3.1.
[verzoekster] verzoekt (na wijziging van haar verzoeken), bij beschikking, veroordeling van [organisatieonderdeel 1 van verweerder] tot:
a. betaling van € 150.000,00 in verband met psychisch leed;
b. betaling van € 700.000,00 bruto billijke vergoeding;
c. het overhandigen van een getuigschrift, waarin alle werkzaamheden die [verzoekster] heeft uitgevoerd bij de diverse onderdelen van de [organisatieonderdeel 2 van verweerder] vermeld en gewaardeerd worden (met name bij MKB [plaatsnaam 2] );
d. betaling van eventuele noodzakelijke gezondheidskosten die niet door de zorgverzekeraar vergoed worden;
e. betaling van de toegezegde transitievergoeding van € 28.787,30;
f. verstrekking van alle inlichtingen/informatie over persoonsgerichte treiter/folter aanpak t.a.v. mevrouw [verzoekster] en familie (zie productie 62), en afluisteren en algoritme;
g. betaling van de wettelijke rente over a t/m c vanaf het tijdstip van opeisbaarheid van die bedragen tot aan de dag van algehele voldoening;
h. betaling van het door haar betaalde griffierecht.
3.2.
[verzoekster] heeft aan haar verzoeken – samengevat – ten grondslag gelegd dat [organisatieonderdeel 1 van verweerder] ernstig verwijtbaar heeft gehandeld waar het gaat om de arbeidsomstandigheden waarin zij heeft moeten werken, wat tot haar ziekte heeft geleid. Daarnaast heeft [organisatieonderdeel 1 van verweerder] ernstig verwijtbaar gehandeld in het kader van de re-integratie. Voor het overige worden de stellingen van [verzoekster] bij de beoordeling zo nodig weergegeven.
3.3.
[organisatieonderdeel 1 van verweerder] heeft verweer gevoerd en heeft geconcludeerd tot afwijzing van de verzoeken van [verzoekster] , omdat [organisatieonderdeel 1 van verweerder] meent dat zij niet ernstig verwijtbaar heeft gehandeld. Het verweer van [organisatieonderdeel 1 van verweerder] wordt bij de beoordeling zo nodig weergegeven.