5 BEWEZENVERKLARING
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
1.
op 30 november 2016 te Doorn,
- een wapen van categorie II, te weten een pistoolmitrailleur (merk CZ, model 61, type Scorpion, kaliber 7.65 mm) en
- een wapen van categorie II, te weten een onderdeel pistoolmitrailleur (patroonmagazijn) en
- munitie van categorie III, te weten honderd scherpe patronen (van uiteenlopende merken (waaronder CBC) en kalibers (waaronder .32 auto/7.65 mm, .25 auto/6.35 mm) en
- munitie van categorie III, te weten onderdeel munitie (patroonhuls)
voorhanden heeft gehad.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.
11 BESLISSING
- verklaart het onder 2 tenlastegelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
- verklaart het onder 1 tenlastegelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders tenlastegelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
- verklaart het onder 1 bewezenverklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 9 maanden;
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte van 5 maanden, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene voorwaarde niet heeft nageleefd;
- stelt daarbij een proeftijd van twee jaren vast;
- stelt als algemene voorwaarden dat verdachte:
* zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
* ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
* medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
- stelt als bijzondere voorwaarde dat verdachte gedurende de proeftijd:
* zich binnen 3 dagen na het onherroepelijk worden van dit vonnis bij Reclassering Nederland (Vivaldiplantoen 200, 3533 JE Utrecht) in Utrecht zal melden en op door de reclassering te bepalen tijdstippen zal blijven melden, zo frequent en zo lang de reclassering dit noodzakelijk acht;
- waarbij aan de reclassering opdracht wordt gegeven toezicht te houden op de naleving van de bijzondere voorwaarde en verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
- verklaart de voorwerpen onder nummers 16, 17, 19 en 20 van de aan dit vonnis gehechte lijst van inbeslaggenomen voorwerpen onttrokken aan het verkeer;
- gelast de teruggave aan verdachte van de voorwerpen onder nummers 18, 21 en 23 van de aan dit vonnis gehechte lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
- gelast de bewaring ten behoeve van de rechthebbende(n) van het inbeslaggenomen geldbedrag van € 10.000,-.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.J.M. Mol, voorzitter, mrs. E.H.M. Druijf en J.G. van Ommeren, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S. Prinsen, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 31 oktober 2017.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan bovenbedoelde gedagvaarde persoon wordt tenlastegelegd dat
1.
zij op of omstreeks 30 november 2016 te Doorn, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
- een wapen van categorie II, te weten een pistoolmitrailleur (merk CZ, model 61, type Scorpion, kaliber 7.65 mm) en/of
- een wapen van categorie II, te weten een onderdeel pistoolmitrailleur (patroonmagazijn) en/of
- munitie van categorie III, te weten (ongeveer) éénhonderd scherpe patronen (van uiteenlopende merken (waaronder CBC) en kalibers (waaronder .32 auto/7.65 mm, .25 auto/6.35 mm) en/of
- munitie van categorie III, te weten onderdeel munitie (patroonhuls)
voorhanden heeft gehad;
De in deze telastelegging gebruikte termen en uitdrukkingen worden, voorzover daaraan in de Wet wapens en munitie betekenis is gegeven, geacht in dezelfde betekenis te zijn gebezigd;
art 26 lid 1 Wet wapens en munitie
2.
zij op of omstreeks 30 november 2016, te Doorn, althans in Nederland, van een voorwerp, te weten een of meer geldbedrag(en) (met een totaal van 13.840,- Euro), de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding en/of de verplaatsing heeft verborgen en/of verhuld en/of heeft verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende op een voorwerp was, en/of heeft verborgen en/of verhuld wie een voorwerp, te weten een of meer geldbedrag(en) (met een totaal van 13.840,- Euro) voorhanden heeft gehad, terwijl zij wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden, dat dat voorwerp geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf
een voorwerp, te weten een of meer geldbedrag(en) (met een totaal van 13.840,- Euro) heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen en/of omgezet en/of van een of meer geldbedrag(en) (met een totaal van 13.840,- Euro) gebruik heeft gemaakt terwijl zij verdachte wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden, dat dit voorwerp -onmiddellijk of middellijk- afkomstig was uit enig misdrijf;
art 420bis lid 1 afh/onder b Wetboek van Strafrecht
art 420quater lid 1 ahf/onder a en b Wetboek van Strafrecht
art 420bis lid 1 ahf/ond a Wetboek van Strafrecht