Op 17 juni 2021 heeft Vogten daarop aan [verwerende partij] per e-mail het navolgende geschreven:
“Geachte heer [verwerende partij] ,
Zowel de bedrijfsarts als UWV hebben geconcludeerd dat u wel in staat bent om passende
werkzaamheden te verrichten waarbij rekening wordt gehouden met uw beperkingen.
Ik heb u meermaals opgeroepen om op de werkplek te verschijnen teneinde afspraken te maken over het verrichten van passende werkzaamheden en het opstellen van het plan van aanpak in het kader van de re-integratie. U geeft hier echter geen gehoor aan.
U blijft weigeren om zich te houden aan de op grond van de wet voorgeschreven verplichtingen van een werknemer om in aanmerking te komen voor de doorbetaling van het loon bij ziekte.
Zowel het weigeren van het verrichten van passende arbeid als het niet meewerken aan het opstellen van het plan van aanpak zijn omstandigheden die gelden als uitzondering op de loondoorbetalingsverplichting tijdens ziekte (artikel 7:629 lid 1 juncto lid 3).
De loondoorbetaling is al eerder stopgezet.
Mijn geduld is op.
Ik heb onderstaande lijst met werkzaamheden voorgelegd aan de bedrijfsarts:
(…)
De bedrijfsarts heeft aangegeven dat u de hiervoor opgesomde werkzaamheden kunt verrichten zolang u de arm/schoudercombinatie waaraan u klachten heeft niet gebruikt.
Ik ben bereid u nog één laatste kans te geven.
Ik verwacht u aanstaande maandag 21 juni 2021 om 08.00 uur op de werkplek voor het maken van afspraken over en verrichten van passende werkzaamheden voor de komende periode en het opstellen en ondertekenen van het plan van aanpak.
Doet u dit niet, dan blijft de staking van de loondoorbetaling van kracht en zal dit ook consequenties hebben voor uw dienstverband. (…)”