Uitspraken

Een deel van alle rechterlijke uitspraken wordt gepubliceerd op rechtspraak.nl. Dit gebeurt gepseudonimiseerd.

Deze uitspraak is gepseudonimiseerd volgens de pseudonimiseringsrichtlijn

ECLI:NL:RBAMS:2025:4663

Rechtbank Amsterdam
04-07-2025
04-07-2025
C/13/769802 / KG ZA 25-394 NB/MV
Civiel recht
Kort geding

Vordering tot verschaffing van transactiegegevens toegewezen op grond van AVG

Rechtspraak.nl

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht, voorzieningenrechter civiel

zaaknummer / rolnummer: C/13/769802 / KG ZA 25-394 NB/MV

Vonnis in kort geding van 4 juli 2025

in de zaak van

[eiser] ,

wonende te [woonplaats] ,

eiser bij conceptdagvaarding,

advocaat mr. B.Z. Loonstein te Amsterdam,

tegen

de vennootschap naar buitenlands recht

RISEPOINT LIMITED,

gevestigd te Birkirkara (Malta),

gedaagde, vrijwillig verschenen,

advocaten mr. J.G. Reus en mr. M. Moeskops te Amsterdam.

Partijen zullen hierna [eiser] en Risepoint worden genoemd.

1 De procedure

Tijdens de mondelinge behandeling van dit kort geding op 18 juni 2025 heeft [eiser] de dagvaarding toegelicht. Risepoint heeft mede aan de hand van een vooraf ingediende conclusie van antwoord verweer gevoerd.
Beide partijen hebben producties en een pleitnota in het geding gebracht.
Bij de mondelinge behandeling waren aanwezig:

  • -

    [eiser] met mr. Loonstein;

  • -

    mr. Reus en mr. Moeskops.

[naam compliance officer] (compliance officer bij Risepoint) heeft via een digitale verbinding deelgenomen aan de mondelinge behandeling. Hij is bijgestaan door een tolk Nederlands/Duits (E.H. Roest).
Na verder debat is vonnis bepaald op 2 juli 2025. Op 1 juli 2025 zijn de advocaten van partijen ervan in kennis gesteld dat het vonnis een of twee dagen later wordt gewezen. Het vonnis is uiteindelijk op 4 juli 2025 gewezen.

2 De feiten

2.1.

Risepoint is een aanbieder van online kansspelen. Zij maakte deel uit van de Kindred Group PLC (hierna Kindred). Risepoint en Kindred exploiteerden het online casino Unibet. Dit online casino werd/wordt geëxploiteerd via onder meer www.unibet.com. www.unibet.eu en www.unibet.nl. In oktober 2024 is Kindred overgenomen door La Française des Jeux (FDJ). Unibet is een aparte divisie binnen de FDJ-groep.

2.2.

Vanaf ongeveer 2004 heeft Risepoint (toen dus nog onderdeel van Kindred) de op de Nederlandse markt gerichte activiteiten van het online casino Unibet geëxploiteerd. Op 1 oktober 2021 ging Unibet in Nederland ‘op zwart’ omdat zij niet beschikte over een vergunning van de Nederlandse Kansspelautoriteit (Ksa).

2.3.

[eiser] heeft in de periode vóór 1 oktober 2021 deelgenomen aan de kansspelen via Unibet. Volgens [eiser] zijn kansspelovereenkomsten die voor die datum zijn gesloten nietig vanwege strijd met artikel 1 van de Wet op de Kansspelen. [eiser] is voornemens zijn inzet, minus de uitbetalingen (dus zijn netto verlies) als zijnde onverschuldigd betaald, terug te vorderen.

2.4.

Bij e-mail van 17 mei 2024 (gericht aan e-mailadres [e-mailadres] ) heeft [eiser] om de volgende documenten verzocht:

2.5.

Op 28 mei 2024 heeft Unibet de ontvangst van het verzoek bevestigd en is aan [eiser] bericht dat Unibet op grond van artikel 12 lid 3 AVG twee maanden nodig had om het verzoek te verwerken.

