10 Beslissing
Vrijspraak
Verklaart het onder 1, 5 en 6 ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Bewezenverklaring
Verklaart bewezen dat verdachte het onder 2, 3, 4, 7, 8, 9 en 10 ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Strafbaarheid
Het bewezen verklaarde levert op:
feit 2: het, anders dan als ambtenaar, optredend als lasthebber, naar aanleiding van hetgeen hij bij de uitvoering van zijn last heeft gedaan, aannemen van een gift of belofte en dit aannemen in strijd met de goede trouw verzwijgen tegenover zijn lastgever, meermalen gepleegd;
feit 3: medeplegen van valsheid in geschrift, meermalen gepleegd;
feit 4: medeplegen van gewoontewitwassen;
feit 7: medeplegen van valsheid in geschrift;
feit 8: anders dan als ambtenaar, optredend als lasthebber, naar aanleiding van hetgeen hij bij de uitvoering van zijn last heeft gedaan dan wel zal doen, aannemen van een gift of belofte en dit aannemen in strijd met de goede trouw verzwijgen tegenover zijn lastgever, meermalen gepleegd;
feit 9: medeplegen van gewoontewitwassen;
feit 10: medeplegen van gewoontewitwassen.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte daarvoor strafbaar.
Straf
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 12 (twaalf) maanden.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering is doorgebracht (te weten: vijf dagen), bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Beveelt dat een gedeelte, groot 4 (vier) maanden, van deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelast.
Stelt daarbij een proeftijd van 2 (twee) jaren vast.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast, indien veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit.
Dit vonnis is gewezen door mr. N.H.J.M. Veldman-Gielen, voorzitter, mrs. V. van Dam en O.P. van Tricht, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.C. van Reenen, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 18 mei 2017.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan [verdachte] is ten laste gelegd dat
Feit 1 (zaaksdossier 3: oplichting [bedrijfsnaam 1] )
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 21 december 2009 tot en met 25 februari 2013 te Leusden en/of Bavel en/of Breda, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een (of meer) listige kunstgre(e)p(en) en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [bank] (en/of [bank] )
heeft/hebben bewogen tot de afgifte van een of meer geldbedrag(en), te weten in totaal EURO 694.855, althans EURO 347.101, in elk geval van enig(e) geldbedrag(en) aan [bedrijfsnaam 1] en/of [bedrijfsnaam 2] (AH-031), en/of
heeft/hebben bewogen tot het aangaan van een (of meer) schuld(en), te weten het sluiten/aangaan van (een) overeenkomst(en) met [bedrijfsnaam 1] met betrekking tot [H] (D-0031 en/of AH-034 pagina 15/16) en/of [D] (D-0018) en/of [E] (D-0016 en/of D-0366)
immers hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk opzettelijk valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
tegenover [bank] de indruk gewekt dat hij, verdachte, als bestuurder en/of opdrachtnemer bij/van [bank] en/of (een) aan [bank] gelieerde vennootschap(pen), (enkel) de belangen van [bank] en/of de daaraan gelieerde vennootschappen zal behartigen (D-0013), onder andere bij de selectie en/of voordracht en/of (de wijze van) te werk stelling en/of de (overeen te komen) salariëring en/of beloning van medewerkers/opdrachtnemers ten behoeve van [bank] en/of (een) aan [bank] gelieerde vennootschap(pen), waaronder [H] (en/of [bedrijfsnaam 7] ) en/of [D]
