Eveneens op 27 januari 2016 is een artikel verschenen op de voorpagina van
De Volkskrant en op de website www.volkskrant.nl van de hand van [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 4] , met de kop: “Eritrese intimidatie breidt zich uit.”
Hierin staat onder meer het volgende:
“De intimidatiepraktijken van aanhangers van het dictatoriale regime in Eritrea in Nederland breiden zich uit tot mensen buiten de Eritrese gemeenschap. Wetenschappers en een VN-rapporteur zeggen te worden achtervolgd en geïntimideerd. In de Eritrese gemeenschap in Nederland en andere Europese landen heerst een angstcultuur. Het regime oefent via aanhangers in de diaspora druk uit op Eritreeërs om geld af te staan en geen kritiek uit te oefenen op hun geboorteland. Het land staat te boek als een van de meest onderdrukkende regimes ter wereld, waar volgens de Verenigde Naties de mensenrechten op grote schaal worden geschonden.
Hoogleraar [naam 1] publiceert regelmatig over Eritrea. Tegen haar dient vandaag een kort geding. [eiser] , een in Nederland wonend actief lid van de partij van dictator Isaias Afewerki, beschuldigt haar van smaad en laster. Volgens [eiser] is duidelijk dat [naam 1] hem bedoelde toen ze onlangs bij BNR-Nieuwsradio stelde dat de broer van twee tolken voor de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) ‘de spil is van de inlichtingendienst in Eritrea’. [eiser] vindt deze beschuldiging onnodig grievend, niet feitelijk onderbouwd, en schadelijk voor zijn reputatie in de Eritrese gemeenschap en in de anti-racismebeweging in Nederland, waarin hij actief is, zo blijkt uit de processtukken. Tegenover De Volkskrant wil [eiser] niet reageren. [naam 1] voelt zich al jaren geïntimideerd door enkele Eritreeërs. Volgens hen zou zij ‘een coup’ beramen tegen Eritrea. Met enkele buitenlandse wetenschappers en journalisten is ze getypeerd als ‘moordenaar van Eritrea’. Ze vertelt ’s nachts te zijn achtervolgd in haar auto op weg naar huis en intimiderende tweets te ontvangen. “This could be a career ending case of the both of you’(deze zaak kan het einde van jullie carrière betekenen) luidde een tweet aan de hoogleraar en aan journaliste [naam 2] van het magazine OneWorld twee dagen geleden over het kort geding van vandaag. Ook [naam 2] zegt herhaaldelijk in tweets te worden geïntimideerd. ‘Er is sprake van bewuste intimidatie via Twitter en indirecte intimidatie door de aanwezigheid van Eritrese mannen die achter de tweets zitten, op plekken waar ik kom, zoals een lezing in een debatcentrum. (…)’ ”
Het artikel wordt gevolgd door een artikel van [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 4] op pagina 12 van dezelfde (papieren) krant, met de kop: ‘Achtervolgd als een Eritreër’ met de inleiding:
“Eritrea deskundige [naam 1] voelt de lange arm van het regime. Vandaag dient een kort geding tegen haar wegens smaad en laster. Wie is de man die het aanspande? En wat deed die auto achter haar?”
Het artikel bevat verder onder meer de volgende passages:
“Sinds in 2006 ook Eritrea haar werkterrein werd, is ze zowaar een ‘media-deskundige’ geworden. Op elk interview volgen heftige reacties via sociale media van haar onbekende, ogenschijnlijke Eritreeërs. Eerst de beschuldiging via internet dat ze aan het hoofd zou staan van een ‘trafficking ring’, en later dat ze ‘een coup zou beramen tegen Eritrea’. De ene dreigtweet volgt op de andere. (‘ [naam 1] wordt lastig, het wordt tijd actie te ondernemen’, 2014), er volgen beschuldigingen dat ze niets over Eritrea weet. Ene [eiser] blijkt veelvuldig de afzender of retweeter te zijn. (…)
Keerpunt
Het keerpunt komt als een goede Eritrese bekende zegt dat degenen die haar op sociale media belagen dat in opdracht doen. Het zijn handlangers van het regime die internationaal en ook in Nederland georganiseerd zijn. Met hun activiteiten om critici de mond te snoeren houden ze Eritreeërs in de diaspora in de greep en stellen ze hun eigen positie veilig. Deze praktijken zijn al jaren heimelijk gaande binnen de gemeenschap. Nu ben ook jij aan de beurt, vertelt hij. Daar kan ze wat mee, met dit inzicht. Het gaat niet zozeer om haar, het gaat om een mechanisme dat in Eritrea én daarbuiten actief is. In mei 2015 krijgt ze een dagvaarding in de bus. [eiser] , die al zo vaak over haar heeft getweet, klaagt haar aan wegens smaad en laster. Aanleiding is een kort telefonisch interview voor BNR Nieuwsradio op 21 mei. (…) De hoogleraar voelt de druk toenemen. Het is alsof ze tegen haar wil ergens in wordt gezogen. Ze merkt dat ze achterdochtiger wordt. Kan ze iedere Eritreeër die ze professioneel ontmoet nog wel vertrouwen? Wie werken er voor de lange arm van het regime in Nederland en wie niet? Nu ben ik Eritreër geworden, denkt ze. Nu weet ik hoe het is om je angstig en geïntimideerd te voelen.”