2.6.

Op 7 oktober 2024 heeft Unibet [eiser] het volgende toegestuurd:

2.7. In de begeleidende e-mail van 7 oktober 2024 van Unibet aan [eiser] staat onder meer het volgende:

2.8.

Op 17 oktober 2024 heeft [eiser] het volgende aan Unibet ge-e-maild:

2.9.

Op 23 december 2024 heeft Unibet het volgende aan [eiser] ge-e-maild:

2.10.

Bij e-mail van 19 mei 2025 heeft de advocaat van [eiser] Risepoint – kort gezegd – gesommeerd binnen twee werkdagen alle persoonsgegevens die Risepoint van hem heeft opgeslagen in een gestructureerde, gangbare en machineleesbare vorm te verstrekken.

2.11.

Bij e-mail van 21 mei 2025 heeft de advocaat van Risepoint geantwoord dat de sommatie tot het verstrekken van gegevens prematuur is. Ook is volgens de e-mail de antwoordtermijn van twee werkdagen onredelijk en onuitvoerbaar.

3 Het geschil

3.1.

[eiser] vordert bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
I. Risepoint te bevelen om binnen 14 dagen de in de dagvaarding bedoelde verwerkingen van persoonsgegevens en/of de in de dagvaarding bedoelde (andere) gegevens aan [eiser] te verschaffen, waaronder in elk geval begrepen de directe of indirecte transacties tussen [eiser] en Risepoint;
II. op straffe van een dwangsom van € 5.000,- per dag met een maximum van
€ 1.000.000,-;
III. Risepoint te verbieden die hiervoor bedoelde bescheiden, waaronder de transactieoverzichten, te vernietigen, kwijt te maken, onleesbaar te maken of op enige andere wijze te vervreemden, op straffe van een dwangsom van € 500.000,-;
IV. Risepoint te veroordelen in de kosten van dit geding.

3.2.

[eiser] stelt hiertoe – samengevat weergegeven – het volgende. Er zijn meerdere uitspraken bekend, onder meer van de rechtbank Amsterdam, waarin is geoordeeld dat verliezen die door een consument zijn geleden bij een online gokbedrijf dat niet beschikte over een vergunning volledig aan die consument moeten worden terugbetaald. Om zijn netto-verlies te kunnen terugvorderen is het voor [eiser] van essentieel belang om te beschikken over transactieoverzichten. Tot april 2024 stuurde Unibet steeds transactieoverzichten indien daar om werd verzocht, maar sindsdien zit Unibet haar (voormalige) klanten dwars, eerst door te vertragen en later met het argument dat de Maltese wet en de AVG het verstrekken van die informatie zouden verhinderen. Vanaf oktober 2024 werden in bepaalde gevallen nog wel persoonsgegevens verstrekt, maar dan niet de relevante transactieoverzichten. Bij [eiser] verliep het traject net zo als bij tal van anderen. Reeds op 17 mei 2024 (zie 2.4) heeft hij om zijn transactiegegevens verzocht, maar tot op heden heeft hij die niet ontvangen. Ook hij kreeg te horen dat er “juridische restricties” gelden. [eiser] heeft echter recht op inzage op grond van artikel 15 lid 1 AVG en op grond van de artikelen 194 en 195 Rv. Hij heeft hierbij ook een spoedeisend belang.

3.3.

Risepoint heeft – samengevat weergegeven – (naast een aantal formele verweren) het volgende aangevoerd. Dit kort geding is prematuur omdat nog allerminst vaststaat dat de desbetreffende kansspelovereenkomsten nietig zijn en of gokkers aanspraak kunnen maken op terugbetaling van hun verliezen, zoals enkele rechtbanken hebben geoordeeld. Hierover zijn prejudiciële vragen gesteld aan de Hoge Raad en de antwoorden hierop worden pas in 2026 verwacht. Het verzoek van [eiser] voldoet niet aan de eisen van artikel 15 AVG en evenmin aan de eisen van de artikelen 194 en 195 Rv. Indien de vordering van [eiser] desalniettemin op grond van de artikelen 194 en 195 Rv wordt toegewezen, verzoekt Risepoint de voorzieningenrechter te bepalen dat [eiser] een voorschot van € 1.000,- op de door Risepoint te maken kosten moet betalen.
[eiser] heeft geen spoedeisend belang bij toewijzing van zijn vorderingen en de vrees voor vernietiging van zijn gegevens is ongegrond. Risepoint zegt vrijwillig toe dat alle persoonsgegevens van [eiser] zullen worden bewaard, voor zover zij daarover beschikt. Bij toewijzing van vordering III. heeft [eiser] dan ook geen belang.

