Fundr c.s. vordert -zakelijk en verkort weergegeven-:
I. Rabobank te veroordelen om iedere inbreuk op de handelsnaam van Fundr te staken en gestaakt te houden, waaronder het gebruik van de naam fundr, en/of namen die daar in geringe mate van afwijken, als merk en/of domeinnaam en/of als web- en/of e-mail adres, op websites, via zoekmachine-diensten, in zoekmachine-advertenties, als Google Adword en/of op social media, in Nederland of gericht op Nederland, op straffe van een dwangsom,
II. Rabobank te veroordelen om ieder onrechtmatig handelen jegens Fundr te staken en gestaakt te houden, op straffe van een dwangsom,
III. Rabobank te veroordelen om een rectificatie te verzenden aan alle (potentiële) klanten aan wie Rabobank diensten onder de naam Fundr heeft aangeboden of verricht, waarin staat dat de rechtbank heeft geoordeeld dat het gebruik van de naam fundr door Rabobank inbreuk oplevert op de handelsnaamrechten van Fundr en tevens onrechtmatig is, met toezending aan Fundr van een lijst met namen en adressen aan wie de rectificatie is verzonden, op straffe van een dwangsom,
IV. Rabobank te veroordelen om alles te doen wat nodig is om de registratie van de domeinnaam fund-r.nl op naam van Fundr wordt gesteld,
V. Fundr te machtigen om, ingeval Rabobank niet voldoet aan het onder IV gevorderde, dit vonnis in de plaats te stellen van de opdracht aan de registrar, de Stichting Internet Domeinnaamregistratie Nederland (SIDN) en aan elke andere daartoe benodigde instantie en/of natuurlijk persoon,
VI. een dwangsom te stellen op het gevorderde onder IV. en V.,
VII. Te bepalen dat de termijn waarbinnen Fundr c.s. een bodemprocedure aanhangig moet maken zes maanden zal zijn na datum van dit vonnis,
VIII. Rabobank te veroordelen in de kosten van dit geding in de zin van artikel 1019h Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv).