RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Strafrecht
Zittingsplaats Lelystad
Parketnummer: 16/659391-17 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 15 oktober 2019
[verdachte]
,
geboren op [1989] te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats] , [adres] .
1 ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van de onderzoeken ter terechtzitting op 29 mei 2018, 12 juni 2018, 3 juli 2018, 16 april 2019 en 1 oktober 2019.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. L. Linssen en van hetgeen verdachte en mr. A. Boumanjal namens mr. S. Wortel, advocaat te Utrecht, alsmede de benadeelde partijen [benadeelde 1] en [benadeelde 2] naar voren hebben gebracht.
2 TENLASTELEGGING
De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
medeplichtig is geweest aan diefstal of verduistering gepleegd door [medeverdachte] in de periode van 24 januari 2011 tot en met 7 maart 2013 te Hilversum van geldbedragen van € 14.123,- en € 7.000,- die aan [benadeelde 1] en [benadeelde 2] toebehoorden, door toen en daar haar rekeningnummer aan [medeverdachte] ter beschikking te stellen om voornoemde geldbedragen daarop over te maken en vervolgens daarvan af te halen en aan [medeverdachte] te overhandigen.
5 BENADEELDE PARTIJ
[benadeelde 1] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van
€ 15.052,01. Dit bedrag bestaat uit € 14.202,01 materiële schade en € 850,- immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte ten laste gelegde feit.
Ook [benadeelde 2] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 24.203,-, bestaande uit materiële schade, ten gevolge van het aan verdachte ten laste gelegde feit.
5.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
5.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat de benadeelde partijen in hun vorderingen niet-ontvankelijk moeten worden verklaard, gelet op de door hem bepleite vrijspraak.
5.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal voornoemde benadeelde partijen niet-ontvankelijk verklaren in de vorderingen nu verdachte van het haar ten laste gelegde feit zal worden vrijgesproken. De benadeelde partijen kunnen de vorderingen bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Nu de benadeelde partijen niet-ontvankelijk worden verklaard in hun vorderingen, zullen de benadeelde partijen in de kosten van verdachte worden veroordeeld voor zover deze betrekking hebben op het verweer tegen de vorderingen. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
6 BESLISSING
- verklaart het ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
- -
verklaart [benadeelde 1] en [benadeelde 2] niet-ontvankelijk in de vorderingen en bepaalt dat de vorderingen kunnen worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- -
veroordeelt voornoemde benadeelde partijen in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.S. Terporten-Hop, voorzitter, mrs. M.J.A.L. Beljaars en V.C. Kool, rechters, in tegenwoordigheid van mr. T.M. van Zwet, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 15 oktober 2019.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
[medeverdachte] op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 24 januari 2011 tot en met 7 maart 2013 te Hilversum, althans in het arrondissement Midden-Nederland,
met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen twee, althans een, geldbedrag(en) (te weten een bedrag van 14.123,- euro en/of een bedrag van 7000,- euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 1] en/of [benadeelde 2] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan die [medeverdachte] ,
opzettelijk twee, althans een, geldbedrag(en) (te weten een bedrag van 14.123,- euro en/of een bedrag van 7000,- euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 1] en/of [benadeelde 2] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan die [medeverdachte] , welk(e) goed(eren) die [medeverdachte] anders dan door misdrijf, te weten als (mede-)eigenaar, feitelijk
leidinggevende en/of werknemer van gastouderbureau [gastouderbureau 1] en/of [gastouderbureau 2]
en/of (in die hoedanigheid en/of met toestemming van de eigenaar) als beheerder van voornoemde geldbedrag(en), onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf verdachte toen aldaar opzettelijk behulpzaam is geweest door opzettelijk haar, verdachtes, rekeningnummer beschikbaar te stellen voor die [medeverdachte] om voornoemd(e) geldbedrag(en) op over te maken en/of (vervolgens) door voornoemd(e) geldbedrag(en) van die rekening af te halen en/of (vervolgens) aan die [medeverdachte] te overhandigen.