(en/of [bedrijfsnaam 8] ) en/of [E] (en/of [bedrijfsnaam 9] ) via [bedrijfsnaam 1] (zoals uiteindelijk vastgelegd in D-0031 en/of AH-034 p. 15/16 en/of D-0018 en/of D-0016 en/of D-0366), en/of
[bedrijfsnaam 1] als tussenpersoon/detacheerder gebruikt om [H] (en/of [bedrijfsnaam 7] ) en/of [D] (en/of [bedrijfsnaam 8] ) en/of [E] (en/of [bedrijfsnaam 9] ) bij [bank] te werk te stellen, en/of
tegenover [bank] verzwegen en/of verborgen gehouden en/of verhuld dat er bij en/of naar aanleiding van (een aantal van) de aangegane overeenkomst(en) tussen [bank] en [bedrijfsnaam 1] met betrekking tot het verrichten van werkzaamheden en/of diensten ten behoeve van [bank] door [bedrijfsnaam 1] en/of [H] (en/of [bedrijfsnaam 7] ) en/of [D] (en/of [bedrijfsnaam 8] ) en/of [E] (en/of [bedrijfsnaam 9] ), die door hem, verdachte, en/of zijn mededader(s)
was/waren aangebracht en/of gecontracteerd en/of waarvoor hij, verdachte en/of zijn mededader(s) (namens [bank] en/of [bedrijfsnaam 1] ) (over) de daarmee samenhangende vergoedingen onderhandelingen heeft/hebben gevoerd en/of de daarmee samenhangende vergoedingen heeft/hebben vastgesteld, een (verborgen en/of verzwegen) vergoeding en/of marge en/of betaling aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) en/of een of meer vennootschap(pen) gelieerd aan hem verdachte en/of zijn mededader(s), was inbegrepen en/of overeengekomen,
[bank] (en(en/ [bank] )werd afgifte(s)
en/of werd bewogen tot het aangaan van bovengenoemde schuld(en);
Artikel 326 Wetboek van Strafrecht
Feit 2 (zaaksdossier 1: niet-ambtelijke omkoping [bedrijfsnaam 1] )
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 september 2011 tot en met 8 april 2013 te Leusden en/of Bavel en/of Breda, in elk geval in Nederland, (telkens) anders dan als ambtenaar, werkzaam zijnde in dienstbetrekking bij en/of optredend als lasthebber van [bank] (in de functie van bestuurder), naar aanleiding van hetgeen hij, verdachte, in zijn (dienst)betrekking en/of bij de uitvoering van zijn last(en) heeft gedaan en/of nagelaten dan wel zal/zou doen en/of nalaten, (telkens)
een belofte, te weten de toezegging/instemming van [bedrijfsnaam 1] en/of haar bestuurder, de heet [medeverdachte ] , om de helft, althans een deel, van de door [bedrijfsnaam 1] behaalde omzet aan hem, verdachte, en/of [bedrijfsnaam 2] te betalen, voor zover deze omzet ziet op de tewerkstelling van [H] (en/of [bedrijfsnaam 7] ) en/of [D] ( en / of [bedrijfsnaam 8] ) en /of [E] (en / of [bedrijfsnaam 9] ) bij [bank] , en /of
een of meer gift(en ) te weten een of meer geldbedrag(en) van in totaal circa EURO 347.101 exclusief BTW (D-0101 tot en met D-0109(a)) (via [bedrijfsnaam 2] ), althans enig geldbedrag,
heeft aangenomen en dit aannemen in strijd met de goede trouw (telkens) heeft verzwegen tegenover zijn werkgever en/of lastgever;
Artikel 328ter lid 1 Wetboek van Strafrecht
Feit 3 (zaaksdossier 5: valsheid in geschrift [bedrijfsnaam 1] )
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 17 oktober 2011 tot en met 8 februari 2013 te Bavel en/of Breda, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
negen, althans een of meer, factu(u)r(en) van [bedrijfsnaam 2] gericht aan [bedrijfsnaam 1] ten bedrage van in totaal EURO 347 .101 (exclusief BTW) , te weten : D-0101 en/of D-0102(a) en/of D-0103(a) en/of D-0104(a) en/of D-0105(a) en/of D-0106(a) en/of D-0107(a) en/of D-0108(a) en/of D-0109(a)
zijnde telkens (een) geschrift(en) dat/die bestemd was/waren om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt en/of doen opmaken en/of laten opmaken of vervalst en/of doen vervalsen en/of laten vervalsen, immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) valselijk en/of in strijd met de waarheid - zakelijk weergegeven –
