2 Tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 25 december 2016 tot en met 24 februari 2017 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, aan zijn zoon [naam benadeelde partij] , geboren op [geboortedatum] , opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, te weten zeven ribfracturen en/of een fractuur in de wervel en/of een fractuur in de linkerenkel en/of een fractuur in de rechterbovenarm, heeft toegebracht, door telkens met dat opzet op enigerlei
wijze fors/veel kracht uit te oefenen op de ribben en/of de wervel en/of de linkerenkel en/of de rechterbovenarm, in elk geval op het lichaam van voornoemde [naam benadeelde partij] ;
Subsidiair:
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 25 december 2016 tot en met 24 februari 2017 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan zijn zoon [naam benadeelde partij] , geboren op [geboortedatum] , opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, telkens met dat opzet op enigerlei wijze fors/veel kracht heeft uitgeoefend op de ribben en/of de wervel en/of de linkerenkel en/of de rechterbovenarm, in elk geval op het lichaam van voornoemde [naam benadeelde partij] ;
meer subsidiair:
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 25 december 2016 tot en met 24 februari 2017 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, opzettelijk zijn zoon [naam benadeelde partij] , geboren op [geboortedatum] , heeft mishandeld, tengevolge waarvan voornoemde [naam benadeelde partij] zwaar lichamelijk letsel (zeven ribfracturen en/of een fractuur in de wervel en/of een fractuur in de linkerenkel en/of een fractuur in de rechterbovenarm), althans enig lichamelijk letsel, heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
11 Beslissing
Verklaart het primair ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart bewezen dat verdachte het subsidiair ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
poging tot zware mishandeling, begaan tegen zijn kind, meermalen gepleegd
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte, [verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 9 (negen) maanden.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Beveelt dat een gedeelte, groot 6 (zes) maanden, van deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelast.
Stelt daarbij een proeftijd van 5 (vijf) jaren vast.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast indien de veroordeelde zich niet aan de algemene en bijzondere voorwaarden houdt.
Stelt als algemene voorwaarden dat de veroordeelde:
- zich voor het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maakt;
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen.
Stelt als bijzondere voorwaarden dat de veroordeelde:
- zich onder behandeling stelt, doch slechts als de reclassering dit na de bewezenverklaring van het feit geïndiceerd acht;
- geen contact zoekt of onderhoudt met zijn zoon [naam benadeelde partij] (geboren [geboortedatum] ), tenzij dat met in- en toestemming van zowel de reclassering als de moeder van [naam benadeelde partij] gebeurt.
Geeft opdracht aan Reclassering Nederland tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
Beveelt dat bovengenoemde bijzondere voorwaarden en het - op grond van artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht - uit te oefenen toezicht, dadelijk uitvoerbaar zijn;
Wijst de vordering van [naam benadeelde partij] (geboren [geboortedatum] ), toe tot € 5.800,- ( vijfduizend en achthonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 18 oktober 2018 tot aan de dag van de algehele voldoening.
Veroordeelt verdachte tot betaling van het toegewezen bedrag aan [naam benadeelde partij] voornoemd.
Veroordeelt verdachte voorts in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
Legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [naam benadeelde partij] (geboren [geboortedatum] ) aan de Staat € 5.800,- ( vijfduizend en achthonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 18 oktober 2018 tot aan de dag van de algehele voldoening, te betalen, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis van 64 dagen. De toepassing van die hechtenis heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat, indien en voor zover verdachte aan een van genoemde betalingsverplichtingen heeft voldaan, daarmee de andere is vervallen.
Bepaalt dat de als gevolg van deze uitspraak te betalen schadevergoeding zal worden gestort op een ten behoeve van [naam benadeelde partij] (geboren op [geboortedatum] ) te openen spaarrekening met een BEM-clausule.
Heft op het reeds geschorste bevel tot voorlopige hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door
mr. J.A.A.G. de Vries, voorzitter,
mrs. P.P.C.M. Waarts en C. Huizing-Bruil, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. J.B.C. van der Veer, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 18 juni 2019.
De griffier is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.