1 De procedure
1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- -
de dagvaarding van 2 december 2019, met producties EP 1 t/m EP 39;
- -
het faxbericht van Synthese iGGz van 13 januari 2020 met een overzicht producties;
- -
het faxbericht van Synthese iGGz van 14 januari 2020 met aangepaste productiestaat en producties EP 40 t/m EP 45;
- -
de conclusie van antwoord in kort geding tevens houdende eis in reconventie, ter griffie ingekomen op 15 januari 2020 om 11.01 uur, met producties GP 1 t/m GP 10;
- -
het faxbericht van Synthese iGGz van 15 januari 2020 houdende bezwaar tegen de door [gedaagde] ingediende conclusie van 15 januari 2020 en de daarbij gevoegde producties;
- -
de mondelinge behandeling van 16 januari 2020, waarbij namens Synthese iGGz een pleitnota is overgelegd.
1.2.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft de voorzieningenrechter, na partijen te hebben gehoord, beslist dat de door [gedaagde] ingediende conclusie van antwoord in kort geding tevens houdende eis in reconventie en de daarbij behorende producties zullen worden geweigerd. Met instemming van partijen is evenwel beslist dat de conclusie van antwoord van [gedaagde] (zonder de producties waarnaar wordt verwezen) tot en met randnummer 53 zal worden aangemerkt als het ter zitting gevoerde verweer in eerste termijn.
1.3.
Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1.
Synthese iGGz is een zorginstelling die blijkens een uittreksel uit het register van de Kamer van Koophandel diensten aanbiedt op het gebied van interculturele geestelijke gezondheidszorg. Synthese iGGz is op 20 april 2016 opgericht.
2.2.
Aesclepius Group B.V. (hierna te noemen: Aesclepius) wordt bestuurd door S.K. Marhe B.V. en SDM B.V. Tot 31 augustus 2018 was ook [B.V. I] bestuurder van Aesclepius. [gedaagde] is bestuurder en enig aandeelhouder van [B.V. I] Aesclepius is vanaf de oprichting van Synthese iGGz haar enig aandeelhouder en was tot 17 augustus 2018 tevens haar enig bestuurder. [gedaagde] is tot 31 augustus 2018 algemeen directeur geweest binnen Aesclepius en was in die hoedanigheid (middellijk) bestuurder van Synthese iGGz. Met ingang van 17 augustus 2018 is Aesclepius gedefungeerd als bestuurder van Synthese iGGz en zijn S.K. Marhe B.V. en SDM B.V. als bestuurder van Synthese iGGz aangesteld.
2.3.
In maart 2013 is de domeinnaam www.synthesezorg.nl geregistreerd. Daarbij is [gedaagde] opgegeven als contactpersoon met vermelding van het e-mailadres [e-mailadres].
2.4.
Vanaf haar oprichting heeft Synthese iGGz gebruik gemaakt van de domeinnaam www.synthesezorg.nl en het e-mailadres info@synthesezorg.nl.
2.5.
Synthese iGGz heeft op 6 augustus 2018 de domeinnaam www.synthese-zorg.nl geregistreerd. Synthese iGGz heeft de inhoud van de website www.synthesezorg.nl naar de domeinnaam www.synthese-zorg.nl overgeheveld.
2.6.
Synthese iGGz is houdster van de volgende Benelux-merken (hierna: de Benelux-merken):
- het Benelux beeldmerk met registratienummer 1382856, gedeponeerd op 16 november 2018 en ingeschreven op 5 februari 2019 voor diensten in klasse 44:
- het Benelux woordmerk ‘Synthese iGGz’ met registratienummer 1385893, gedeponeerd op 19 november 2018 en ingeschreven op 12 februari 2019 voor diensten in klasse 44.
2.7.
Synthese iGGz heeft [gedaagde] op 26 februari 2019 gesommeerd de website www.synthesezorg.nl offline te halen.
2.8.