op/in die factu(u)r(en) vermeld dat door [bedrijfsnaam 2] werkzaamheden en/of diensten, te weten “projectondersteuning” en/of “projectondersteuning /bonus” en/of “compensatie uren indirecte dienstverlening aan [bedrijfsnaam 11] & [bedrijfsnaam 1] ” en/of “compensatie uren dienstverlening aan [bedrijfsnaam 11] & [bedrijfsnaam 1] gedurende het 4de kwartaal van 2012”, zijn verricht ten behoeve van/ voor [bedrijfsnaam 1] terwijl in werkelijkheid deze werkzaamheden en/of diensten niet, althans niet volledig, zijn verricht en /of
op/in die factu(u)r(en) (een) factuurbedrag(en) vermeld dat/die in werkelijkheid geen, althans niet volledig, betrekking heeft/hebben op de in die factu(u)r(en) vermelde werkzaamheden en/of diensten
zulks (telkens) met het oogmerk om dat/die geschrift(en) als echt en onvervalst te gebruiken en/of door anderen te doen gebruiken;
Artikel 225 lid 1
jo artikel 47 Wetboek van Strafrecht
Feit 4 (zaaksdossier 7: witwassen [bedrijfsnaam 1] )
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 3 november 2011 tot en met heden te Bavel en/of Breda, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (van) een of meer voorwerp(en), te weten een of meer geldbedrag(en) tot een totaal bedrag van circa EURO 694.855, althans Euro 347.101 (exclusief BTW), in elk geval enig(e) geldbedrag(en),
de werkelijke aard en/of de herkomst en/of de vindplaats en/of de vervreemding en/of de verplaatsing heeft/hebben verborgen/verhuld en/of heeft/hebben verborgen/verhuld wie de rechthebbende(n) op het/de voorwerp(en)/geldbedrag(en) was/waren en/of wie het/dat/die voorhanden heeft/hebben gehad en/of
dat/die voorwerp(en)/geldbedrag(en) voorhanden heeft/hebben gehad en/of heeft/hebben verworven en/of heeft/hebben omgezet en/of heeft/hebben overgedragen en/of van dat/die voorwerp(en)/geldbedrag(en) gebruik heeft/hebben gemaakt,
terwijl hij, verdachte en/of zijn mededader(s), (telkens) wist(en) dat dat/die voorwerp(en)/geldbedrag(en) geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk -
afkomstig was/waren uit enig misdrijf,
terwijl hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) daarvan een gewoonte heeft/hebben gemaakt;
Artikel 420bis/ter van het Wetboek van Strafrecht
Feit 5 (zaaksdossier 6: valsheid in geschrifte [bedrijfsnaam 3] ):
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 5 december 2011 tot en met 13 juni 2012 te Breda en/of Bavel, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
zeven, althans een of meer, factu(u)r(en) van [bedrijfsnaam 3] gericht aan [bank] (t .a.v. [C] ) ten bedrage van in totaal circa Euro 67 .200 ( exclusief BTW) (te weten: D -0323 en/of D-0324/D-0525 en/of D-0422 en/of D-0423 en/of D-0424 en/of D-0425 en/of D-0426)
zijnde (telkens) (een) geschrift(en) dat/die bestemd was/waren om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt en/of doen opmaken en/of laten opmaken of vervalst en/of doen vervalsen en/of laten vervalsen, immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) (telkens) valselijk en/of in strijd met de waarheid - zakelijk weergegeven -
op/in die factu(u)r(en) vermeld dat [A] in de periode van november 2011 tot en met mei 2012 (in het project “Sleutelmaker” / “ [O] ”) in totaal 56 dagen aan diensten en/of werkzaamheden heeft verricht ten behoeve van/voor [bank] en/of aan zogenaamde wachtdagen in rekening heeft gebracht (aan [bedrijfsnaam 3] ) en/of heeft gehad, terwijl in werkelijkheid [A] (in dat project “ Sleutelmaker” / “ [O] ”) hoogstens 36 dagen aan diensten en/of werkzaamheden heeft verricht ten behoeve van/voor [bank] en/of aan zogenaamde wachtdagen in rekening heeft
