12 Beslissing
Vrijspraak
Verklaart het onder 1 en 3 tenlastegelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Bewezenverklaring
Verklaart bewezen dat verdachte het onder feit 2 tenlastegelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Strafbaarheid
Het bewezenverklaarde levert op:
feit 2: opzettelijk gebruik maken van een vals geschrift als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht als ware het echt en onvervalst, begaan door een rechtspersoon, terwijl hij feitelijk leiding heeft gegeven aan de verboden gedraging, meermalen gepleegd.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte daarvoor strafbaar.
Straf
Veroordeelt verdachte tot een taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid, van 100 (honderd) uren.
Beveelt, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren heeft verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 50 (vijftig) dagen.
Bepaalt dat de tijd, door de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de taakstraf in mindering zal worden gebracht, berekend naar de maatstaf van 2 uren taakstraf per dag.
Beslag
Gelast de teruggave aan verdachte van de onder verdachte in beslag genomen administratieve bescheiden (goednummers: F2094092 en F2094094).
Gelast de teruggave aan de rechthebbende, [bedrijf 11] B.V., van het in beslag genomen geldbedrag van € 21.650,- (goednummer: L.04.01.001).
Benadeelde partij
Verklaart de benadeelde partij Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, voorheen Agentschap NL, niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter.
Compenseert de proceskosten van de benadeelde partij en verdachte, in die zin dat ieder haar eigen kosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. K.J. Veenstra, voorzitter, mrs. G.A. Bos en S.C.A. van Kuijeren, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.C. van Reenen, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 28 juni 2017.
BIJLAGE: de tenlastelegging
Aan [verdachte] is ten laste gelegd dat
1.
Verduistering van subsidiegelden
[taxibedrijf 1] B.V., in of omstreeks de periode van 22 november 2009
tot en met 22 januari 2014 te Utrecht en/of Zeist en/of Maarn en/of elders in
Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen,
meermalen, althans eenmaal, opzettelijk,
een geldbedrag (subsidie) van 1.600.000 euro, althans 980.323,12 euro,
althans (telkens) enig(e) geldbedrag(en), zijnde de/het voorschot(ten)
(subsidie( D-06)), geheel of ten dele toebehorende aan de Staat der
Nederlanden, althans Agentschap NL, (thans Rijksdienst voor Ondernemend
Nederland (RVO)), in elk geval aan een ander of anderen,
dan aan verdachte,
welk(e) goed(eren)/geldbedrag(en) verdachte anders dan door misdrijf, te weten
als ontvanger van door het Agentschap NL toegekende subsidie/voorschot(ten)
onder zich had, zich wederrechtelijk heeft toegeëigend, immers is geen
(onderbouwd en/of juist) verzoek tot vaststelling voor genoemde toegekende
subsidie afgelegd en/of zijn geldbedrag(en) niet (geheel) besteed aan het
project waarvoor de subsidie(s) was/waren toegekend en/of is/zijn het/de
(voorgeschoten) geldbedrag(en) die niet (geheel) aan [project]
project was/waren besteed aan het Agentschap NL afgedragen en/of geretourneerd,
zulks terwijl verdachte aan deze gedraging(en) feitelijk leiding heeft gegeven
en/of daartoe opdracht heeft gegeven;
Artikel 321 Wetboek van Strafrecht jo. Artikel 51 lid 2 Wetboek van Strafrecht
art 321 Wetboek van Strafrecht
2.
Valsheid in geschrifte in de voorschot(ten) van de subsidie aanvra(a)gen (AMB
33, AMB 75, AMB 105, AMB 61, AMB 6, G 02 en G03)
[taxibedrijf 1] B.V., in of omstreeks de periode van 20 mei 2011 tot
en met 8 februari 2012, te Utrecht en/of Zeist en/of Maarn en/of elders in
Nederland, tezamen en in vereniging, althans alleen, meermalen, althans
eenmaal,
(telkens) opzettelijk gebruik heeft gemaakt van (een) vals(e) of vervalst(e)
(digitaal) document, te weten een:
- ( een) (derde) voorschotverzoek met betrekking tot het project ' [project]
', d.d. 24 mei 2011(AMB 33, D-17), en/of
- een voorschotverzoek met betrekking tot het project ' [project] ',
d.d. 17 augustus 2011(AMB 33, D-19),
zijnde (een) geschrift(en) dat/die bestemd was/waren om tot bewijs van enig
feit te dienen, als ware dat/die geschrift(en) echt en onvervalst,
bestaande dat gebruik maken hierin dat de/het voorschotverzoek(en) ter
onderbouwing van een voorschot aan het Agentschap NL, thans Rijksdienst voor
Ondernemend Nederland, namens verdachte is/zijn verzonden,
en bestaande die valsheid of vervalsing hierin dat in het voornoemde
(digitaal/digitale) voorschotverzoek(en) (valselijk) informatie bevatte die
onjuist was,
immers werd onder meer informatie verstrekt waarmee de indruk werd gewekt dat
de genoemde (elektrische) auto's zijn aangeschaft en/of betaald en/of in
gebruik zijn genomen door [taxibedrijf 1] B.V. terwijl deze auto(s) in
werkelijkheid waren geleased en/of door (een) derde(n) werden gebruikt en/of
niet voor het doel werden ingezet waarvoor de subsidie was aangevraagd.