3.4.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4 De beoordeling

4.1.

Op grond van artikel 79 lid 2 AVG is de voorzieningenrechter van deze rechtbank bevoegd kennis te nemen van de vorderingen van [eiser] (die in Amsterdam woont) voor zover die vorderingen zijn gebaseerd op de AVG. De Nederlandse rechter is daarnaast bevoegd op grond van de artikelen 17 en 18 van de Brussel I-bis verordening1 aangezien [eiser] als natuurlijk persoon en consument heeft gehandeld. Op niet-contractuele gronden is de Nederlandse rechter bevoegd op grond van artikel 7 lid 2 Brussel I-bis aangezien het schadebrengende feit zich in Nederland heeft voorgedaan.

4.2.

Op de vorderingen is Nederlands recht van toepassing op grond van artikel 10:159 Burgerlijk Wetboek (BW) jo. artikel 4 lid 1 van de Rome II verordening2. Voor zover het standpunt van Risepoint juist zou zijn dat Maltees recht van toepassing is op de AVG-aspecten van deze zaak (en dus ook de Malta Data Protection Act 2018, hierna de Maltese Uitvoeringswet) wordt verwezen naar r.o. 4.6 en 4.7 van dit vonnis.

4.3.

In weerwil van wat Risepoint heeft aangevoerd, kan het verzoek van [eiser] van 17 mei 2024 (zie 2.4) worden aangemerkt als een AVG-verzoek dat aan de juiste partij (en het juiste adres) is gericht. Het verzoek is per e-mail verzonden aan [e-mailadres] . Voorshands heeft Risepoint toegang tot dit e-mailadres. [eiser] heeft immers aangevoerd dat in de algemene voorwaarden van Unibet is vermeld dat de officiële naam van Unibet Trannel (International) Ltd. is en de nieuwe naam van die laatstgenoemde vennootschap is Risepoint. Overigens is op 28 mei 2024 naar [eiser] een ontvangstbevestiging verzonden vanuit het e-mailadres [e-mailadres] . Tot slot is voorshands aannemelijk dat sprake is van gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijkheid van Kindred en Risepoint, zodat [eiser] ten aanzien van beide verwerkingsverantwoordelijken zijn rechten kan uitoefenen (zie artikel 26 lid 3 AVG).

4.4.

Unibet (Risepoint) heeft in het verleden persoonsgegevens zoals bedoeld in artikel 4 lid 1 AVG van [eiser] verwerkt, die betrokkene is in de zin van dat artikel. De transactiegegevens die [eiser] thans vordert kunnen voorshands eveneens als persoonsgegevens worden aangemerkt, onder meer omdat het bankrekeningnummer en het ID-nummer van [eiser] hiervan een onderdeel uitmaken. Risepoint is (mede) verwerkingsverantwoordelijke in de zin van artikel 4 lid 7 AVG. Op grond van artikel 15 AVG heeft [eiser] een recht op inzage waardoor vordering I. voor toewijzing gereed ligt. Die inzage dient te geschieden op een wijze die strookt met artikel 20 AVG, dus in een gestructureerde, gangbare en machineleesbare vorm, zoals door [eiser] gevorderd. Hetgeen hierover door Risepoint in haar conclusie van antwoord is aangevoerd, staat hieraan niet in de weg. Nu toewijzing van de vordering op grond van de AVG kan worden toegewezen, komt de voorzieningenrechter niet toe aan de (subsidiaire) grondslag, te weten de artikelen 194 en 195 Rv.

