In het boek “Het wonder dat niet omvalt” gaat het hoofdstuk “Taxi” over [eiser] . Dit hoofdstuk luidt als volgt:
De eerste keer dat ik bij [eiser] in zijn taxi stapte, was ik bang. Angst, maar ook bevreemding, ongeloof, misschien zelfs onbehagen – dat zijn de sentimenten die de taxi van [eiser] vullen als de portieren worden geopend. Zijn auto is een sluis die zich vult met een ongemakkelijke sfeer. Zelf wilde ik na twee minuten uitstappen, die eerste keer. Twee minuten, langer wilde ik niet bij [eiser] in zijn taxi blijven. Ik was niet de enige passagier. Mijn zoontje van negen maanden hing in de draagdoek op mijn borst. Hij snurkte zachtjes. Hij had nergens last van, voelde geen angst, geen onbehagen. Misschien droomde hij in de taxi van [eiser] over de baarmoederlijke bossen die [naam 2] beschrijft in zijn autobiografie Geheugen, spreek. ‘Oeroude fabelwouden waar meer vogels dan tijgers zijn en meer vruchten dan dorens, en waar, ergens in een diepte tussen licht en schaduw de menselijke geest wordt geboren.’ Zoete, fladderende dromen, fluwelen herinneringen. Ik zag ook dingen die er niet zijn, maar mijn verbeelding riep tijgers en dorens op.
[eiser] rijdt al twintig jaar taxi. Hij kent blind de weg in [plaats] . Straten, stegen, cafés, restaurants. Hij brengt je naar je moeder, naar je ex, naar de barkruk die altijd voor je klaarstaat. Het liefste rijdt hij in de nacht. Van A naar B door de ontstopte stad. Maar overdag is [eiser] ook te vinden achter het stuur. Ritjes naar de tandarts, de accountant, naar de minnares in het goedkope hotel. Onderweg, zoals miljoenen taxi’s op de wereld. Er is één verschil. [eiser] lijdt aan het syndroom van Gilles de la Tourette. Niet dat hij je uitmaakt voor rotzak of bostrol, [eiser] is de hoffelijkheid zelve. Hij heeft last van tics, bewegingen die hij niet kan onderdrukken. Plotselinge, snelle, herhaalde gebaren. Mijn eerste gedachte was: cocaïne. Inwendig vloekte ik als iemand met de coprolalie-variant van Gilles de la Tourette. Ik wilde uitstappen.
‘U bent volkomen veilig in mijn taxi,’ zei [eiser] . En hij legde mij uit wat hij talloos veel passagiers heeft uitgelegd. Het is onthutsend hoe snel je met andere ogen naar iemand kunt kijken. De sluizen van bewondering die zich openen. Je ziet ineens een man die je door de stad loodst, een man die duizenden blikken heeft moeten ondergaan en tegen iedereen moet zeggen: ‘Wees niet bang’. Een man die misschien wel bang is voor ons.
2.5. Op 28 oktober 2016 heeft de advocaat van [eiser] een brief aan BNN-Vara gestuurd. Hierin staat – kort gezegd – dat de privacy van [eiser] door de uitzending op 15 september 2016 is aangetast en dat dit onrechtmatig is. Om die reden wordt aanspraak gemaakt op een schadevergoeding van € 25.000,-.