2 De feiten
2.1.
Dancopter A/S is een helikopter-transportbedrijf dat voornamelijk in de offshore olie- en gasexploratie sector werkt. Dancopter A/S is 100% dochter van de Noorse helikopter-transportgroep Blueway. Dancopter A/S is het moederbedrijf van DanCopter Nederland B.V.
2.2.
[eiser] is op 30 augustus 2010 als helikopterpiloot in dienst getreden bij Dancopter A/S op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. Op de arbeidsovereenkomst is de DOP-cao, een (Deense) ondernemings-cao, van toepassing.
2.3.
Met ingang van 1 november 2010 is de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd omgezet in een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.
2.4.
[eiser] heeft de eerste twee jaar gewerkt vanuit de basis van Dancopter A/S in Lagos, Nigeria.
2.5.
In 2012 sloten NAM-Shell en Dancopter A/S een contract, waarbij DanCopter A/S werknemers van Shell zou vervoeren van en naar olieplatforms in de Noordzee. Dancopter A/S heeft hiervoor een basis opgericht in Den Helder en een basis in Norwich, Engeland. Voor Den Helder is de vennootschap DanCopter Nederland B.V. opgericht. Voor Norwich is de vennootschap DanCopter UK Ltd opgericht.
2.6.
Medio 2012 is [eiser] gevraagd voor het NAM-Shell-contract in Den Helder te vliegen. Na een maand vliegen vanuit Den Helder, werd [eiser] overgeplaatst naar de Dancopter basis in Norwich, waar hij in december 2012 naartoe is verhuisd.
2.7.
In een e-mail van [YYY] hoofd personeelszaken van Dancopter A/S d.d. 13 september 2012 is het volgende te lezen:
‘We have now finalized the transfer from your temporary Danish contract to your Dutch or English contract, depending on which base you have been employed on.
Your Danish contract – which you have signed with DanCopter – has been sent to a Dutch and an English lawyer respectively in order for them to go through this contract and change it to specific country’s standard contract in accordance with the country’s rules and regulations. The lawyers have been as true as possible to the original Danish contract.
The DOP agreement is still – and will at any time – be in force so there is no changes in that respect.
Your contract will be sent to you in a seperate, personal e-mail.
I kindly ask all of you to read the new contract, sign it, and return it to me.’
2.8.
[eiser] heeft de overeenkomst niet ondertekend en geretourneerd.
2.9.
Dancopter UK Ltd. heeft een sideletter opgesteld met als datum 5 december 2012. In deze sideletter staat onder meer het volgende:
‘As per today the two parties have entered an agreement concerning a sideletter to the employment contract commencing 1 st January 2013 on the below-mentioned terms and conditions:
2 ESSENTIAL CONDITIONS
2.1.
Reference is made to the essential conditions in accordance with the employment contract of 1 July 2012 which will continue to be in force.
(…)’
2.12.
[eiser] heeft deze sideletter wel ondertekend. In de aanhef van de sideletter wordt DanCopter Netherlands B.V. i.o. als ‘Employer’ aangemerkt.
2.13.
Op 16 april 2015 heeft NAM-Shell het contract met DanCopter A/S opgezegd, tegen 16 juli 2015.
2.14.
Dancopter Nederland B.V. heeft vervolgens op 24 april 2015 haar voornemen tot collectief ontslag van 18 piloten, waaronder [eiser], 8 technici en een base-manager bij het UWV gemeld. Op 8 mei 2015 heeft Dancopter Nederland B.V. officieel een ontslagaanvraag bij het UWV ingediend.
2.15.
Op 1 augustus 2015 zijn de bedrijfsactiviteiten van Dancopter Nederland B.V. beëindigd en is de basis te Den Helder gesloten.
2.16.
Bij beschikking van 25 augustus 2015 heeft het UWV aan Dancopter Nederland B.V. toestemming verleend om de arbeidsovereenkomst met [eiser] op te zeggen.
2.17.