gebracht (aan [bedrijfsnaam 3] ) en/of heeft gehad
op/in die factu(u) r( en) (een ) factuurbedrag(en) vermeld dat/die in werkelijkheid geen, althans niet volledig, betrekking heeft/hebben op die in die factu(u)r(en) vermelde diensten en/of werkzaamheden en/of zogenaamde wachtdagen,
zulks (telkens) met het oogmerk om dat/die geschrift(en) als echt en onvervalst te gebruiken en/of door anderen te doen gebruiken;
Artikel 225 lid 1 jo 47 Wetboek van Strafrecht
Feit 6 (zaaksdossier 4: oplichting [bedrijfsnaam 3] ):
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 augustus 2011 tot en met 20 maart 2013 te Leusden en/of Bavel en/of Breda, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgre(e)p(en) en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [bank] (en/of [bank] )
heeft/hebben bewogen tot de afgifte van een of meer geldbedrag(en), te weten in totaal circa EURO 76.157,99 (exclusief BTW), in elk geval van enig(e) geldbedrag(en) aan [bedrijfsnaam 3] inzake het project “Sleutelmaker”/” [O] ” (AH-037/AH- 045), in elk geval van enig goed, en/of
heeft/hebben bewogen tot het aangaan van een schuld, te weten het sluiten/aangaan van een
overeenkomst met [bedrijfsnaam 3] met betrekking tot [A] (en/of [A] ) (D-019 )
immers hebbende verdachte en /of zijn mededader ( s) met vorenomschreven oogmerk opzettelijk valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
tegenover [bank] de indruk gewekt dat hij, verdachte, als bestuurder en/of opdrachtnemer bij/van [bank] en/of (een) aan [bank] gelieerde vennootschap(pen), (enkel) de belangen van [bank] en/of de daaraan gelieerde vennootschappen zal behartigen (D-0013), onder andere bij de selectie en/of voordracht en/of (de wijze van) te werk stelling en/of de (overeen te komen) salariëring en/of beloning van medewerkers/opdrachtnemers ten behoeve van [bank] en/of (een) aan [bank] gelieerde vennootschap(pen), waaronder [A] (en/of [A] ) (via
[bedrijfsnaam 3] zoals uiteindelijk vastgelegd in D - 0019), en/of
Talent Servicing lntermediair BV als tussenpersoon / detacheerder gebruikt om [A] (en/of [A] ) bij [bank] te werk te stellen, en /of
tegenover [bank] verzwegen en/of verborgen gehouden en/of verhuld dat er bij en/of naar aanleiding van die aangegane overeenkomst tussen [bank] en [bedrijfsnaam 3] met betrekking tot het verrichten van werkzaamheden en/of diensten ten behoeve van [bank] door [bedrijfsnaam 3] en/of [A] ( en/of [A] ) , die door hem , verdachte en /of zijn mededader(s ) was/waren aangebracht en/of
gecontracteerd en/of waarvoor hij, verdachte en/of zijn mededader(s) namens [bank] en/of [bedrijfsnaam 3] (over) de daarmee samenhangende vergoedingen onderhandelingen heeft/hebben gevoerd en /of de daarmee samenhangende vergoedingen heeft /hebben vastgelegd, een (verborgen en/of verzwegen) vergoeding en/of marge en/of betaling aan hem, verdachte en/of zijn mededader(s) en/of een of meer vennootschap(pen) gelieerd aan hem verdachte en/of zijn mededader(s), was inbegrepen en/of overeengekomen, en/of
bij [bank] meer wachtdagen en/of een hoger tarief voor reisuren ten behoeve van [A] (en/of [A] ) in rekening gebracht dan door [A] ( en/of [A] ) in werkelijkheid zijn gemaakt /genoten/gedeclareerd dan wel door [A] (en/of [A] zijn gefactureerd bij [bedrijfsnaam 3] (AH-035)
waardoor [bank] (en/of [bank] ) werd bewogen tot bovenomschreven afgifte(s) en/of
werd bewogen tot het aangaan van bovengenoemde schuld(en);
Artikel 326 jo 47 Wetboek van Strafrecht