zulks terwijl verdachte aan deze gedraging(en) feitelijk leiding heeft gegeven
en/of daartoe opdracht heeft gegeven;
Artikel 225 lid 2 Wetboek van Strafrecht jo. art. 51 lid 2 Wetboek van
Strafrecht
art 225 lid 2 Wetboek van Strafrecht
3.
Facturen ter onderbouwing van de vaststelling van de aangevraagde subsidie
hij, op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 november
2013 tot en met 31 december 2013, te Utrecht en/of te Den Haag en/of te Zeist
en/of te Maarn en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met (een)
ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) opzettelijk
gebruik heeft gemaakt van (onder meer) (een) vals(e) of vervalst(e)
(digitaal) document, te weten:
a)(een) factu(u)r(en) van de [bedrijf 5] BV met betrekking tot de
belettering van de voertuigen in het project [project] , (D-109,
D-111, AMB-60),
b)(een) factu(u)r(en) van [bedrijf 1] (D-184, AMB-59)
c)(een) factu(u)r(en) van [bedrijf 6] (van in totaal 45.961,25 euro) voor advies en
projectwerkzaamheden, (AMB-107)
d)(een) factu(u)r(en) van [taxibedrijf 2] met een totaalbedrag van
87.750,- euro voor advieswerkzaamheden (AMB-107)
e)(een) factu(u)r(en) van [bedrijf 7] BV met een waarde van 380.958,86 euro,
(D-91 tot en met D-97)
zijnde (een) geschrift(en) dat/die bestemd was/waren om tot bewijs van enig
feit te dienen, als ware dat/die geschrift(en) echt en onvervalst,
bestaande dat gebruikmaken hierin dat de/het factu(u)r(en) ter onderbouwing
van de vaststelling van de verstrekte/verleende subsidie aan het Agentschap
NL,(thans Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO)), door verdachte
is/zijn verzonden, en/of ten behoeve van dit vaststellingsverzoek ter
vaststelling van de (uiteindelijke) subsidie aan het Agentschap NL is/zijn
verzonden,
(telkens) opzettelijk gebruik heeft gemaakt van (een) vals(e) of vervalst(e)
(digitaal) document, te weten (onder meer) een:
a)(een) factu(u)r(en) van de [bedrijf 5] BV met betrekking tot de
belettering van de voertuigen in het project [project] , immers de
factuur vermeldde dat er belettering was gedaan voor een Mitsubishi terwijl
in werkelijkheid het de tekst/auto Volkswagen betrof ,
b)(een) factu(u)r(en) van [bedrijf 1] met betrekking tot verrichte
werkzaamheden in het project [project] wat in werkelijkheid een bedrag was
van in totaal 30.594,- euro,
c)(een) factu(u)r(en) van [bedrijf 6] (van in totaal 45.961,25 euro) met betrekking
tot advies en projectwerkzaamheden ten behoeve van [project] terwijl het in
werkelijkheid reclame- en communicatie werkzaamheden betroffen en/of dat uit
de administratie van [taxibedrijf 1] niet is gebleken dat deze
factu(u)r(en) zijn betaald,
d)(een) factu(u)r(en) van [taxibedrijf 2] met een totaalbedrag van
87.750,- euro voor advieswerkzaamheden ten behoeve van het [project] project
welke in werkelijkheid zagen op [taxibedrijf 1]
e)(een) factu(u)r(en) van [bedrijf 7] BV met betrekking tot de aanschaf en plaatsing
van laadstation(s) welke in werkelijkheid waren gecrediteerd door [bedrijf 7] BV,
Artikel 225 lid 2 Wetboek van Strafrecht
art 225 lid 2 Wetboek van Strafrecht