Parketnummers: 13/702579-17, 13/231473-16 (TUL) (Promis)
Datum uitspraak: 11 januari 2018
Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1989,
niet ingeschreven in de Basisregistratie Personen,
opgegeven postadres: [adres] , [woonplaats] ,
uit anderen hoofde gedetineerd in de ‘ [PI] ’ te [plaats] .
2 Tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 19 september 2017 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen in/uit een (bedrijfs)pand gelegen aan/in de [straatnaam] een of meer geldbedragen en/of papieren en/of een spaarpot, geheel of ten dele toebehorend aan [slachtoffer 1] en/of [naam bedrijf] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot dat (bedrijfs)pand heeft/hebben verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking;
2.
primair
hij op of omstreeks 17 september 2017 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een motor/scooter (merk Piaggio Skipper), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s);
subsidiair:
hij op of omstreeks 19 september 2017 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een of meer goederen, te weten een motor/scooter (merk Piaggio M60) en/of een motor/scooter (merk Piaggio Skipper) en/of een kentekenplaat (kentekencode [kenteken] ) en/of een kentekenplaat (kentekencode [kenteken] ) heeft verworven, voorhanden gehad en/of overgedragen, terwijl hij ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
5 Bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen bewezen dat verdachte:
ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde:
op 19 september 2017 te Amsterdam, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand gelegen aan de [straatnaam] geldbedragen en een papier en een spaarpot, toebehorende aan [slachtoffer 1] , waarbij hij, verdachte, en zijn mededaders zich de toegang tot dat bedrijfspand hebben verschaft door middel van braak.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.
10 Beslissing
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart het onder 2 primair en subsidiair ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart bewezen dat verdachte het onder 1 ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte, [verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 100 (honderd) dagen.
Beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Beveelt dat een gedeelte, groot 23 (drieëntwintig) dagen, van deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelast.
Stelt daarbij een proeftijd van 2 (twee) jaren vast.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast, indien de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet aan de volgende algemene voorwaarden houdt.
Stelt als algemene voorwaarden:
- Veroordeelde zal zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maken aan een strafbaar feit;
- Veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- Veroordeelde zal medewerking verlenen aan het door de reclassering te houden toezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen.
De tenuitvoerlegging kan eveneens worden gelast als veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet aan de volgende bijzondere voorwaarden houdt.
Stelt als bijzondere voorwaarden:
- Veroordeelde moet zich binnen vijf werkdagen na vrijlating melden bij het Leger des Heils Jeugdbescherming & Reclassering op het adres [adres 1] . Hierna moet veroordeelde zich blijven melden zo frequent en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht en moet hij zich houden aan de door de reclassering gegeven aanwijzingen;
- Veroordeelde wordt verplicht om zich te laten behandelen voor zijn problematische middelengebruik bij Arkin Inforsa of soortgelijke ambulante forensische zorg, zulks ter beoordeling van de reclassering, waarbij veroordeelde zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de instelling/behandelaar zullen worden gegeven. Hierbij kan verdiepingsdiagnostiek plaatsvinden binnen een ambulant behandeltraject;
- Veroordeelde wordt verplicht om in Stichting Exodus of een soortgelijke instelling, zulks ter beoordeling van de reclassering, te verblijven en zich te houden aan het (dag-)programma dat deze voorziening in overleg met de reclassering heeft opgesteld, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht.
Geeft aan genoemde instelling opdracht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
Gelast de tenuitvoerlegging van de straf, voor zover deze voorwaardelijk is opgelegd bij voornoemd vonnis van 7 maart 2017 met parketnummer 13/231473-16, zijnde een taakstraf bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid voor de duur van 60 (zestig) uren, met bevel, voor het geval dat de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren heeft verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 30 (dertig) dagen.
Dit vonnis is gewezen door
mr. M.E. Leijten, voorzitter,
mrs. L.R. Wisse en M. Snijders Blok-Nijensteen, rechters,
in tegenwoordigheid van B. de Hoogh, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 11 januari 2018.