4.5.

[eiser] heeft een spoedeisend belang bij toewijzing van vordering I. Hiervoor wordt verwezen naar hetgeen hierover in de dagvaarding is opgenomen, te weten dat Risepoint het al maar moeilijker maakt om transactieoverzichten te verkrijgen. Daarnaast kan niet worden uitgesloten dat Risepoint een sterfhuisconstructie in gang zet en/of middelen wegsluist. Zij onttrekt zich van haar verantwoordelijkheden als verwerkingsverantwoordelijke door het consumenten onnodig ingewikkeld te maken om hun persoonsgegevens op te vragen. Tot slot is van belang dat [eiser] op de mondelinge behandeling heeft verklaard welke enorme impact zijn gokverslaving op zijn leven heeft gehad. Hij heeft naar eigen zeggen enkele tonnen verloren en is verder zijn huis en gezin kwijtgeraakt. Verwerking hiervan is van groot belang om een nieuwe start te kunnen maken. Hij moet dit hoofdstuk kunnen afsluiten en hij moet weten waar hij aan toe is en waar hij recht op heeft.

4.6.

Risepoint (gevestigd in Malta) heeft zich, uitgaande van de toepasselijkheid van Maltees recht, beroepen op de Maltese Uitvoeringswet. Zij beroept zich specifiek op de beperkingen die hierin op basis van artikel 23 AVG zijn geïmplementeerd. Risepoint is van mening dat de transactieoverzichten niet hoeven te worden verstrekt op basis van een beperking die voortvloeit uit de Maltese Uitvoeringswet (Restriction Regulation) en die erop neerkomt dat een verwerkingsverantwoordelijke in of vooruitlopend op een juridische procedure niet op basis van de AVG kan worden gedwongen om persoonsgegevens prijs te geven die onderwerp van geschil zijn of die als bewijs kunnen dienen ter onderbouwing van een vordering. Hiervan is in deze zaak sprake, aldus Risepoint, omdat [eiser] expliciet te kennen heeft gegeven de transactieoverzichten nodig te hebben ter onderbouwing van een claim tegen Risepoint op grond van onverschuldigde betaling en/of onrechtmatige daad.

4.7.

Uitgaande van de toepasselijkheid van Maltees recht overweegt de voorzieningenrechter dat niet kan worden uitgesloten dat de beperking waarop Risepoint zich beroept in strijd is met de voorwaarden die artikel 23 AVG stelt aan het opleggen van beperkingen. Met die beperking wordt immers de essentie van het recht op inzage aangetast. De beperking is noodzakelijk noch proportioneel. Hetgeen Risepoint in dit kader heeft aangevoerd, te weten dat afgifte van de gegevens haar bewijsrechtelijke positie verslechtert, dat Risepoint hierdoor wordt aangetast in haar vrijheid van ondernemerschap en dat de afhandeling door Risepoint van meer dan 8.000 inzageverzoeken een disproportionele administratieve last vormt, is hiertoe onvoldoende. [eiser] heeft in zijn dagvaarding verwezen naar besluiten van de Maltese autoriteit persoonsgegevens waaruit volgt dat een beroep op de desbetreffende beperking niet werd gehonoreerd. Risepoint heeft daartegenin gebracht dat tegen die besluiten beroepsprocedures lopen. De theoretische mogelijkheid van een andere uitkomst van die beroepsprocedures doet echter niet af aan het oordeel van de voorzieningenrechter dat Risepoint voorshands geen beroep toekomt op de beperking die voortvloeit uit de Maltese Uitvoeringswet. De voorzieningenrechter ziet ook geen aanleiding hierover prejudiciële vragen te stellen aan het Hof van Justitie van EU, zoals door Risepoint voorgesteld.

4.8.

Blijkens haar conclusie van antwoord heeft Risepoint zich subsidiair beroepen op de beperking die is opgenomen in artikel 23 lid 1 sub i AVG. De meer dan 8.000 inzageverzoeken die enkel worden gedaan om vorderingen te kunnen instellen tegen Risepoint tasten haar vrijheid van ondernemerschap aan, aldus Risepoint. Uit hetgeen hiervoor onder 4.7 is overwogen volgt dat dit standpunt van Risepoint niet opgaat.