Feit 7 (zaaksdossier 6: valsheid in geschrift [bedrijfsnaam 2] ):
hij in of omstreeks de periode van 12 mei 2012 tot en met 30juni 2012 te Breda en/of Bavel, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
een arbeidsovereenkomst tussen [L] en [bedrijfsnaam 2] (D-0479)
zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen , valselijk heeft opgemaakt en/of doen opmaken en/of laten opmaken en/of vervalst en/of doen vervalsen en/of laten vervalsen, immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) valselijk en/of in strijd met de waarheid - zakelijk weergegeven -
op/in die arbeidsovereenkomst opgenomen dat [L] als Office Manager werkzaamheden en/of diensten zal gaan verrichten bij /ten behoeve van [bedrijfsnaam 2] , terwijl in werkelijkheid die [L] die werkzaamheden en/ of diensten (gedeeltelijk) niet zou gaan verrichten en/of (gedeeltelijk) niet heeft verricht ten behoeve van [bedrijfsnaam 2] en/of
die arbeidsovereenkomst gedateerd en/of ondertekend en /of laten ondertekenen in de maand december 2011 , terwijl in werkelijkheid die arbeidsovereenkomst pas in of omstreeks de periode 12 mei 2012 tot en met 30 juni 2012 is (op)gemaakt
zulks met het oogmerk om dat geschrift als echt en onvervalst te gebruiken en/of door anderen te doen gebruiken
Artikel 225 lid 1 jo 47 Wetboek van Strafrecht
Feit 8 (zaaksdossier 2: niet ambtelijke omkoping [bedrijfsnaam 3] ):
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 21 augustus 2011 ( D -0335, D-0302) tot en met 8 april 2013 te Leusden en/of Breda en/of Bavel, in elk geval in Nederland, anders dan als ambtenaar, werkzaam zijnde in dienstbetrekking bij en/of optredend als lasthebber van [bank] (in de functie van bestuurder), naar aanleiding van hetgeen hij, verdachte, in zijn (dienst)betrekking en/of bij de uitvoering van zijn last(en) heeft gedaan en/of nagelaten dan wel zal/zou doen of nalaten (telkens)
een belofte, te weten de toezegging/instemming van [bedrijfsnaam 3] en/of haar bestuurder, de heer [I] , om verdachte (gedurende een bepaalde periode) een van te voren vastgesteld (maandelijks) geldbedrag te betalen en/of verdachte te laten beschikken over de [bank] PF-winst en/of -marge(s) (‘de pot’), en/of
een of meer gift(en) van [bedrijfsnaam 3] en/of haar bestuurder, de heer [I] , te weten een of meer geldbedrag( en) van in totaal EURO 65.000 exclusief BTW (AH-045, D-0364 t/m D-0375 en D-0259 t/m D-0272), althans enig geldbedrag,
heeft aangenomen (via [bedrijfsnaam 2] ) en dit aannemen in strijd met de goede trouw ( telkens) heeft verzwegen tegenover zijn werkgever en/of lastgever;
Artikel 328ter lid 1 Wetboek van Strafrecht
Feit 9 (zaaksdossier 8: witwassen [bedrijfsnaam 3] ):
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 oktober 2011 ( D -0321) tot en met heden te Amsterdam en/of Breda en/of Bavel, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (van) een voorwerp, te weten een of meer geldbedrag(en) tot een totaalbedrag van circa Euro 35.000 (exclusief BTW) (AH-045, D-0259 t/m D-0272), in elk geval enig(e) bedrag(en),
de werkelijke aard en/of de herkomst en/of de vindplaats en/of de vervreemding en/of de verplaatsing heeft/hebben verborgen/verhuld en/of heeft/hebben verborgen/verhuld wie de rechthebbende(n) op het/de voorwerp(en)/geldbedrag(en) was/waren en/of wie het/dat/die voorhanden heeft/hebben gehad
en/of dat/die voorwerp(en)/geldbedrag(en) voorhanden heeft/hebben gehad en/of heeft/hebben verworven en/of heeft/hebben omgezet en/of heeft/hebben overgedragen en/of van dat/die voorwerp(en)/geldbedrag(en) gebruik heeft/hebben gemaakt,
