2 Tenlastelegging
Aan verdachte is – na wijziging op de zitting – ten laste gelegd dat
1
hij op één of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 augustus 2019 tot en met 20 februari 2020 te Amsterdam, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (meermalen) opzettelijk heeft verkocht en/of afgeleverd en/of
verstrekt aan (onder meer) [opsporingsambtenaar] en/of een opsporingsambtenaar (bekend onder nummer [nummer] ) en/of een of meerdere overige (onbekend gebleven) personen, een of meerdere (grote) hoeveelheden van een of meerdere middelen als vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, waaronder een of meerdere (grote) hoeveelheden van een materiaal bevattende MDMA en/of (grote) hoeveelheden van een materiaal bevattende cocaïne en/of (grote) hoeveelheden van een materiaal bevattende heroïne, zijnde MDMA en/of cocaïne en/of heroïne, in elk geval (telkens) een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
hij op één of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 20 februari 2020 tot en met 19 maart 2020 te Amsterdam en/of te Purmerend, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk aanwezig heeft gehad:
- ( ongeveer) 12,76 gram (9,85 gram + 1,28 gram + 1,63 gram) van een materiaal bevattende heroïne en/of
- ( ongeveer) 6,52 gram (0,79 gram + 0,77 gram + 2,64 gram + 0,07 gram + 2,25 gram) van een materiaal bevattende cocaïne en/of
- ( ongeveer) 5,19 gram (0,43 gram + 1,32 gram + 0,17 gram + 0,42 gram + 1,72 gram + 1,13 gram) en/of 1,8 milliliter en/of twee tabletten van een materiaal bevattende MDMA, zijnde heroïne en/of cocaïne en/of MDMA, in elk geval een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2
hij op een of meerdere tijdstippen op of omstreeks de periode van 1 mei 2017 tot en met 20 februari 2020 te Amsterdam en/of te Purmerend, althans in Nederland, een wapen van categorie III, onder 4, van de Wet Wapens en Munitie, te weten een gas- en/of alarmpistool (merk Bruni (BBM) type GAP), voorhanden heeft gehad;
3
hij op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2017 tot en met 19 maart 2020 te Amsterdam en/of te Purmerend, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (van) een of meerdere voorwerp(en), te
weten
- een of meerdere contant(e) geldbedrag(en) van 1089 euro en/of 101 dollar en/of
- een iPhone 11 Pro (met een geschatte waarde van EUR 1329) en/of
- een (zeer) grote hoeveelheid dure/exclusieve (merk)kleding en/of
(merk)zonnebrillen en/of (merk)schoenen en/of (merk)tassen en/of (overige) dure/exclusieve) accessoires (waaronder horloges en/of sieraden)
a. de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding en/of de verplaatsing heeft verborgen en/of verhuld en/of heeft verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende op voornoemd(e) voorwerp(en) was, en/of heeft verborgen en/of verhuld wie voornoemd(e) voorwerp(en) voorhanden heeft gehad en/of
b. heeft verworven, voorhanden gehad, overgedragen en/of omgezet, en/of van voornoemd(e) voorwerp(en) gebruik heeft gemaakt, terwijl hij wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden, dat dat/die voorwerp(en) geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf,
5 Bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage vervatte bewijsmiddelen bewezen dat verdachte
1
op meerdere tijdstippen in de periode van 23 januari 2020 tot en met 20 februari 2020 te Amsterdam, opzettelijk heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt aan een opsporingsambtenaar (bekend onder nummer [nummer] ) en overige (onbekend gebleven) personen, hoeveelheden van een of meer middelen als vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, waaronder een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne.
op één of meerdere tijdstippen in de periode van 20 februari 2020 tot en met 19 maart 2020 te Amsterdam en te Purmerend, opzettelijk aanwezig heeft gehad:
- 12,76 gram (9,85 gram + 1,28 gram + 1,63 gram) van een materiaal bevattende heroïne en
- 6,52 gram (0,79 gram + 0,77 gram + 2.64 gram + 0,07 gram + 2,25 gram) van een materiaal bevattende cocaïne en
- 5,19 gram (0,43 gram + 1,32 gram + 0,17 gram + 0,42 gram + 1,72 gram + 1,13 gram) en 1,8 milliliter en/of twee tabletten van een materiaal bevattende MDMA,
3
in de periode van 1 januari 2017 tot en met 19 maart 2020 te Amsterdam en/of te Purmerend, (van) meerdere voorwerpen, te weten
- contante geldbedragen van 1089 euro en 101 dollar en
- een iPhone 11 Pro (met een geschatte waarde van EUR 1329) en
- een grote hoeveelheid dure/exclusieve (merk)kleding en (merk)zonnebrillen en (merk)schoenen en (merk)tassen en (overige) (dure/exclusieve) accessoires (waaronder horloges en sieraden)
b. heeft verworven en voorhanden gehad en/of van voornoemde voorwerpen gebruik heeft gemaakt, terwijl hij wist dat die voorwerpen - onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf,
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.
10 Beslissing
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart het onder feit 2 ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart bewezen dat verdachte het onder feit 1 en feit 3 ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5. is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1
opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd;
en
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod.
Ten aanzien van feit 3
Witwassen, meermalen gepleegd.
Verklaart het in rubriek 5 onder strafbare feiten bewezene strafbaar met uitzondering van de onder feit 3 genoemde contante geldbedragen van €1.089 en $101 en ontslaat ter zake daarvan verdachte van alle rechtsvervolging.
Verklaart verdachte, [verdachte] , daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 7 (zeven) maanden.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Legt op de maatregel dat de veroordeelde zich voor de duur 1 (één) jaar niet zal ophouden op het Beukenplein te Amsterdam.
Beveelt dat vervangende hechtenis zal worden toegepast voor het geval niet aan de maatregel wordt voldaan. De duur van deze vervangende hechtenis bedraagt 1 (één) week voor iedere keer dat niet aan de maatregel wordt voldaan, met een maximum van 3 (drie) maanden.
Toepassing van de vervangende hechtenis heft de verplichtingen ingevolge de opgelegde maatregel niet op.
Verklaart verbeurd:
De voorwerpen met nummers 1 tot en met 84 op de als bijlage II bijgevoegde beslaglijst.
Gelast de teruggave aan verdachte van:
De voorwerpen met nummers 85 tot en met 95 op de als bijlage II bijgevoegde beslaglijst.
Dit vonnis is gewezen door
mr. R.A. Sipkens, voorzitter,
mrs. K.A. Brunner en M.M. Breugem, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. C.W. van der Hoek, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 18 juni 2020.