4.9.

De conclusie tot zover is dat vordering I. zal worden toegewezen. [eiser] is geen voorschot op de kosten van verstrekken verschuldigd nu de vordering niet op basis van de artikelen 194 en 195 Rv wordt toegewezen, maar op basis van de AVG. Voor een beperking van de gevorderde dwangsom (vordering II.) bestaat geen aanleiding nu Risepoint ter zitting heeft verklaard voor de afhandeling van een verzoek zoals dat van [eiser] slechts 90 minuten nodig te hebben.

4.10.

Vordering III. (een verbod de transactieoverzichten te vernietigen) zal niet worden toegewezen. [eiser] heeft hierbij geen belang aangezien Risepoint heeft toegezegd geen gegevens te zullen vernietigen. Bovendien ontbreekt het belang omdat vordering I. wordt toegewezen en [eiser] dus zelf de beschikking zal krijgen over de desbetreffende gegevens.

4.11.

De veroordelingen worden uitvoerbaar bij voorraad verklaard, zoals alleen al volgt uit de aard van het kort geding.

proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [eiser] worden begroot op:

- griffierecht 331,00

- salaris advocaat 1.107,00

Totaal € 1.438,00

5 De beslissing

De voorzieningenrechter

5.1.

beveelt Risepoint om binnen 14 dagen na de betekening van dit vonnis de in het lichaam van de dagvaarding bedoelde verwerkingen van persoonsgegevens en/of de in het lichaam van de dagvaarding bedoelde (andere) gegevens aan [eiser] te verschaffen, door [eiser] inzage te verlenen in deze gegevens, waaronder in elk geval de directe en/of indirecte transacties tussen [eiser] en Risepoint, door aan [eiser] een kopie of afschrift van deze gegevens te verstrekken die een compleet beeld vormen van deze gegevens en/of transacties, elektronisch te verstrekken in een gangbaar formaat als XLS(X) of CSV dan wel door middel van een Application Programming Interface en waarbij de aan [eiser] te verstrekken informatie dan wel gegevens begrijpelijk zijn en hem in staat stellen de juistheid van de (persoons)gegevens en de rechtmatigheid van de verwerking van die gegevens te controleren en/of de hoogte van door hem verrichte stortingen en opnames bij casino Unibet te achterhalen,

5.2.

veroordeelt Risepoint tot betaling van een dwangsom van € 5.000,- per dag of deel daarvan dat Risepoint in gebreke blijft om geheel of gedeeltelijk aan het onder I. genoemde bevel te voldoen, met een maximum van € 1.000.000,-,

5.3.

veroordeelt Risepoint in de proceskosten, aan de zijde van [eiser] tot op heden begroot op € 1.438,00,

5.4.

veroordeelt Risepoint in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 178,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat betekening van dit vonnis heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 92,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van dit vonnis,

5.5.

verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,

5.6.

wijst het meer of anders gevorderde af.

Dit vonnis is gewezen door mr. N.C.H. Blankevoort, voorzieningenrechter, bijgestaan door mr. M. Veraart, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 4 juli 2025.3

1 Verordening (EU) nr. 1215/2012

2 Verordening (EU) nr. 864/2007

3 type: MV coll:

De gegevens worden opgehaald

Hulp bij zoeken

Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over:

Selectiecriteria

De Rechtspraak, Hoge Raad der Nederlanden en Raad van State publiceren uitspraken op basis van selectiecriteria:

  • Uitspraken zaken meervoudige kamers
  • Uitspraken Hoge Raad en appelcolleges
  • Uitspraken met media-aandacht
  • Uitspraken in strafzaken
  • Europees recht
  • Richtinggevende uitspraken
  • Wraking

Weekoverzicht

Selecteer een week en bekijk welke uitspraken er in die week aan het uitsprakenregister zijn toegevoegd.