8 De beslissing
verklaart wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte de tenlastegelegde feiten heeft begaan, zoals hierboven onder 3.6. bewezen is verklaard en dat het bewezenverklaarde uitmaakt:
ten aanzien van feit 1 eerste, tweede en derde cumulatief/alternatief
medeplegen van valsheid in geschrift, meermalen gepleegd, begaan door een rechtspersoon
medeplegen van opzettelijk gebruik maken van een vals geschrift, als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, als ware het echt en onvervalst, meermalen gepleegd, begaan door een rechtspersoon
medeplegen van opzettelijk een geschrift, als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, voorhanden hebben, terwijl hij weet dat dit geschrift bestemd is voor gebruik als ware het echt en onvervalst, meermalen gepleegd, begaan door een rechtspersoon;
ten aanzien van feit 2 eerste en tweede cumulatief/alternatief
medeplegen van valsheid in geschrift, meermalen gepleegd, begaan door een rechtspersoon
medeplegen van opzettelijk een geschrift, als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, voorhanden hebben, terwijl hij weet dat dit geschrift bestemd is voor gebruik als ware het echt en onvervalst, meermalen gepleegd, begaan door een rechtspersoon;
ten aanzien van feit 3
medeplegen van aan iemand die, anders dan als ambtenaar, werkzaam is in dienstbetrekking, naar aanleiding van hetgeen deze in zijn betrekking heeft gedaan en nagelaten, een gift en belofte doen van die aard of onder zodanige omstandigheden, dat hij redelijkerwijs moet aannemen dat deze handelt in strijd met zijn plicht, meermalen gepleegd, begaan door een rechtspersoon;
ten aanzien van feit 4
medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd, begaan door een rechtspersoon;
ten aanzien van feit 5 eerste en tweede cumulatief/alternatief
medeplegen van gewoontewitwassen, meermalen gepleegd, begaan door een rechtspersoon;
verklaart het bewezen verklaarde en de verdachte daarvoor strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
veroordeelt de verdachte tot:
een geldboete van € 50.000,- (VIJFTIGDUIZEND EURO).
Dit vonnis is gewezen door
mr. L.K. van Zaltbommel, voorzitter,
mr. F.A.M. Veraart, rechter,
mr. J. Snoeijer, rechter,
in tegenwoordigheid van mr. F. Westhoek en W.H. Ng, griffiers,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 24 december 2021.
Bijlage I: de tenlastegelegde feiten
1. Zij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 17 april 2015 tot en met 17 januari 2019 te Rotterdam en/of Spijkenisse en/of Hendrik Ido Ambacht en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, een of meerdere geschrift(en) die bestemd was/waren om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt en/of vervalst, en/of valselijk heeft doen en/of laten opmaken en/of doen en/of laten vervalsen, te weten:
‐ een offerte met nr. 150417J ter hoogte van 26.346,56 euro exclusief BTW voor
“Glasbewassing [wijk 1]”, met datum 15 april 2015 ( DOC‐215‐15e) en/of
‐ een offerte met nr. 150417I ter hoogte van 119.954,51 euro exclusief BTW voor
“Schoonmaakonderhoud [wijk 1]”, met datum 15 april 2015 ( DOC‐215‐15f) en/of
‐ een offerte met nr. 150417A ter hoogte van 174.133,57 exclusief BTW voor
“Schoonmaakonderhoud [wijk 2]”, met datum 15 april 2015 ( DOC‐215‐15g) en/of
‐ een offerte met nr. 150417B ter hoogte van 23.138,80 exclusief BTW voor “Glasbewassing [wijk 2]”, met datum 15 april 2015 (DOC‐215‐15h) en/of
‐ een offerte met nr. 150417M ter hoogte van 6.835,85 exclusief BTW voor
“Schoonmaakonderhoud [wijk 3]”, met datum 15 april 2015 (DOC‐215‐15i) en/of
‐ een offerte met nr. 150417N ter hoogte van 466.82 exclusief BTW voor “Glasbewassing
[wijk 3]”, met datum 15 april 2015 ( DOC‐215‐15j),
althans een of meer offertes, gericht aan Vestia,
hebbende zij, verdachte, en/of haar mededader(s) bedragen op die/deze offerte(s) verhoogd en/of verlaagd of doen/laten verhogen en/of verlagen, in elk geval aangepast en/of doen/laten aanpassen, ten opzichte van de oorspronkelijke/werkelijke offerte(s), en/of die/deze offerte(s) geantedateerd zulks (telkens) met het oogmerk om die/dat geschrift(en) als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
zij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 17 april 2015 tot en met 30 oktober 2019 te Rotterdam en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, opzettelijk gebruik heeft gemaakt van genoemde valse en/of valselijk opgemaakte offerte(s), en/of deze voorhanden heeft/hebben gehad als ware zij echt en/of onvervalst, terwijl zij wist(en) en/of redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat dit/deze geschrift(en) bestemd was/waren tot zodanig gebruik, bestaande die valsheid hieruit dat bedragen op die/deze offerte(s) waren verhoogd en/of verlaagd, in elk geval waren aangepast, ten opzichte van de oorspronkelijke/werkelijke offerte(s), en/of die/deze offerte(s) en/of calculatie(s) was/waren geantedateerd, en bestaande dat gebruikmaken hieruit dat zij, verdachte, genoemde offerte(s) heeft doen toekomen aan Vestia;
2. Zij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 31 augustus 2015 tot en met 17 januari 2019 te Rotterdam en/of Spijkenisse en/of Hendrik Ido Ambacht en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, een of meerdere geschrift(en) die bestemd was/waren om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt en/of vervalst, en/of valselijk heeft doen en/of laten opmaken en/of doen en/of laten vervalsen, te weten
‐ een of meerdere factu(u)r(en) (telkens) op naam van [medeverdachte 9]
(verder: [medeverdachte 9]) gericht aan [verdachte]/ter attentie van [medeverdachte 2], (DOC‐103‐1 tot en met DOC 103‐13); en/of
‐ een of meerdere factu(u)r(en) (telkens) op naam van [bedrijf 4
gericht aan [medeverdachte 6], ( DOC 078a, DOC‐080a/c, DOC‐085‐2, ‐4, en ‐6; DOC en DOC 099‐1 tot en met DOC 099‐19),
althans een of meerdere factu(u)r(en) op naam van [medeverdachte 9] en/of [bedrijf 4], hebbende zij, verdachte, en/of haar mededader(s) op die factu(u)r(en) valselijk in strijd met de waarheid werkzaamheden vermeld en/of laten vermelden en/of doen vermelden, die in werkelijkheid niet en/of niet in die omvang waren verricht, in elk geval niet voor zulk(e) (een) bedrag(en) had(den) plaatsgevonden (en/of in werkelijkheid betrekking hadden op het afdekken in de administratie van [verdachte] van betalingen aan [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 5]) zulks (telkens) met het oogmerk om die/dat geschrift(en) als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
zij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 31 augustus 2015 tot en met 17 januari 2019 te Rotterdam en/of Spijkenisse en/of Hendrik Ido Ambacht en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, opzettelijk genoemde valse en/of valselijk opgemaakte factu(u)r(en) voorhanden heeft/hebben gehad als ware zij echt en/of onvervalst, terwijl zij wist(en) en/of redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat dit/deze geschrift(en) bestemd was/waren om te gebruiken als zijnde echt en/of onvervalst, bestaande die valsheid hieruit dat op die die/deze factu(u)r(en) werkzaamheden was/waren vermeld die in werkelijkheid niet en/of niet in die omvang waren verricht, in elk geval niet voor zulk(e) (een) bedrag(en) had(den) plaatsgevonden (en/of in werkelijkheid betrekking hadden op het afdekken in de administratie van [verdachte] van betalingen aan [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 5])
