2.1.
[werknemer] , geboren op [geboortedatum] 1959, is op 22 februari 1999 in dienst getreden bij G4S. De laatste functie die [werknemer] vervulde, is die van teamlid (visiteur B), met een salaris van € 1.904,84 bruto per maand.
2.2.
G4S hanteert een ‘procedure aan- en afmelden’. De procedure luidt onder meer als volgt: “(…) Als een medewerker zich later dan de toegewezen aanvangstijd aanmeldt bij de aanmeldklok is er sprake van een te-laat melding. De OPS medewerker (…) of Planner (…) autoriseert dit tijdstip waarna er automatisch een “te laat” brief wordt uitgeprint. Deze “te laat” brief wordt aan de medewerker overhandigd, welke ter plaatse het formulier moet invullen. Indien er sprake is van bijzondere omstandigheden waardoor de medewerker mogelijk niet op de geplande aanvangstijd aanwezig kon zijn dan noteert de medewerker dit op het formulier. De OPS medewerker of Planner (…) ondertekent het formulier en legt dit in het postvak van de leidinggevende van de medewerker. De Teamleader gaat met de medewerker in gesprek en zal conform de afspraken uit de “procedure aanmeldgedrag” het verder afhandelen. (…)”
2.3.
In de hiervoor vermelde procedure is een stappenplan opvolging aanmeldgedrag opgenomen. In dit plan krijgt een medewerker na iedere te laat melding een bericht. Na de derde en de zesde te laat melding volgt een officiële waarschuwing. Na de negende te laat melding wordt een finale waarschuwing gezonden. Bij een volgende te laat melding wordt de arbeidsovereenkomst beëindigd. Bij dat schema is vermeld dat indien tussen twee meldingen meer dan zes maanden tijd zit het proces weer bij het begin (stap één) start.
2.4.
[werknemer] heeft zich vanaf 2014 op de volgende momenten “te laat” gemeld:
- 29 maart 2014; 9 minuten; verslapen en openbaar vervoer;
- 09 april 2014; 3 minuten; openbaar vervoer;
- 10 mei 2014; secondes; openbaar vervoer;
- 18 juni 2014; 3 minuten; Tutoren op D-pier; was niet afgemeld;
- 10 augustus 2014; 20 minuten; de nachtbus kwam veertig minuten later;
- 28 september 2014; 8 minuten; tijdens de reis pas laten vallen, terug moeten reizen;
- 11 oktober 2014; 47 minuten; verslapen;
- 01 december 2014; 15 minuten; migraine aanval;
- 24 mei 2015; 3 minuten; vergeten aan te melden, was al wel aanwezig;
- 25 oktober 2015; 18 minuten; openbaar vervoer;
- 27 februari 2016; 46 minuten; verkeerde plaats aangemeld; was al wel aanwezig;
- 14 april 2016; 2 minuten; brug stond vijftien minuten open.
2.5.
[werknemer] heeft op 9 april 2014 en op 10 augustus 2014 een officiële waarschuwing gehad. Op vrijdag 12 december 2014 heeft [werknemer] een finale waarschuwing ontvangen. Daarbij is aan haar kenbaar gemaakt dat het regelmatig te laat komen op het werk onacceptabel is. Tevens is [werknemer] erop gewezen dat indien zij binnen een periode van zes maanden wederom te laat op het werk is, dit reden zal zijn om de arbeidsovereenkomst te beëindigen.
2.6.
G4S heeft op 24 december 2014 een ontslagvergunning aangevraagd. [werknemer] heeft verweer gevoerd. Het UWV heeft op 3 maart 2015 de ontslagvergunning geweigerd, daarbij is het volgende geoordeeld:
“Naar ons oordeel heeft u de aangevoerde ontslaggrond niet voldoende aannemelijk kunnen maken. Uit de (…) ingebrachte stukken is ons weliswaar gebleken, dat werknemer de haar toegewezen vroege diensten in het afgelopen jaar meermaals te laat is aangevangen, doch er is ons mede uit het verweerschrift van werknemer ook gebleken van omstandigheden die er op duiden, dat de te laat-meldingen zeker niet in alle gevallen aan werknemer te wijten zijn. Ontslag zou thans dan ook een te zware sanctie zijn. Zo wordt werknemer in de vroege ochtenduren geregeld geconfronteerd met de onbetrouwbaarheid van het openbaar vervoer op dit tijdstip. Zij heeft in haar op uw verzoek opgestelde plan van aanpak dan ook voorgesteld om haar latere diensten te laten draaien om zo een belangrijke oorzaak voor haar te laat komen weg te kunnen nemen. Uit niets blijkt, dat u het plan van aanpak een verder vervolg heeft gegeven door de mogelijkheid hiertoe nader te onderzoeken. (…)”
2.7.
G4S schrijft [werknemer] op 2 april 2015 onder meer het volgende:
“(…) Wij zijn met u in gesprek gegaan om uw terugkeer op de werkvloer te bespreken. Wij hebben met u afgesproken dat u per direct de tijden van de B poule gaat draaien (…) Dit accepteerde u. We hebben u verteld dat u op stap 9 blijft staan, omdat wij ons aanmeldbeleid handhaven en dit beleid voor iedereen geldt. U bent te allen tijde zelf verantwoordelijk voor het op tijd aanwezig zijn (…) U had een gesprek op 23 april jl. met uw Teamleader (…) en ondergetekende. Wij hebben in dit gesprek aangegeven dat wij nogmaals naar uw situatie hebben gekeken en hebben gekeken naar de redenen van uw te laat meldingen. Deze redenen waren als volgt: tweemaal verslapen, tijd vergeten, uw pas verloren, drie maal vertraging in het openbaar vervoer en migraine. Gezien de uitspraak van UWV waarin is vermeld dat wij geen opvolging hebben gegeven aan latere tijden, hebben wij ervoor gekozen de ov meldingen kwijt te schelden. Dit ondanks dat deze vertragingen in het openbaar vervoer vóór het opstellen van uw plan van aanpak hebben plaats gevonden. Dit betekent dat u nu op stap zes staat. U geeft aan tijdens het gesprek van 23 april dat u geen B poule tijden meer wilt draaien maar weer A poule tijden. Wij hebben u aangegeven dat onder andere juist door die vroege tijden u drie keer te laat bent gekomen. U zegt nog vóór de ontslagaanvraag een elektrische fiets te hebben gekocht en hierdoor dus naar een ander station kunt fietsen, mocht uw trein niet gaan. U zegt hiermee altijd op tijd te kunnen komen en de onbetrouwbare tijden van het openbaar vervoer dus nu geen invloed meer zullen hebben. Wij hebben benadrukt dat wij dit niet verstandig vinden. U wilt dit echter wel. Wij zien dit nu dus als uw eigen keuze en als uw eigen verantwoordelijkheid. Dit beseft u.(…)”