[verzoeker, verweerder in zelfstandig tegenverzoek] legt aan zijn verzoek - kort en voor zover van belang - het volgende ten grondslag.
[verzoeker, verweerder in zelfstandig tegenverzoek] heeft altijd goed gefunctioneerd; hij werkte hard, kwam nooit te laat en meldde zich nauwelijks ziek. Vanaf 2012 werd van [verzoeker, verweerder in zelfstandig tegenverzoek] verlangd dat hij ook nachtdiensten werkte, maar dit had een slechte invloed op zijn gezondheid. [verzoeker, verweerder in zelfstandig tegenverzoek] heeft dit diverse malen besproken met de heer [naam directeur] , de directeur van Delite, maar zonder resultaat. Medio februari 2014 heeft [verzoeker, verweerder in zelfstandig tegenverzoek] hierover ook gesproken met een derde die de onderneming van Delite bezocht. Op [geboortedag] 2014 is [verzoeker, verweerder in zelfstandig tegenverzoek] dienaangaande bij de heer [naam directeur] op het matje geroepen en op staande voet ontslagen. Na aankondiging van een kort geding heeft Delite het gegeven ontslag teruggedraaid, maar vervolgens de loondoorbetaling stopgezet omdat [verzoeker, verweerder in zelfstandig tegenverzoek] ziek was. [verzoeker, verweerder in zelfstandig tegenverzoek] was daarom alsnog genoodzaakt tot het voeren van een kort geding, hetgeen geleid heeft tot een schikking tussen partijen. Eind december 2014 - na het afronden van een intensief medisch behandelingstraject - meldde [verzoeker, verweerder in zelfstandig tegenverzoek] zich weer beter bij Delite. De bedrijfsarts achtte [verzoeker, verweerder in zelfstandig tegenverzoek] weer geschikt om zijn werkzaamheden te hervatten, behoudens werkzaamheden die ’s avonds laat of ’s nachts moesten worden verricht en ook het UWV oordeelde dat het werk dat [verzoeker, verweerder in zelfstandig tegenverzoek] wilde doen, passend was behoudens het werk na 20.00 uur. Delite heeft [verzoeker, verweerder in zelfstandig tegenverzoek] echter niet toegelaten op de werkplek en heeft aangegeven zich alleen te willen richten op een reïntegratie 2e spoor. In tegenspraak daarmee kwam Delite echter - al voor de tweede maal - met een beëindigingsvoorstel, dat zij korte tijd later weer introk, waarna zij [verzoeker, verweerder in zelfstandig tegenverzoek] heeft opgeroepen om onmiddellijk weer aan de slag te gaan. [verzoeker, verweerder in zelfstandig tegenverzoek] wilde echter eerst het ontstane conflict bespreken zoals ook door de bedrijfsarts was geadviseerd, maar Delite dreigde slechts met (opnieuw) stopzetten van de loondoorbetaling. Uiteindelijk hebben weliswaar twee gesprekken met een mediator plaatsgevonden, maar die hebben tot niets geleid. Voor [verzoeker, verweerder in zelfstandig tegenverzoek] is de houding en handelwijze van Delite ‘ziekmakend’. Hij is vanaf 1 april 2015 weer arbeidsongeschikt en hem blijft thans niets anders over dan ontbinding van de arbeidsovereenkomst te verzoeken.