3. Zij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 6 januari 2015 tot en met 7
november 2018 (telkens) te Rotterdam en/of Spijkenisse en/of Hendrik Ido Ambacht en/of en/of Bergschenhoek en/of Berkel en Rodenrijs en/of Capelle aan den IJssel en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, aan [medeverdachte 4], geboren [geboortedatum medeverdachte 4] te [geboorteplaats medeverdachte 4], anders dan als ambtenaar werkzaam zijnde in dienstbetrekking als (senior) vastgoedbeheerder bij
Vestia, en/of aan [medeverdachte 5], geboren [geboortedatum medeverdachte 5] te [geboorteplaats medeverdachte 5], anders dan als ambtenaar werkzaam zijnde in dienstbetrekking als medewerker sociaal beheer bij Vestia,
naar aanleiding van hetgeen die [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 5], in strijd met zijn/hun plicht in zijn/hun betrekking(en) heeft/hebben gedaan en/of nagelaten dan wel
zal/zou/zullen/zouden doen en/of nalaten, (een) belofte(n), te weten de toezegging/instemming om (via [medeverdachte 7] en/of [medeverdachte 9] en/of [bedrijf 5] en/of [bedrijf 4] een/of (een) andere tussenperso(o)n(en)) die [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 5] geldbedrag(en) te betalen, en/of gift(en) van (in totaal)(ongeveer) 362.586,49 euro inclusief BTW, bestaande uit
‐ (via [medeverdachte 9]) 101.068,88 + 17.661,16 = 118.730,04 euro (AMB 112, p. 1875 en AMB 125, p.1939); en/of
‐ (via [bedrijf 5]) 4.746,92 + 1.488,80 = 6.235,72 euro (AMB 112, p. 1875 en AMB‐125, p. 1940),
‐ (via [bedrijf 4]:) 237.620,73 euro ( AMB 140, p. 2032) althans een of meerdere geldbedrag(en), (door tussenkomst van [medeverdachte 7] en/of [medeverdachte 9] en/of [bedrijf 4] en/of een andere tussenperso(o)n(en)), heeft gedaan, van die aard en onder zodanige omstandigheden dat zij, verdachte, redelijkerwijs had moeten aannemen dat deze [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 5] had(den) gehandeld en/of zou(den) handelen in strijd met zijn/hun plicht;
4. Zij op een of meer tijdstip(pen) in de periode van omstreeks 6 januari 2015 tot en met 7 november 2018 te Spijkenisse en/of Hendrik Ido Ambacht en/of Rotterdam en/of Bergschenhoek en/of Berkel en Rodenrijs en/of Capelle aan den IJssel, en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, meermaals, althans eenmaal,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, Vestia heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, en/of tot het verlenen van een dienst en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of tot het aangaan van een schuld of tot het teniet doen van een inschuld,
hebbende zij, verdachte, en/of zij, verdachte en/of haar mededader(s), (telkens) met betrekking tot de gunning door Vestia van een of meerdere opdracht(en) voor schoonmaakonderhoud en/of glasbewassing,
‐ op of omstreeks 1 mei 2015 (een) offerte(s) en/of (een) calculatie(s) verzonden en/of doen
toekomen aan Vestia, welke was/waren aangepast ten opzichte van de oorspronkelijke/werkelijke offerte(s) en/of calculatie(s) van haar, verdachte, en/of
was/waren geantedateerd en/of waarin (een) bedrag(en) was/waren vermeld waarover
vooraf afstemming had plaatsgevonden tussen haar, verdachte, en/of haar mededader(s);
en/of
‐ (uit hoofde van hun dienstbetrekking(en) van senior vastgoedbeheerder en/of medewerker
sociaal beheer) in een memo gedateerd 8 mei 2015 (DOC‐215‐18b, ‐c en –d), gericht aan het MT Hilledijk van Vestia, de prijzen van alle deelnemende partijen vermeld en/of
selectiecriteria vermeld, en/of drie partijen (te weten [medeverdachte 10], [bedrijf 3] en [medeverdachte 8]) de hoogste
scores toegekend, en/of die memo verzonden/doen toekomen aan de manager sociaal
beheer & leefomgeving en/of andere medewerker(s) van Vestia; en/of