terwijl hij, verdachte en/of zijn mededader(s), (telkens) wist(en) dat dat/die voorwerp(en)/geldbedrag(en) geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk -
afkomstig was/waren uit enig misdrijf,
terwijl hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) daarvan een gewoonte heeft/hebben gemaakt;
Artikel 420bis/ter van het Wetboek van Strafrecht
Feit 10 (zaaksdossier 8: witwassen [bedrijfsnaam 2] ):
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 oktober 2011 ( D -0321) tot en met heden te Breda en/of Bavel, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (van) een voorwerp, te weten een of meer geldbedrag(en) tot een totaalbedrag van circa Euro 33.867,30 (exclusief BTW) (AH-045, D-0612 t/m D-0632), in elk geval enig bedrag,
de werkelijke aard en/of de herkomst en/of de vindplaats en/of de vervreemding en/of de verplaatsing heeft/hebben verborgen/verhuld en/of heeft/hebben verborgen/verhuld wie de rechthebbende(n) op het/de voorwerp(en)/geldbedrag(en) was/waren en/of wie het/dat/die voorhanden heeft/hebben gehad
en/of dat/die voorwerp(en)/geldbedrag(en) voorhanden heeft/hebben gehad en/of heeft/hebben verworven en/of heeft/hebben omgezet en/of heeft/hebben overgedragen en/of van dat/die voorwerp(en)/geldbedrag(en) gebruik heeft/hebben gemaakt,
terwijl hij, verdachte en/of zijn mededader(s), (telkens) wist(en) dat dat/die voorwerp(en)/geldbedrag(en) geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk -
afkomstig was/waren uit enig misdrijf,
terwijl hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) daarvan een gewoonte heeft/hebben gemaakt;
Artikel 420bis/ter van het Wetboek van Strafrecht
BIJLAGE II: de bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte]
Feit 2
in de periode van 1 september 2011 tot en met 8 april 2013 in Nederland telkens anders dan als ambtenaar, optredend als lasthebber van [bank] , naar aanleiding van hetgeen hij, verdachte, bij de uitvoering van zijn last heeft gedaan, telkens
een belofte, te weten de toezegging/instemming van [bedrijfsnaam 1] en/of haar bestuurder, de heer [medeverdachte ] , om de helft van de door [bedrijfsnaam 1] behaalde marge aan hem, verdachte , en/of [bedrijfsnaam 2] te betalen, voor zover deze marge ziet op de tewerkstelling van [H] en [D] en [E] bij [bank] , en
giften te weten geldbedragen van in totaal EURO 347.101 exclusief BTW,
heeft aangenomen en dit aannemen in strijd met de goede trouw telkens heeft verzwegen tegenover zijn lastgever;
Feit 3
in de periode van 17 oktober 2011 tot en met 8 februari 2013 in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander,
negen facturen van [bedrijfsnaam 2] gericht aan [bedrijfsnaam 1] ten bedrage van in totaal EURO 347 .101 (exclusief BTW) , te weten : D- 0101 en D -0102 en D-0103 en D-0104 en D-0105 en D-0106 en D-0107 en D-0108 en D-0109
zijnde telkens een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt en/of laten opmaken, immers hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader valselijk en in strijd met de waarheid - zakelijk weergegeven -
op die facturen vermeld dat door [bedrijfsnaam 2] werkzaamheden en/of diensten, te weten “projectondersteuning” en/of “projectondersteuning/bonus” en/ of “ compensatie uren indirecte dienstverlening aan [bedrijfsnaam 11] & [bedrijfsnaam 1] ” en/of “compensatie uren dienstverlening aan [bedrijfsnaam 11] & [bedrijfsnaam 1] gedurende het 4de kwartaal van 2012” , zijn verricht ten behoeve van/voor [bedrijfsnaam 1] terwijl in werkelijkheid deze werkzaamheden en /of diensten niet zijn verricht en
op die facturen een factuurbedrag vermeld dat in werkelijkheid geen betrekking heeft op de in die facturen vermelde werkzaamheden en/of diensten
