2.1.
Bij het tussenvonnis van 13 april 2016 zijn AVROTROS c.s. in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over de wijze waarop AVROTROS aan de in dat vonnis onder 4.22. geformuleerde veroordeling zal voldoen. Deze veroordeling komt erop neer dat AVROTROS ervoor dient te zorgen dat een ieder die van de in het vonnis besproken uitzendingen over de producten van Terumo en de daarover door haar via de televisie en andere door haar beheerste media gedane uitingen kennis kan nemen, bij het waarnemen van die uitingen duidelijk en onomwonden tevens de informatie krijgt dat de uitzendingen in rechte onrechtmatig zijn bevonden.
2.1.1.
AVROTROS c.s. stellen zich ten eerste op het standpunt dat de rechtbank, gelet op het in art. 23 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) bepaalde, met deze veroordeling buiten de rechtsstrijd van partijen treedt. Volgens hen zou dit neerkomen op een rectificatie en is deze veroordeling een geheel andere dan de door Terumo gevorderde verwijdering van de uitingen waarmee de tegen Terumo gerichte beschuldigingen worden verricht. AVROTROS c.s. zouden door deze voorziening voor een verrassing worden gesteld, waarop zij niet bedacht hoefden te zijn.
2.1.2.
Met Terumo is de rechtbank van oordeel dat dit standpunt niet opgaat. Terumo heeft de verwijdering van de uitingen gevorderd. Daarin ligt ook besloten dat, als verwijdering om welke reden dan ook niet wordt of niet kan worden opgelegd, een minder vergaande en daarin besloten maatregel kan worden bevolen. De veroordeling tot het opnemen van de mededeling dat de uitzendingen onrechtmatig zijn bevonden, is een dergelijke maatregel. Van rectificatie is geen sprake, nu de maatregel niet, bijvoorbeeld, het herstel van een onjuiste mededeling inhoudt.
2.2.1.
Vervolgens geven AVROTROS c.s. te kennen dat AVROTROS bereid is de verlangde informatie te plaatsen of, als dat – technisch – niet mogelijk is, de uiting te verwijderen. Zij stellen dat dit de door AVROTROS beheerste media betreft:
( a) de beide uitzendingen, zoals nog beschikbaar op de website van EenVandaag (www.eenvandaag.nl) en Uitzending gemist (www.uitzendinggemist.nl);
( b) de radio-uitzendingen (www.eenvandaag.nl);
( c) de artikelenwebsite van EenVandaag;
( d) de berichten op de Facebookpagina van EenVandaag;
( e) de Twitterberichten van EenVandaag.
AVROTROS c.s. verwijzen hierbij steeds naar de door Terumo onder IV. van haar petitum geformuleerde vordering en de daarbij ingediende producties.
Bij de onder (a) en (b) genoemde uitzendingen zal AVROTROS de informatie plaatsen. Aangezien dit bij de onder (c), (d) en (e) genoemde uitingen niet mogelijk is, zal zij de uitingen daar verwijderen. Wat de berichten op Facebook en Twitter betreft, stelt AVROTROS dit al te hebben gedaan.
2.2.2.
Terumo stelt zich op het standpunt dat AVROTROS c.s. daarmee een te beperkte selectie van uitingen maken. Kennelijk gaan zij ervan uit dat de in Terumo’s dagvaarding onder 5.35 opgenomen lijst als uitputtend is bedoeld. Dat is echter onjuist: In de dagvaarding staat slechts: Hieronder volgt een selectie van de beschuldigingen. Volgens Terumo, die via Google naar door AVROTROS beheerste websites heeft gezocht, beheerst AVROTROS naast de websites <avrotros.nl> en <eenvandaag.nl> ook de aan de Nederlandse Publieke Omroep (NPO) in eigendom toebehorende website <npo.nl>, voor zover de webpagina’s op haar programma’s betrekking hebben. Verder heeft AVROTROS de beschuldigingen over Terumo via de onder <avrotros.nl> vallende website van haar consumentenprogramma RADAR gepubliceerd. Terumo somt een aantal links op waarop zij uitingen over Terumo heeft aangetroffen.