Synthese iGGz tracht via zorgonderhandelaar [A] contracten met zorgverzekeraars af te sluiten voor het jaar 2020. In een e-mailbericht van 22 oktober 2019 bericht de zorgonderhandelaar het volgende aan Synthese iGGz:
“De actiepunten lijken mij op zich wel duidelijk.
Reactie op Website. Let wel. Ik weet dat dit een breekpunt kan zijn voor Menzis. Als de site niet goed is of te onduidelijk ivm de vermen[g]ing met de ‘foute site’, dan kun je een contract wel vergeten. (…)”
2.9.
Na een tweede sommatie van [gedaagde] door Synthese iGGz op 30 oktober 2019, is de content op de website www.synthesezorg.nl verwijderd en werd daarop het volgende bericht getoond:
2.10.
Nadat er melding is gemaakt bij de politie vanwege het gebruik van het politielogo, is dit logo onderaan voormeld bericht verwijderd. De website www.synthesezorg.nl toont sindsdien en in elk geval tot en met de datum van de mondelinge behandeling van dit kort geding de volgende mededeling:
2.11.
Het telefoonnummer dat is vermeld in de berichtgeving op www.synthesezorg.nl, zoals opgenomen onder 2.9 en 2.10, is het privé telefoonnummer van [gedaagde].
2.12.
[gedaagde] heeft inmiddels, al dan niet via [B.V. I], het bedrijf Spectrum GGZ B.V. opgericht waarmee hij actief is als zorgverlener.
2.13.
[B.V. I] heeft bij verzoekschrift van 26 september 2018 verzocht beslag te mogen leggen ten laste van Synthese iGGz, omdat zij stelde op basis van diverse overeenkomsten en vanwege diverse aan Synthese iGGz voorgeschoten bedragen van Synthese iGGz een bedrag te vorderen te hebben van € 76.132,56. De voorzieningenrechter heeft [B.V. I] op 27 september 2018 verlof verleend tot beslaglegging ten laste van Synthese iGGz voor een bedrag van € 98.972,-. Op 1 oktober 2018 heeft [B.V. I] ten laste van Synthese iGGz conservatoir beslag gelegd onder ING Bank N.V., Zilveren Kruis Zorgverzekeringen N.V. en onder Menzis Zorgverzekeraar N.V.
2.14.
Synthese iGGz heeft vervolgens in kort geding gevorderd de ten laste van Synthese iGGz gelegde conservatoire belsagen op te heffen en [B.V. I] te verbieden om nieuwe beslagen ten laste van Synthese iGGz te leggen. De voorzieningenrechter van deze rechtbank heeft bij vonnis van 13 november 2018 de gevorderde opheffing van de gelegde conservatoire beslagen toegewezen, omdat niet kan worden uitgesloten dat de door [B.V. I] in de bodemprocedure ingestelde vordering zal worden afgewezen.
2.15.
In de bodemprocedure tussen [B.V. I] en Synthese iGGz heeft de rechtbank op 9 oktober 2019 eindvonnis gewezen en daarbij de vorderingen van [B.V. I] afgewezen. De vorderingen hadden betrekking op het ontslag van [B.V. I] als bestuurder en de hiervoor sub 2.13 genoemde voorgeschoten bedragen en overeenkomsten die [B.V. I] kort voor zijn ontslag namens Synthese iGGz had gesloten met een derde en zichzelf, waaronder een huurovereenkomst met betrekking tot de domeinnaam www.synthesezorg.nl.
2.16.
[B.V. I] is in hoger beroep gegaan van het vonnis van de rechtbank van 9 oktober 2019.
4 De beoordeling
Complexiteit en spoedeisend belang
4.1.
[gedaagde] heeft als verweer aangevoerd dat de kwestie tussen partijen te complex is om in kort geding te worden behandeld. De voorzieningenrechter stelt vast dat tussen partijen verschillende kwesties spelen die ook reeds onderwerp zijn van gerechtelijke procedures, maar dat onderhavig kort geding slechts betrekking heeft op het nog niet eerder aan een rechter voorgelegde gebruik door [gedaagde] van de domeinnaam www.synthesezorg.nl, de (handels)naam Synthese en de Benelux-merken. [gedaagde] heeft niet heeft aangevoerd dat dit geschil op zichzelf bezien te complex is. Integendeel, [gedaagde] heeft uitdrukkelijk erkend dat deze procedure in essentie gaat over de domeinnaam en niet over de voorgeschiedenis van partijen. De voorzieningenrechter gaat derhalve aan dit verweer voorbij.
4.2.
De voorzieningenrechter acht – anders dan [gedaagde] heeft betoogd – spoedeisend belang bij de ingestelde vorderingen aanwezig en overweegt daartoe als volgt.
4.2.1.
Het verweer van [gedaagde] dat het spoedeisend belang wegens het tijdsverloop ontbreekt omdat Synthese iGGz tussen de sommatie van 26 februari 2019 en de sommatie van 30 oktober 2019 geen actie heeft ondernomen, wordt verworpen. In een procedure in kort geding waarin een eisende partij een voorziening vordert die ertoe strekt een einde te maken aan als stelselmatige inbreuk op een subjectief recht aan te merken handelingen waarvan de eisende partij doorlopend schade ondervindt, ligt het immers voor de hand dat de eisende partij een spoedeisend belang heeft bij haar vorderingen. De enkele omstandigheid dat de eisende partij geruime tijd heeft laten verlopen voordat hij in kort geding een vordering instelde tot het verkrijgen van een verbod van de gewraakte handelingen, staat daar niet aan in de weg1. Bovendien heeft Synthese iGGz er op gewezen dat de situatie na de eerste sommatie is gewijzigd in die zin dat de overdracht van de website www.synthesezorg.nl voor zorgverzekeraars een harde voorwaarde is om een overeenkomst met Synthese iGGz te sluiten en dat [gedaagde] de inhoud van de website die onder deze domeinnaam getoond wordt gewijzigd heeft, welke omstandigheden het belang bij een snelle voorziening vergroten. De enkele omstandigheid dat Synthese iGGz sinds de eerste sommatie geruime tijd heeft laten verlopen, is dan ook geen reden aan de vorderingen spoedeisend belang te ontzeggen.
4.2.2.
[gedaagde] heeft voorts betwist dat de website www.synthesezorg.nl aan het contracteren met zorgverzekeraars in de weg staat, zodat ook daarom spoedeisend belang ontbreekt. De voorzieningenrechter gaat aan dat verweer eveneens voorbij. Immers, het e-mailbericht van de zorgonderhandelaar van 22 oktober 2019 (zoals hiervoor weergegeven onder 2.8) maakt aannemelijk dat het bestaan van de website www.synthesezorg.nl naast de website www.synthese-zorg.nl een breekpunt is voor zorgverzekeraar Menzis bij de onderhandelingen over het aangaan van een overeenkomst voor 2020. Synthese iGGz heeft er belang bij dat de overeenkomst met Menzis tot stand komt, nu zij onweersproken heeft gesteld dat een groot deel van haar patiënten verzekerd is bij Menzis zodat zij zonder een contract met Menzis deze patiënten niet (langer) kan behandelen en een groot deel van haar inkomsten misloopt.
4.2.3.
[gedaagde] heeft ten slotte aangevoerd dat geen sprake is van spoedeisend belang omdat de website www.synthesezorg.nl inhoudsloos is en reeds sinds 31 oktober 2019 offline is gehaald. De voorzieningenrechter gaat daaraan voorbij aangezien de onder deze domeinnaam getoonde website weliswaar niet meer de oorspronkelijke inhoud heeft, maar ten tijde van de in het kader van dit kort geding gehouden mondelinge behandeling wel het hiervoor sub 2.10 genoemde bericht toont hetgeen volgens Synthese iGGz onrechtmatig is.
Derhalve is ook op dit punt het spoedeisend belang bij de onderhavige vorderingen gegeven.
4.3.
Gelet op hetgeen hiervoor sub 4.2.3 is overwogen gaat de voorzieningenrechter voorbij aan het verweer dat de website www.synthesezorg.nl inhoudsloos is en reeds offline is gehaald. Dat verweer is immers feitelijk onjuist.
4.4.
De voorzieningenrechter is voorshands van oordeel dat [gedaagde] door gebruikmaking van de website www.synthesezorg.nl en de e-mailadressen voorzien van de extensie “synthesezorg.nl” (waaronder dus ook het e-mailadres info@synthesezorg.nl) onrechtmatig handelt jegens Synthese iGGz. De voorzieningenrechter overweegt daartoe als volgt.
4.5.
De gebruiker van een oudere handelsnaam wordt onder omstandigheden op grond van artikel 6:162 BW2 beschermd tegen het latere verwarringwekkende gebruik van dezelfde of daar in geringe mate van afwijkende naam die niet als handelsnaam wordt gebruikt maar, bijvoorbeeld, in een domeinnaam.
4.6.
Dat Synthese iGGz feitelijk de handelsnaam Synthese gebruikt, is tussen partijen niet in geschil. Slechts ten overvloede wijst de voorzieningenrechter erop dat Synthese iGGz weliswaar in het register van de Kamer van Koophandel staat ingeschreven onder vermelding van de handelsnaam Synthese iGGz B.V., maar dat voor bescherming als handelsnaam niet van belang is onder welke (handels)naam een onderneming in de registers wordt aangeduid, maar de naam waaronder de onderneming feitelijk wordt gedreven.
4.7.
De domeinnaam www.synthesezorg.nl is weliswaar in 2013 is geregistreerd, maar gesteld noch gebleken is dat deze door [gedaagde] feitelijk werd gebruikt vóór de oprichting van Synthese iGGz. In het kader van dit kort geding moet er dan ook van worden uitgegaan dat sprake is van een handelsnaam, Synthese, die ouder is dan de domeinnaam www.synthesezorg.nl.
4.8.
Naar voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter is “synthesezorg” een met de handelsnaam Synthese overeenstemmende naam. Immers, beide bevatten het woord ‘synthese’ en de toevoeging ‘zorg’ is uitsluitend beschrijvend voor de door Synthese iGGz verleende diensten.
4.9.
Voorts is, voorlopig oordelend, sprake van verwarringsgevaar. Immers, toen [gedaagde] nog middellijk bestuurder was van Synthese iGGz, was het Synthese iGGz die de domeinnaam www.synthesezorg.nl en de betreffende e-mailadressen gebruikte. Door nu onder dezelfde domeinnaam een website te tonen met daarop de hiervoor onder 2.10 genoemde mededeling waarin onder meer wordt verwezen naar het bij [gedaagde] in gebruik zijnde e-mailadres met gelijkluidende extensie, is voorshands oordelend verwarringsgevaar aanwezig.
4.10.
Dit verwarring wekkende gebruik van de domeinnaam en de extensie is naar voorlopig oordeel onrechtmatig jegens Sythese iGGz. [gedaagde] suggereert met de uitlating op haar website dat “technisch onderzoek” plaatsvindt en dat “deze website tijdelijk [is] overgedragen aan de recherche” ten onrechte dat sprake is van een strafrechtelijk onderzoek. [gedaagde] heeft weliswaar onweersproken aangevoerd dat sprake is van een onderzoek door de hostingprovider naar de huidige website www.synthese-zorg.nl van Synthese iGGz, maar van een strafrechtelijk onderzoek naar de website www.synthesezorg.nl is niet gebleken, zodat de op de website weergegeven informatie onjuist is en daarmee bij bezoekers van de website ten onrechte twijfel over de identiteit en betrouwbaarheid van “synthesezorg” en daarmee mogelijk ook van Synthese iGGz zaait.
4.11.
Wat betreft de stelling van Synthese iGGz dat [gedaagde] de Benelux-merken nog steeds gebruikt in die zin dat deze nog steeds online te vinden zijn op Google en Google-afbeeldingen, is de voorzieningenrechter van oordeel dat dit gebruik onvoldoende aannemelijk is gemaakt gelet op de gemotiveerde betwisting door [gedaagde]. Bovendien blijkt uit de door Synthese iGGz overgelegde schermafbeeldingen niet wie verantwoordelijk is voor het plaatsen van de betreffende advertenties en dus ook niet dat dat [gedaagde] is. De vorderingen sub IV en V worden derhalve afgewezen.
4.12.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat de vordering onder I tot overdracht van de domeinnaam www.synthesezorg.nl, voor zover die al zou kunnen worden toegewezen op de wijze als gevorderd, zich niet leent voor toewijzing in kort geding gelet op het voorlopige karakter van deze beslissing. De voorzieningenrechter wijst daarom het subsidiair gevorderde toe, waarbij het offline zetten en houden van de website zo begrepen moet worden dat na ingeven van de domeinnaam een blanco scherm wordt getoond.
4.13.
Het vorenstaande leidt er voorts toe dat voor toewijzing van de gevorderde overdracht van e-mailadressen geen grond is. Het onder III gevorderde verbod tot staking van – kort weergegeven – gebruik van de handelsnaam Synthese wordt echter wel toegewezen en dat verbod omvat gebruik van deze e-mailadressen.
4.14.
Gelet op hetgeen hiervoor sub 4.11 is overwogen, worden de vorderingen sub IV en V afgewezen.
4.15.
[gedaagde] zal als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure. Synthese iGGz heeft aanspraak gemaakt op vergoeding van de daadwerkelijk gemaakte kosten, waartoe zij in de dagvaarding toekenning van een bedrag van € 25.000,- subsidiair € 15.000,- heeft gevorderd. Een vergoeding van de proceskosten in de zin van artikel 1019h Rv3 is echter alleen toewijsbaar indien de kosten zo tijdig zijn opgegeven en gespecificeerd dat de wederpartij zich daartegen naar behoren kan verweren4. Synthese iGGz heeft nagelaten om voorafgaand aan de mondelinge behandeling in kort geding een kostenspecificatie in het geding te brengen en [gedaagde] heeft zich tegen toewijzing van de gevorderde kosten verzet. Dit brengt mee dat een kostenveroordeling op de voet van 1019h Rv reeds om die reden wordt afgewezen en dat de voorzieningenrechter de kosten begroot conform het geldende liquidatietarief voor gemiddelde kort geding procedures, te weten een bedrag van € 980,-. Dit bedrag wordt verhoogd met de explootkosten ad € 81,83 en het griffierecht van € 656,-. Totaal wordt dan ook een bedrag toegewezen van € 1.717,83.
4.16.
Nu de vorderingen worden toegewezen op grond van onrechtmatig handelen en niet op grond van intellectuele eigendomsrechten als bedoeld in artikel 1019i Rv, wordt geen termijn bepaald voor het instellen van de eis in de hoofdzaak.
5 De beslissing
De voorzieningenrechter
5.1.
veroordeelt [gedaagde] tot het offline zetten en houden van de website www.synthesezorg.nl in die zin dat dat na ingeven van de domeinnaam een blanco scherm wordt getoond;
5.2.
veroordeelt [gedaagde] tot het staken en gestaakt houden van het gebruik van de naam Synthese en/of Synthese Zorg en/of enige naam met daarin de naam Synthese of een fonetisch gelijkluidende naam, in het bijzonder e-mailadressen met de extensie “synthesezorg.nl”;
5.3.
veroordeelt [gedaagde] in de kosten van deze procedure, tot op heden aan de zijde van Synthese iGGz begroot op € 1.717,83;
5.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.5.
wijst af hetgeen meer of anders is gevorderd.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.M. Brakel en in het openbaar uitgesproken op 5 februari 2020.