2 Tenlastelegging
Aan verdachte is – kort gezegd – ten laste gelegd dat hij zich heeft schuldig gemaakt aan
Zaak A:
Primair
een afpersing op 22 september 2019 te Amsterdam, in vereniging, waarbij [slachtoffer 1] met (bedreiging van) geweld is gedwongen tot afgifte van een Louis Vuitton tas met inhoud en/of oordopjes
een diefstal met (bedreiging van) geweld, gepleegd op 22 september 2019 te Amsterdam, in vereniging waarbij de telefoon van [slachtoffer 1] is weggenomen;
Subsidiair ten laste gelegd als medeplichtigheid aan voornoemde afpersing en/of medeplichtigheid aan voornoemde diefstal met (bedreiging van) geweld;
Zaak B:
Een openlijke geweldpleging, gepleegd tegen [slachtoffer 2] , op 21 februari 2019 te Amsterdam;
Zaak C:
een diefstal met (bedreiging van) geweld, in vereniging, gepleegd op 22 september 2019 te Amsterdam, waarbij de een of meerdere jassen en/of een mobiele telefoon (Apple) en/of een horloge en/of Airpods en/geld toehorende aan [slachtoffer 3] zijn weggenomen;
Subsidiair ten laste gelegd als een afpersing;
Zaak D:
Feit 1:
het op 13 februari 2020 te Diemen voorhanden hebben van een gas-/alarmpistool;
Feit 2:
het op 13 februari 2020 te Diemen voorhanden hebben van een patroon;
Zaak E:
diefstal van een broodje zalm op 14 maart 2019 te Amsterdam;
Zaak F:
heling van een scooter/bromfiets op 11 juni 2019 te Amsterdam.
De tekst van de gehele tenlastelegging is opgenomen in een bijlage die aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.
4 Bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in bijlage II opgenomen bewijsmiddelen bewezen dat verdachte
Zaak A:
op 22 september 2019 te Amsterdam, op de openbare weg de Dam, tezamen en in vereniging anderen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door
geweld en bedreiging met geweld [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot de afgifte van een Louis Vuitton tas met inhoud en oordopjes, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan voornoemde [slachtoffer 1] , welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden, dat hij, verdachte en zijn mededaders
- naar de tas van voornoemde [slachtoffer 1] hebben gegrepen en
- voornoemde [slachtoffer 1] dreigend de woorden hebben toegevoegd: "Geef, geef, geef" en "Kom met die tas" en "Met inhoud", en
- voornoemde [slachtoffer 1] daarbij dreigend de woorden hebben toegevoegd:
"Geef me die tas of ik steek je neer. Geef die tas aan die jongen", en
- naar de strot van voornoemde [slachtoffer 1] hebben gegrepen en hem daarbij een duw hebben gegeven en
- voornoemde [slachtoffer 1] dreigend de woorden hebben toegevoegd: “Kom kom, laat mij het voor je houden gelijk, nu je toch bezig bent.”;
op 22 september 2019 te Amsterdam, op de openbare weg de Dam, tezamen en in vereniging anderen, een telefoon, toebehorende aan [slachtoffer 1] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer 1] , gepleegd met het
oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden, dat hij verdachte en zijn mededaders
- voornoemde [slachtoffer 1] een mes, hebben getoond en
- naar de strot en keel van voornoemde [slachtoffer 1] hebben gegrepen en hem daarbij een duw hebben gegeven en
- een telefoon, in elk geval enig goed, uit de broekzak van voornoemde [slachtoffer 1] hebben gepakt;
Zaak B:
op 21 februari 2019 te Amsterdam, openlijk, te weten, het [adres 1] , in vereniging
geweld heeft gepleegd tegen [slachtoffer 2] , welk geweld bestond uit het
- vastpakken bij de schouder/rug van voornoemde [slachtoffer 2] en
- meermalen slaan en schoppen op/tegen het lichaam van voornoemde [slachtoffer 2] en het naar de grond werken van voornoemde [slachtoffer 2] ;
Zaak C:
Primair
op 21 september 2019 te Amsterdam, op de openbare weg, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen jassen (van het merk Dsquared2 en Stone Island) en een mobiele telefoon (van het merk Apple) en een horloge en AirPods (merk Apple) en geld, toebehorende aan [slachtoffer 3] , welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer 3] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden, dat hij, verdachte, en zijn mededader(s)
- een wapen (taser) hebben getoond en hebben voorgehouden aan voornoemde [slachtoffer 3] en
- naar voornoemde [slachtoffer 3] zijn toegegaan en om hem heen zijn gaan staan en voornoemde [slachtoffer 3] hebben vastgepakt en/of tegen voornoemde [slachtoffer 3] heeft/hebben gezegd dat hij zijn jas af moet geven;
Zaak D:
Feit 1
op 13 februari 2020 te Diemen, een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een gas-/alarmpistool, van het merk Umarex Walther, type P22, kaliber 9mm PAK zijnde een vuurwapen in de vorm van een pistool voorhanden heeft gehad;
Feit 2
op 13 februari 2020 te Diemen, munitie van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten 1 patroon, Lapua volmantel projectiel van het kaliber 7,65 mm browning voorhanden heeft gehad;
Zaak E:
op 14 maart 2019 te Amsterdam een broodje zalm, dat geheel toebehoorde, aan Spar city filiaal Sloterdijk, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
Zaak F:
op 11 juni 2019 te Amsterdam, een goed te weten een scooter/bromfiets van het merk BTC, type Riva heeft voorhanden gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van dit goed redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.
