6 Bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat verdachte
in de periode van 1 maart 2019 tot en met 26 maart 2019 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijke levenssfeer, te weten die van [slachtoffer 1] , met het oogmerk die [slachtoffer 1] , te dwingen iets niet te doen, te dulden en vrees aan te jagen, immers heeft/is hij, verdachte in voornoemde periode:
een baken onder de auto van voornoemde [slachtoffer 1] geplaatst en
- meermalen voornoemde [slachtoffer 1] gevolgd en
- meermalen zich opgehouden bij het werk van voornoemde [slachtoffer 1] en
- meermalen voornoemde [slachtoffer 1] gebeld en
- meermalen vrienden en/of familie van voornoemde [slachtoffer 1] benaderd
- meermalen voornoemde [slachtoffer 1] bedreigd;
hij in de periode van 1 juli 2018 tot en met 15 december 2018 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijke levenssfeer, te weten die van [slachtoffer 1] , met het oogmerk die [slachtoffer 1] , te dwingen iets niet te doen, te dulden en vrees aan te jagen, immers heeft/is hij, verdachte in voornoemde periode:
- een baken onder de auto van de moeder van voornoemde [slachtoffer 1] geplaatst, welke auto bij voornoemde [slachtoffer 1] in gebruik was, en
- het emailaccount en/of snapchat account van voornoemde [slachtoffer 1] gehackt en
- meermalen voornoemde [slachtoffer 1] gevolgd en
- voornoemde [slachtoffer 1] bedreigd door een bericht te laten zien met daarin dat
hij 10K voor haar heeft betaald en
- meermalen zich heeft opgehouden bij het werk van [slachtoffer 1] ;
hij in de periode van 18 januari 2017 tot en met 18 maart 2019 te Amsterdam, althans in Nederland, van een of meerdere voorwerpen, te weten
- een auto, Audi S3, met het kenteken [kenteken] , met een geschatte waarde van 29.646,00 euro (aangetroffen in de parkeergarage van de [adres] , sleutels en kentekenbewijs bij de doorzoeking van het pand [adres] )
de werkelijke herkomst en wie de rechthebbende op voornoemde voorwerpen was heeft verhuld en
- een of meer (contante) geldbedragen, te weten in totaal 8901,60 euro die hij, verdachte, heeft besteed aan dure merkkleding en merkschoenen en sieraden (blijkens aankoopbonnen aangetroffen bij de doorzoeking van het pand [adres] ) en
-een geldbedrag van 60.000 MAD, blijkens een opname aangetroffen bij de doorzoeking van het pand [adres] en
- een Louis Vuitton tas met een nieuwwaarde van 940,00 euro (aangetroffen bij de doorzoeking van het pand [adres] ) en
- een (contant) geldbedrag, te weten in totaal 35.450,00 euro dat hij, verdachte, heeft besteed aan Rolex horloges van Schaap en Citroen (blijkens aankoopbonnen aangetroffen bij de doorzoeking van het pand [adres] ) en
- een auto, Mercedes, met het kenteken [kenteken] , met een geschatte waarde van 40.039,00 euro (blijkens het RDW register op naam van [verdachte] van 2 februari 2018 tot en met 24 juni 2018) en
- een driewieler motorfiets, Piaggio, met kenteken [kenteken] , met een geschatte waarde van 3.900 euro (blijkens het RDW-register op naam van [verdachte] van 7 mei 2018 tot en met 23 november 2018) en
- een contant geldbedrag, te weten 10.078 euro, aangetroffen bij verdachte op 7 november 2018, op Schiphol (blijkens een registratie van de Financial Intelligence Unit en/of iCov) en
- meerdere contante stortingen, te weten in totaal 22.010,00 euro in de periode tussen 18 jan 2017 en 5 oktober 2018 (blijkens onderzoek naar de bankrekeningen van [verdachte] )
heeft verworven, voorhanden gehad, overgedragen en/of van voornoemde voorwerpen gebruik heeft gemaakt, terwijl hij wist, dat die voorwerpen geheel of gedeeltelijk afkomstig waren uit enig misdrijf;
hij in de periode 1 januari 2019 tot en met 18 maart 2019 te Amsterdam [slachtoffer 1] heeft mishandeld door - voorgenoemde [slachtoffer 1] met haar hoofd, op een granieten aanrecht te duwen en/of te slaan en voorgenoemde [slachtoffer 1] met kracht bij haar armen te pakken;
hij in de periode van 15 april 2019 tot en met 22 april 2019 in Nederland, wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijke levenssfeer, te weten die van [slachtoffer 1] , met het oogmerk die [slachtoffer 1] , te dwingen iets te dulden en vrees aan te jagen, immers heeft hij in voornoemde periode meermalen zich ('s nachts) opgehouden bij het (nieuwe) adres van voornoemde [slachtoffer 1] en de voordeur van de (nieuwe) woning van voornoemde [slachtoffer 1] beschadigd;
hij op 30 april 2016 te Amsterdam, [slachtoffer 2] , zijn zus, heeft mishandeld door die [slachtoffer 2] tegen de (onder)lip te slaan;
ten aanzien van feit 2:
hij op 30 april 2016 te Amsterdam, [slachtoffer 2] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, immers heeft verdachte opzettelijk voornoemde [slachtoffer 2] dreigend de woorden toegevoegd dat hij, verdachte, voornoemde [slachtoffer 2] en haar kinderen zou vermoorden, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.
10 Beslissing
Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
ten aanzien van feit 1, 2 en 5 in zaak A:
belaging, meermalen gepleegd;
ten aanzien van feit 3 in zaak A:
witwassen;
ten aanzien van feit 4 in zaak A en feit 1 in zaak B:
mishandeling, meermalen gepleegd;
ten aanzien van feit 2 in zaak B:
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht,
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte, [verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 1 (één) jaar.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Legt op de maatregel strekkende tot beperking van de vrijheid (artikel 38v Sr), inhoudende een contactverbod met [slachtoffer 1] en een locatieverbod zich niet op te houden in een straal van 1 kilometer rondom de woning van [slachtoffer 1] in [plaats] voor de duur van 2 (twee) jaren.
Beveelt dat vervangende hechtenis zal worden toegepast voor het geval niet aan de maatregel wordt voldaan. De duur van deze vervangende hechtenis bedraagt 2 (twee) weken voor iedere keer dat niet aan de maatregel wordt voldaan met een maximum van 24 (vierentwintig) weken.
Toepassing van de vervangende hechtenis heft de verplichtingen ingevolge de opgelegde maatregel niet op.
Beveelt dat de op grond van artikel 38v van het Wetboek van Strafrecht opgelegde maatregel dadelijk uitvoerbaar is.
1 Geld Euro, 5740899
2 Personenauto [kenteken] AUDI S3 Sportback 2017, 5652083
3 Zendapparatuur, 5755571 tracer
10 8 x Kassabon, 5740893
11 Tas Louis Vuitton, 5740906
Gelast de teruggave aan verdachte van:
4 USB-stick (memorykaart), 5740838
5 Zaktelefoon, IPHONE, 5740847
6 Zaktelefoon SAMSUNG, 5740872
7 Zaktelefoon NOKIA, 5740876
8 Simkaart van zaktelefoon LYCAMOBILE, 5740884
9 6 x SB-stick (memorykaart), 5740888
Dit vonnis is gewezen door
mr. P.L.C.M. Ficq, voorzitter,
mrs. W.M.C. van den Berg en M.A.E. Somsen, rechters,
in tegenwoordigheid van L. Jaakke-van den Berg, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 22 november 2019.