‐ (aldus) de opdracht(en) (wat betreft de wijken [wijk 1], [wijk 2] en [wijk 3]) doen/laten gunnen aan haar, verdachte, althans het managementteam van Vestia
geadviseerd/aangestuurd om (de) opdracht(en) (in genoemde wijken) te gunnen aan haar,
verdachte; en/of
‐ factu(u)r(en) gezonden aan en/of ingediend en/of doen/laten zenden en/of indienen bij
Vestia; en/of
‐ deze factu(u)r(en) betaalbaar gesteld en/of geaccordeerd bij/namens Vestia en/of betaald
en/of doen betalen door/namens Vestia; en/of
‐ (telkens) tegenover Vestia verzwegen en/of verborgen gehouden en/of verhuld dat er met
betrekking tot de (overeengekomen en/of gefactureerde) vergoeding(en) voor het
verrichten van werkzaamheden en/of diensten ten behoeve van/voor Vestia door haar,
verdachte, een (verborgen of verzwegen) vergoeding en/of betaling aan
[medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 5] en/of andere (rechts)perso(o)n(en), was inbegrepen en/of overeengekomen, waardoor Vestia werd bewogen tot afgifte van een schriftelijke "Onderhoudsovereenkomst voor contractonderhoud Schoonmaak onderhoud” d.d. 20‐05‐2015 (DOC‐215‐21) voor de aanneemsom van 351.707,21 euro exclusief BTW, en/of tot afgifte van (een) geldbedrag( en) van (in totaal), 351.707,21 euro exclusief BTW, althans (telkens) een of meer geldbedrag(en) en/of goed(eren);
5. Zij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode vanaf 1 juli 2015 tot en met 30 oktober 2019 (telkens) te Rotterdam en/of Zwijndrecht en/of Bergschenhoek en/of Berkel en Rodenrijs en/of Capelle aan den IJssel en/of (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal,
a. a) (telkens) van een of meer (grote) geldbedrag(en) en/of goederen, te weten (een) geldbedrag( en) van (in totaal)(ongeveer) 362.586,49 euro inclusief BTW, namelijk
‐ (via [medeverdachte 9]) 101.068,88 + 17.661,16 = 118.730,04 euro (AMB 112, p. 1875 en AMB 125, p.1939); en/of
‐ (via [bedrijf 5]) 4.746,92 + 1.488,80 = 6.235,72 euro (AMB 112, p. 1875 en AMB‐125, p. 1940),
‐ (via[bedrijf 4]:) 237.620,73 euro ( AMB 140, p. 2032)
althans enig(e) geldbedrag(en), de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding, de verplaatsing heeft verborgen en/of verhuld, en/of heeft verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende(n) op genoemde voorwerpen was/waren, en/of heeft verborgen en/of verhuld wie genoemde voorwerpen voorhanden heeft/hebben gehad, terwijl zij, verdachte, en/of haar mededader(s) wist (en), althans redelijkerwijs moest (en) vermoeden dat bovenomschreven voorwerp (en) ‐ onmiddellijk of middellijk – afkomstig was/waren uit enig misdrijf, terwijl zij, verdachte, en/of haar mededader(s) van het plegen van dat feit een gewoonte heeft/hebben gemaakt,
b) (telkens) een of meer (grote) geldbedrag(en) en/of goederen, te weten (een) geldbedrag(en) van (in totaal)(ongeveer) 362.586,49 euro inclusief BTW, namelijk
‐ (via [medeverdachte 9]) 101.068,88 + 17.661,16 = 118.730,04 euro (AMB 112, p. 1875 en AMB 125, p.1939); en/of
‐ (via [bedrijf 5]) 4.746,92 + 1.488,80 = 6.235,72 euro (AMB 112, p. 1875 en AMB‐125, p. 1940),
‐ (via [bedrijf 4]:) 237.620,73 euro ( AMB 140, p. 2032)
althans enig(e) geldbedrag(en), heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad en/of heeft
overgedragen en/of heeft omgezet, althans van een of meerdere voorwerp(en), te weten
vorengenoemd(e) goed(eren) en/of geldbedrag(en) gebruik heeft gemaakt, terwijl zij, verdachte, en/of haar mededader(s) wist (en), althans redelijkerwijs moest (en) vermoeden dat bovenomschreven voorwerp (en) ‐ onmiddellijk of middellijk – afkomstig was/waren uit enig misdrijf, terwijl zij, verdachte, en/of haar mededader(s) van het plegen van dat feit een gewoonte heeft/hebben gemaakt.