zulks telkens met het oogmerk om dat geschrift als echt en onvervalst te gebruiken en/of door anderen te doen gebruiken;
Feit 4
in de periode van 3 november 2011 tot en met 16 september 2013 in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander, van voorwerpen, te weten geldbedragen tot een totaalbedrag van Euro 347.101 (exclusief BTW),
de werkelijke aard heeft verhuld en die geldbedragen voorhanden heeft gehad,
terwijl hij, verdachte en zijn mededader, wisten dat die geldbedragen onmiddellijk afkomstig waren uit enig misdrijf,
terwijl hij, verdachte, en zijn mededader daarvan een gewoonte hebben gemaakt;
Feit 7
in de periode van 12 mei 2012 tot en met 30 juni 2012 in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen,
een arbeidsovereenkomst tussen [L] en [bedrijfsnaam 2] (D-0479)
zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen , valselijk heeft opgemaakt en/of laten opmaken, immers hebben hij, verdachte, en/of zijn mededaders valselijk en in strijd met de waarheid - zakelijk weergegeven –
in die arbeidsovereenkomst opgenomen dat [L] als Office Manager werkzaamheden en/of diensten zal gaan verrichten bij /ten behoeve van [bedrijfsnaam 2] , terwijl in werkelijkheid die [L] die werkzaamheden en/of diensten ( gedeeltelijk) niet zou gaan verrichten en/of niet heeft verricht ten behoeve van [bedrijfsnaam 2] en
die arbeidsovereenkomst gedateerd en/of ondertekend en/of laten ondertekenen in de maand december 2011, terwijl in werkelijkheid die arbeidsovereenkomst pas in of omstreeks de periode 12 mei 2012 tot en met 30 juni 2012 is (op)gemaakt
zulks met het oogmerk om dat geschrift als echt en onvervalst te gebruiken en/of door anderen te doen gebruiken
Feit 8
in de periode van 21 augustus 2011 tot en met 8 april 2013 in Nederland, anders dan als ambtenaar, optredend als lasthebber van [bank] , naar aanleiding van hetgeen hij, verdachte, bij de uitvoering van zijn last heeft gedaan dan wel zal doen telkens
een belofte, te weten de toezegging/instemming van [bedrijfsnaam 3] en/of haar bestuurder, de heer [I] , verdachte te laten beschikken over de [bank] - winst en/ of - marge(s ) (‘de pot’), en
giften van [bedrijfsnaam 3] en/of haar bestuurder, de heer [I] , te weten geldbedragen van in totaal EURO 65.000 exclusief BTW ,
heeft aangenomen en dit aannemen in strijd met de goede trouw telkens heeft verzwegen tegenover zijn lastgever;
Feit 9
in de periode van 24 februari 2012 tot en met 21 maart 2013 in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, van voorwerpen, te weten geldbedragen tot een totaalbedrag van circa Euro 35.000,
de werkelijke aard en de herkomst heeft verhuld en die voorwerpen/geldbedragen heeft overgedragen,
terwijl hij, verdachte en/of zijn mededaders, telkens wist(en) dat die voorwerpen/geldbedragen onmiddellijk afkomstig waren uit enig misdrijf,
terwijl hij, verdachte, en/of zijn mededaders, daarvan een gewoonte heeft/hebben gemaakt;
Feit 10
in de periode van 27 januari 2012 tot en met 31 juli 2013 in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, van voorwerpen, te weten geldbedragen tot een totaalbedrag van Euro 33.867,30 (exclusief BTW),
de werkelijke aard en de herkomst heeft verhuld en die geldbedragen voorhanden heeft gehad en heeft verworven en heeft overgedragen,
terwijl hij, verdachte en/of zijn mededaders, telkens wist(en) dat die voorwerpen/geldbedragen onmiddellijk afkomstig waren uit enig misdrijf,
terwijl hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) daarvan een gewoonte heeft/hebben gemaakt.