Op pagina 13 van dezelfde krant staat een ‘profiel’ van [eiser] , met de kop “Bekend als actief lid in de partij van de dictator”. Daarin staat onder meer:
“Hoewel hij in Nederland is opgegroeid, is [eiser] sterk verbonden met Eritrea. In 2011 bezocht hij een jeugdkamp in dat land. President Afewerki was een van de sprekers. De laatste jaren heeft de twintiger zich in Nederland steeds nadrukkelijk gemengd in het publieke debat over Eritrese zaken. Dat hangt tevens samen met zijn opmars in de jongerenbeweging YPFDJ, die gelieerd is aan de enige in Eritrea toegestane partij, de PFDJ van dictator Afewerki. Tot voor kort was [eiser] voorzitter van de YPFDJ. Het is een actieve vereniging die zich presenteert als een culturele organisatie die feesten en festiviteiten organiseert. Op één van die feesten werd in 2012 een man van 21 door een knokploeg in elkaar geslagen omdat hij zich negatief uitliet over dictator Afewerki. Zeven mannen sloegen op hem in totdat hij bewusteloos was. De organisatoren voorkwamen daarna dat de man naar het ziekenhuis werd gebracht. In plaats daarvan werd hij gewond thuis afgeleverd. Hoewel [eiser] ook bij dit soort evenementen aanwezig was, zijn er geen bewijzen dat hij mensen fysiek heeft bedreigd. Wel mengt hij zich in steeds fellere bewoordingen in het publieke debat en schuwt hij de confrontatie niet.
[eiser] bezoekt regelmatig bijeenkomsten van de YPFDJ door heel Europa. Yemane Gebreab, de rechterhand van dictator Afewerki, is daar een belangrijke spreker en vertelt de jongeren dat de toekomst van Eritrea in hun handen ligt. Dat zij moeten weten wie hun ‘vijanden’ zijn en daartegen moeten ‘vechten’. Dat ‘vechten’ lijkt zich ook te uiten in het via sociale media bestrijden van in de ogen van de YPFDJ verkeerde beeldvorming over Eritrea en de diaspora. Elke kritiek wordt gezien als een aanval, blijkt uit de tweets die YPFDJ’ers als [eiser] rondsturen. Een journalist van een landelijk medium – die vanwege de veiligheid anoniem wil blijven – vertelt hoe [eiser] telefonisch contact opnam. ‘Hij schreeuwde en dreigde dat hij mij zou aanpakken omdat ik over Eritrea had geschreven. Hij wordt steeds radicaler.’
Hoewel de angstcultuur in de Eritrese gemeenschap door allerlei intimidatiepraktijken groot is, durven de laatste tijd steeds meer Eritreërs zich te roeren. Zo organiseerden tegenstanders van het regime van Afewerki een onlinepetitie om de bijeenkomst van de YPFDJ in 2013 in Rijswijk te voorkomen. (…)
[eiser] nam op 22 juni vorig jaar deel aan een demonstratie in Genève tegen het rapport van de VN-rapporteur voor de mensenrechten in Eritrea. (…) ”
Deze artikelen zijn ook te vinden op de website www.volkskrant.nl, waarbij het artikel met het profiel van [eiser] als kop heeft ‘steeds radicaler lid van politiek partij Ertitrea’.