[verzoekster] verzoekt, zo mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. te verklaren voor recht dat het ontslag zonder schriftelijk toestemming van de werknemer niet rechtsgeldig is en dat de door verweerster gedane opzegging van de arbeidsovereenkomst vernietigbaar is;
II. vast te stellen dat [verzoekster] voor haar functie tenminste recht heeft op het minimumloon volgens de cao Horeca ad € 10,05 bruto per uur, dan wel het minimumloon en 8% vakantiegeld volgens de Wet minimumloon en minimum vakantiebijslag;
III. de opzegging te vernietigen en verweerster te veroordelen tot:
a. doorbetaling van het verschuldigde salaris van € 1.088,75 bruto, exclusief 8% vakantiegeld per maand op basis van een 25 uur per week vanaf 30 juni 2020;
b. het aan de werknemer verstrekken van een deugdelijke schriftelijke (eind)-/maandafrekening, een en ander op straffe van een dwangsom van € 100,00 per dag dat de werkgever zulks nalaat;
c. betaling op grond van artikel 7:625 BW van de wettelijke verhoging van 50% wegens vertraging over het aan [verzoekster] toekomende opeisbare salaris c.a.;
d. betaling van de wettelijke rente over de hierboven genoemde punten onder a en c genoemde bedragen vanaf het opeisbaar worden van die bedragen tot de dag van algehele voldoening;
IV. met veroordeling van verweerster in de proceskosten.