Het UWV heeft bij besluit van 18 september 2018 aan de werkgever toestemming gegeven voor opzegging van de arbeidsovereenkomst tussen partijen. In de Beslissing op ontslagaanvraag van 18 september 2018 is onder meer vermeld:
(…)
Herstel voor eigen (aangepaste) functie
Uit uw toelichting bij de ontslagaanvraag en uit de verklaring van de bedrijfsarts van 9 augustus 2018 blijkt dat niet wordt verwacht dat werknemer de komende 26 weken inzetbaar zal zijn voor het verrichten van de bedongen arbeid al dan niet in aangepaste vorm.
De arbeidsdeskundige geeft in het arbeidsdeskundig onderzoek aan dat werknemer niet geschikt is voor het verrichten van de maatgevende arbeid; de functie van verpleegkundige. De arbeidsdeskundige heeft zijn beoordeling mede gebaseerd op de verklaring van de verzekeringsgeneeskundige.
Wij vinden daarmee dat u aannemelijk heeft gemaakt dat werknemer binnen 26 weken niet zal herstellen voor het eigen werk. Tevens vinden wij dat u aannemelijk heeft gemaakt dat werknemer binnen 26 weken haar eigen werk niet in aangepaste vorm kan verrichten.
Herplaatsing in andere passende functie
(…)
Wij vinden het aannemelijk dat er geen (passende) vacatures zijn of binnen een redelijke termijn zijn te verwachten, zodat het niet mogelijk is om werknemer te herplaatsen.
(..)
Werknemer is, zo blijkt uit haar reactie van 5 september 2018, van oordeel dat door u onvoldoende herplaatsingsinspanningen zijn gedaan en dat er kansen zijn gemist.
Voorafgaande aan de WIA beoordeling heeft een toets plaatsgevonden over de inspanningen die partijen hebben geleverd om tot re-integratie van werknemer te komen. Uit deze toets is komen vast te staan dat er door werkgever voldoende aan re-integratie is gedaan. (…)
U verstrekt een overzicht van vacatures. U heeft moeten vaststellen dat er onder deze vacatures geen passende vacatures voor werknemer beschikbaar zijn. Werknemer heeft in haar verweer aangegeven dat er passende vacatures aanwezig zijn en dat dit aan u kenbaar is gemaakt. Mede uit de tweede reactie van werknemer, op 12 september 2018, kan worden afgeleid dat de herplaatsingsmogelijkheden en daarbij ook de vacatures met de arbeidsdeskundige zijn besproken. De arbeidsdeskundige neemt in de rapportage op dat werknemer berust in het feite dat ze niet meer kan terugkeren in eigen of ander werk. (…)
Op basis van alle voornoemde omstandigheden komen wij tot de conclusie dat u een redelijke grond heeft om over te gaan tot de beëindiging van het dienstverband met werknemer en dat het niet mogelijk is om werknemer binnen een redelijke termijn te herplaatsen. Het verweer van werknemer geeft gelet op bovenstaande geen aanleiding tot een andere conclusie te komen dan onderstaand is vermeld.”