[Eiser] vordert dat de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. voor recht verklaart dat het ontslagbesluit niet rechtsgeldig is genomen en nietig is, althans vernietigt,
II. Ifo gebiedt om [Eiser] binnen 24 uur na dit vonnis het bruto maandsalaris, te vermeerderen met vakantietoeslag en overige emolumenten, aan [Eiser] te (blijven) voldoen
vanaf 1 november 2017 tot de datum waarop de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig is komen te eindigen,
III. Ifo veroordeelt tot betaling aan [Eiser] van de wettelijke handelsrente ex artikel 7:625 BW te rekenen over het bedrag aan salaris bedoeld in sub II hierboven vanaf het tijdstip van opeisbaarheid tot aan de dag van algehele voldoening,
IV. Ifo gebiedt [Eiser] binnen 24 uur na dit vonnis toe te laten tot haar bedrijf en hem – zodra hij hersteld is – daar in de gelegenheid te stellen de bedongen werkzaamheden te verrichten, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 1.000,00 voor iedere dag dat Ifo in gebreke blijft aan dit vonnis te voldoen,
V. Ifo veroordeelt tot betaling aan [Eiser] van de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW over: de bedragen bedoeld in sub II. en III. hierboven vanaf het tijdstip van opeisbaarheid van de hiervoor genoemde bedragen tot aan de dag van algehele voldoening,
VI. Ifo veroordeelt om aan [Eiser] te verstrekken een bruto/netto-specificatie van de betaling bedoeld onder II. en III., op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 250,00 per dag dat Ifo niet aan deze veroordeling voldoet, en
VII. Ifo veroordeelt in de kosten van de onderhavige procedure, het salaris van de gemachtigde van [Eiser] daaronder begrepen.