2.2.3.
Bij haar tussenvonnis heeft de rechtbank bepaald dat “AVROTROS ervoor [dient] te zorgen dat een ieder die van de beide uitzendingen en de uitingen die zij daarover via de televisie en andere door haar beheerste media heeft gedaan, nog steeds kennis kan nemen bij het waarnemen van die uitingen duidelijk en onomwonden tevens de informatie krijgt dat de uitzendingen onrechtmatig zijn bevonden”. Daarbij zijn geen beperkingen aangebracht in de zin dat daaronder uitsluitend die uitingen die Terumo met zoveel woorden in haar petitum noemt, moeten worden begrepen. Terumo heeft haar vordering ook niet tot deze uitingen beperkt. De strekking van de veroordeling is dat elke uiting waarover AVROTROS controle kan uitoefenen, van de bedoelde informatie over de uitspraak van de rechtbank (hierna: het bijschrift) wordt voorzien. Dat betekent ook dat deze verplichting niet geldt, indien en voor zover AVROTROS over een uiting geen of niet langer controle kan uitoefenen.
2.3.
Het bijschrift moet bij het openen van de uiting, zonder dat scrollen nodig is, onmiddellijk duidelijk zichtbaar en leesbaar zijn en vervolgens duidelijk zichtbaar en leesbaar blijven gedurende de tijd die de gemiddelde lezer nodig heeft om de volledige tekst te kunnen lezen. Het is aan AVROTROS hiervoor de vorm en de plaats te kiezen die met de onderhavige veroordeling en de aard daarvan in overeenstemming zijn. Voorts zal, overeenkomstig hetgeen AVROTROS c.s. in hun akte uitlating (onder 22) voorstellen en Terumo in haar antwoordakte nadere uitlating (onder 6.7) aanvaardt, aan het eind van het bijschrift een link naar het vonnis van de rechtbank dienen te worden aangebracht, en wel naar het vonnis van 13 april 2016, omdat daarin het geschil in zijn kern wordt besproken. De tekst zal, gezien het grensoverschrijdende karakter van deze zaak, behalve in Nederlands tevens in het Engels dienen te worden vermeld.
2.4.
Anders dan Terumo verzoekt, zal het AVROTROS niet worden verboden op de tekst (of op de uitspraak van de rechtbank als geheel) commentaar te leveren. Een dergelijk verbod zou met de uitingsvrijheid van AVROTROS in strijd zijn.
2.5.
AVROTROS c.s. merken nog op dat, nu zij in hun akte uitlating te kennen hebben gegeven dat zij aan de onderhavige veroordeling uitvoering zullen geven, Terumo bij deze veroordeling geen belang meer heeft. Terecht voert Terumo aan dat zij daarbij wel belang heeft, indien en voor zover AVROTROS zich niet of slechts ten dele aan haar toezeggingen en/of de veroordeling tot plaatsing van het bijschrift houdt. Daarbij heeft het opleggen van een dwangsom de functie Terumo een handvat in een eventueel executiegeschil te verstrekken.
2.6.
Voor zover Terumo in haar antwoordakte nadere uitlating onderwerpen aansnijdt die niet met de plaatsing van het bijschrift te maken hebben, of haar eis wijzigt, handelt zij daarmee in strijd met de belangen van een goede procesorde. De rechtbank zal haar opmerkingen in dat verband dan ook negeren.
2.7.
Aan proceskosten zullen AVROTROS c.s. het volgende dienen te betalen:
- griffierecht € 613,-
- salaris advocaat € 1.130,- (2,5 punten × tarief € 452,-)
totaal € 1.743,-.
Verder zullen AVROTROS c.s. worden veroordeeld in de nakosten voor zover deze kosten op dit moment reeds kunnen worden begroot, op de wijze zoals in de beslissing vermeld.