Gelet op het voorgaande is de kantonrechter van oordeel dat Gemeente Nijmegen voldoende gemotiveerd heeft gesteld dat zij pas per medio 2013, althans kort voor verzending van de brief van 7 juni 2013, kennis heeft genomen van het feit dat [huurder sub 1] en haar gezin de woning aan de [adres] zonder recht of titel in gebruik hebben.
Desondanks heeft Gemeente Nijmegen bij voornoemde brief [huurder sub 1] en [huurder sub 2] de gelegenheid geboden de standplaats te huren, mits zij voldoen aan de voorwaarden dat zij inkomen uit arbeid hebben (of structureel een uitkering) en dat zij over de afgelopen vijf jaren geen strafblad hebben. De kantonrechter volgt Gemeente Nijmegen in haar standpunt dat zij [huurder sub 1] en [huurder sub 2] als nieuwe aspirant-huurders hebben aangemerkt. Gemeente Nijmegen stelt dat zij op grond van haar beleidsregels een antecedentenonderzoek heeft laten verrichten door de politie. Gemeente Nijmegen heeft onweersproken gesteld dat [huurder sub 1] en [huurder sub 2] op 21 oktober 2014 akkoord zijn gegaan met dit onderzoek.
Gemeente Nijmegen stelt verder dat uit het antecedentenonderzoek is gebleken dat [huurder sub 1] en [huurder sub 2] niet voldoen aan de toewijzingscriteria als genoemd in de brief van 7 juni 2013, nu [huurder sub 2] twee antecedenten op zijn naam heeft staan die dateren van de laatste vijf jaar voorafgaand aan het onderzoek.
[huurder sub 1] en [huurder sub 2] beroepen zich in dit verband op de bij e-mailbericht van 26 juni 2013 gedane uitlating van hun contactpersoon bij Gemeente Nijmegen dat voor acceptatie enkel antecedenten in relatie tot woonzaken van belang zijn. Zij voeren aan dat zij nooit strafbare feiten hebben gepleegd die verband houden met de huur van de standplaats.
Die uitlating is niet relevant. De politie heeft in haar bericht aan Gemeente Nijmegen gemeld dat de antecedenten vallen onder de relevante antecedenten als bedoeld in de samenwerkingsovereenkomst tussen de politie, Talis en Gemeente Nijmegen. Daarmee is, gelet op de strekking en de bewoordingen van de samenwerkingsovereenkomst, gegeven dat het gaat om antecedenten in relatie tot woonzaken (rechtsoverweging 2.3, tweede bullet). De e-mail geeft dan ook geen andere of verdergaande toezegging aan [huurder sub 1] en [huurder sub 2] dan de criteria die golden en zijn toegepast.