11 Beslissing
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 4 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte, [verdachte] , daarvoor strafbaar.
Het bewezen verklaarde levert op:
Zaak A:
Primair
eendaadse samenloop van
afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen
diefstal, voorafgegaan, vergezeld of gevolgd van geweld of bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of die diefstal gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd op de openbare weg en terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
Zaak B:
openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen.
Zaak C:
diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en die diefstal gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd op de openbare weg en terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen .
Zaak D:
Feit 1 en feit 2:
telkens, handelen in strijd met artikel 13, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
Veroordeelt verdachte tot een jeugddetentie van 150 (honderdvijftig) dagen.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Beveelt dat een gedeelte, groot 90 (negentig) dagen, van deze jeugddetentie niet tenuitvoergelegd zal worden, tenzij later anders wordt gelast.
Stelt daarbij een proeftijd van 2 (twee) jaren vast.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast indien de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit.
Stelt als bijzondere voorwaarden dat veroordeelde:
- zich meldt op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt. De reclassering zal contact opnemen met betrokkene voor de eerste afspraak;
- zich laat behandelen door het Forensisch Jeugdteam van Forensische Ambulante Zorg Inforsa of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling start wanneer de reclassering dat noodzakelijk acht. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling;
- op geen enkele wijze heeft of zoekt - direct of indirect - contact met de medeverdachten in de zaak met parketnummer 13-041530-20:
- [medeverdachte 5] , geboren op [geboortedag] 2002 te [geboorteplaats] ;
- [medeverdachte 6] , geboren op [geboortedag] 2001 te [geboorteplaats] ;
- [medeverdachte 7] , geboren op [geboortedag] 2002 te [geboorteplaats] ;
- [medeverdachte 8] , geboren op [geboortedag] 2000 te [geboorteplaats] ,
zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt. De politie ziet toe op handhaving van dit contactverbod.
Geeft aan Reclassering Inforsa de opdracht als bedoeld in artikel 77aa, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden, met uitzondering van het contactverbod, en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
Beveelt dat de bijzondere voorwaarden en het toezicht door de Reclassering Inforsa dadelijk uitvoerbaar zijn.
Voorwaarden daarbij zijn dat de veroordeelde gedurende de proeftijd:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 77aa, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, daaronder begrepen de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht.
Veroordeelt verdachte tot een taakstraf, bestaande uit een werkstraf voor de duur van
120 (honderdtwintig) uren en beveelt dat, als de verdachte de taakstraf niet naar behoren heeft verricht, vervangende jeugddetentie zal worden toegepast voor de duur van 60 (zestig) dagen;
Verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 3] (zaak A) niet-ontvankelijk in zijn vordering.
Bepaalt dat de benadeelde partij en de verdachte ieder de eigen kosten dragen.
Gelast de teruggave aan verdachte van: Apple Iphone met goednummer 5817908.
- -
vuurwapen (pistool), goednummer PL1300-2020032837-5882986;
- -
munitie (kogelpatroon), goednummer PL1300-2020032837-5882984.
Heft op het - geschorste - bevel tot voorlopige hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door
mr. S. Djebali, voorzitter,
mrs. A.C.J. Klaver en M. Snijders Blok-Nijensteen, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. M.M. van der Beek, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 7 april 2021.
mr. Snijders Blok-Nijensteen is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.