Ontbinding arbeidsovereenkomst op de h-grond met een beëindigingsvergoeding. Beëidigingsgrond is door werknemer erkend en er is overeenstemming over de hoogte van de vergoeding.
de besloten vennootschap FedEx Express Netherlands B.V.
gevestigd te Hoofddorp
verzoekende partij
gemachtigde mr. A.D. Putker-Blees
tegen
[gedaagde]
wonende te [woonplaats]
verwerende partij
gemachtigde mr. A.A.M. van der Zandt
Partijen worden hierna FedEx en [gedaagde] genoemd.
1 De procedure
1.1.
FedEx heeft op 16 mei 2023 een verzoek ingediend om de arbeidsovereenkomst tussen partijen te ontbinden.
1.2.
[gedaagde] heeft op 9 juni 2023 een verweerschrift ingediend.
1.3.
Bij brief van 14 juni 2023 heeft FedEx aanvullende producties ingediend.
1.4.
Op 20 juni 2023 heeft de mondelinge behandeling van de zaak plaatsgevonden.
2 De beoordeling
2.1.
FedEx verzoekt ingevolge artikel 7:671b lid 1 sub a BW de arbeidsovereenkomst met [gedaagde] te ontbinden.
Aan dit verzoek legt FedEx ten grondslag dat sprake is van - kort gezegd - een onoverbrugbaar verschil van inzicht in de wijze waarop de functie moet worden uitgeoefend als bedoeld in artikel 7:669 lid 3 sub h BW zodanig dat van FedEx in redelijkheid niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren en dat herplaatsing van [gedaagde] binnen een redelijke termijn niet mogelijk is.
2.2.
[gedaagde] heeft erkend dat sprake is van een zodanig onoverbrugbaar verschil van inzicht in de wijze waarop de functie moet worden uitgeoefend, dat van FedEx in redelijkheid niet meer kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Ook [gedaagde] ziet geen mogelijkheden voor herplaatsing.
2.3.
Nu [gedaagde] heeft erkend dat sprake is van een onoverbrugbaar verschil van inzicht in de wijze waarop de functie moet worden uitgeoefend en herplaatsing van [gedaagde] niet meer mogelijk moet worden geacht, zal de kantonrechter de arbeidsovereenkomst ontbinden. Gelet op de standpunten van partijen is immers sprake van een redelijke grond voor ontbinding als bedoeld in artikel 7:671b lid 1 sub a BW, in verbinding met artikel 7:669 lid 3 sub h BW en is er geen mogelijkheid tot herplaatsing van [gedaagde] binnen een redelijke termijn.
2.4.
Partijen zijn het erover eens dat de arbeidsovereenkomst met inachtneming van de voor FedEx geldende opzegtermijn ontbonden dient te worden per 1 oktober 2023, zodat de arbeidsovereenkomst met ingang van deze datum zal worden ontbonden.
2.5.
Partijen zijn het erover eens dat [gedaagde] jegens FedEx aanspraak kan maken op betaling van een beëindigingsvergoeding inclusief transitievergoeding van € 36.500,00 bruto te betalen op uiterlijk 31 oktober 2023. FedEx wordt daarom veroordeeld tot betaling van dit bedrag.
2.6.
Gezien de uitkomst van de zaak is de kantonrechter van oordeel dat het redelijk is dat partijen ieder hun eigen proceskosten dragen.
3 De beslissing
De kantonrechter:
3.1.
ontbindt de arbeidsovereenkomst tussen partijen met ingang van 1 oktober 2023;
3.2.
veroordeelt FedEx tot betaling aan [gedaagde] van een bedrag van € 36.500,00 bruto te voldoen op uiterlijk 31 oktober 2023;
3.3.
bepaalt dat iedere partij de eigen proceskosten draagt;
3.4.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door de kantonrechter mr. E.W. de Groot en in het openbaar uitgesproken op 26 juni 2023.
De gegevens worden opgehaald
Hulp bij zoeken
Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over: