigen in de (lopende) procedure van de andere partij te vorderen.”
De deskundigen hebben op 20 december 2012 rapport uitgebracht op basis van de in dat rapport genoemde uitgangspunten, en hebben meegedeeld dag zij gezamenlijk zijn gekomen tot het volgende advies:
“1. Huurwaarde conform artikel 7:303 BW per peildatum 1 december 2009 voor het object inclusief parkeren: