Verder staat in het rapport van ECEMed vermeld (p. 4, 6, 7, 10):
“Glas bestaat voornamelijk uit silicaten en een aantal andere, varierende bestanddelen, zoals aluminiumdioxide en calciumdioxide. Deze ingredienten worden bij [gedaagde] samengevoegd en gesmolten. De kristallijne silicaten gaan dan over in de amorfe structuur. De silicaten bezitten dan niet langer de kristallijne structuur. Dit met uitzondering van kwartsglas. Echter door recrystallisatie gaat een klein deel van de amorfe structuur weer over in de kristallijne vorm (lit.7). Het percentage zal afhangen van de soort toevoegingen aan het glas en van de omstandigheden waaronder het glas bewaard en/of gebruikt is.
In de kristallijne struktuur zitten de samenstellende delen, zoals silicium (Si) en zuurstof (O) en bijvoorbeeld aluminium netjes gerangschikt. Bij de amorfe struktuur zitten alle bestanddelen door elkaar (meer als een vloeistof). Door de struktuur zijn de kristallijne deeltjes veel gevaarlijker. Zij kunnen fijne naaldjes vormen, die doordat ze in het weefsels van de longen terecht komen, ontstekingsverschijnselen geven en hierdoor wordt bindweefsel gevormd.
(…)
Grenswaarden van stof
In glas zit een klein deel van de silicaten in de kristallijne structuur (door hercrystallisatie (de-vitrification). Bij analyses van afvalglas bleek in 1993 dat er minder dan 2,8% aan kristallijn silica in glas zit (lit.7). (Volgens de Glass Aliance in 2014 zou dat minder dan 1% zijn). Uiteraard is dit percentage afhankelijk van het soort glas). Bij kristallijn silicaat gelden lagere grenswaarden. In Nederland geldt dan een grenswaarde van 0,075 mgr/m3. Kwarts is immers een kankerverwekkende stof.
(…)
Opvallende zaken beschreven in “Alles draait om glas.”
(…)
Berekeningen ECEMed
Blz. 30 Glasstorten
Bij het glasstorten in 2010 vindt men bij de stationaire meting een totaal aan inhaleerbaar glasstof van max.9mgr/m3.
(…)
Deze meting is uitgevoerd
nadat
de glasstortomgeving is vernieuwd. Het glas wordt nu niet langer gestort in een open gat in de vloer maar aan de zijkant van een koker. Het glas en glasstof komt na het storten terecht op een lager gelegen werkvloer. De hoeveelheid glasstof die in de nieuwe situatie bij het storten ontstaat zal vele malen lager liggen dan in de oorspronkelijke situatie, met het gat in de vloer.
De hoeveelheid glasstof in 2010 is, met 9mgr/m3, 3x hoger dan de grenswaarde van inhaleerbaar stof. Deze overschrijding wordt niet vermeld in de conclusie. De wettelijke grenswaarde is 3 mgr/m3.
Berekeningen kwarts in het inhaleerbare glasstof
Max 2,8% kwarts in glas (zie 7). Dit levert 2,8/100 x 9000 µg/m3 (max.totaal)= 224 µg/m3. Als uitgegaan wordt van het percentage kwarts in glas van de Glass Alliance, max 1%, dan is de concentratie kwarts 90µg/m3 (microgram per kubieke meter). Dit is nog steeds te hoog. Bij het vroegere stortgat zat de hoeveelheid nog veel hoger zijn geweest (open gat in de vloer, glas dat meters diep viel op een berg van glas. Ook zal de hoeveelheid glasstof op de afdeling veel hoger zijn geweest.”