Op 26 augustus 2015 heeft Dancopter Nederland B.V. de arbeidsovereenkomst met [eiser] opgezegd tegen 30 september 2015.
2.18.
In een brief van 22 oktober 2015 gericht aan Dancopter A/S, Dancopter Nederland en NHV, heeft de gemachtigde van [eiser] onder meer het volgende geschreven:
‘(…)
Tot mij hebben zich gewend de heer [werknemers], met het verzoek op te treden als hun juridisch gemachtigde.
Zij hebben mij verzocht uw cliënten aan te schrijven omdat zij achten dat uw cliënten met betrekking tot de recente opzegging van hun arbeidsovereenkomst en de wijze waarop deze heeft plaatsgevonden in gebreke zijn ten aanzien van hun contractuele verplichtingen als hun (ex)werkgever. Ik stuur u bij deze een kopie van de tekst van deze ingebrekestelling, integraal in deze brief verwerkt.
Mijn cliënten wensen met uw cliënten tot een minnelijke regeling te komen die hen compenseert voor de schade die zij hierdoor hebben geleden.
Enkele van mijn cliënten beroepen zich op de vernietigbaarheid van de opzegging, en wel op de volgende gronden. Ten eerste op grond van artikel 7 Wet melding collectief ontslag, wegens het niet naleven van de voorschriften zoals genoemd onder lid 1, onder b en onder c. Ten tweede op grond van kennelijke onredelijkheid en het feit dat DanCopter Nederland B.V. niet gerechtigd was om voor mijn cliënten een aanvraag ontslagvergunning in te dienen, daar zoals uitgebreid is betoogd in ons UWV verweer in alles behalve naam DanCopter A/S Denemarken de werkgever is. (…) Deze cliënten verzoeken uw cliënten dan ook de arbeidsrelatie en arbeidsovereenkomsten te herstellen.
Mijn andere cliënten wensen compensatie voor hun onregelmatige en onredelijke ontslag. Onregelmatig, daar uw cliënten niet erkennen dat de Deense cao ‘DOP’ van toepassing is op de arbeidsovereenkomsten van mijn cliënten en zij zodoende mijn cliënten de rechten daaruit voortvloeiend hebben ontzegd, waaronder het recht op een langere opzegtermijn van één maand – zes maanden in de meeste gevallen. Onredelijk, daar de DOP in zijn volledigheid van toepassing is, wat wij uitvoerig hebben aangetoond in onze UWV verweerschriften en waarnaar hier verwezen. Onredelijk, daar het ontslag mogelijk is gemaakt door een valse voorstelling van zaken, voorgewende redenen en onevenredig zware financiële gevolgen heeft voor mijn cliënten. Zij zijn namelijk, naast een aantal maanden meer opzegtermijn, ook vakantiegeld- en pensioenrechten ontzegd.
(…)
Stuiting van termijnen
Voor zover nodig, beroepen mijn cliënten zich op hun recht de verjaringstermijnen te stuiten van alle mogelijk in te dienen vorderingen, reeds genoemd en niet. Zij behouden zich ondubbelzinnig het recht voor om nakoming van de verplichtingen van uw cliënten voorgeschreven in en voortkomend uit de arbeidsovereenkomsten te vorderen.
(…)’
3 De vordering
3.1.
[eiser] vordert, na wijziging(en) van eis, dat de kantonrechter:
1. voor recht verklaart dat Dancopter A/S formeel werkgever is van [eiser] en dat [eiser] met Dancopter A/S een arbeidsovereenkomst heeft en dat deze niet rechtsgeldig is opgezegd, althans dat de opzegging van 26 augustus 2015 nietig is;
althans;
voor recht verklaart dat Noordzee Helikopters formeel werkgever van [eiser] is en hij met Noordzee Helikopters een arbeidsovereenkomst heeft, en dat deze niet rechtsgeldig is opgezegd, althans dat de opzegging van 26 augustus 2015 nietig is;
2. primair
Dancopter A/S veroordeelt tot het wedertewerkstellen van [eiser], bij voorkeur met standplaats Denemarken, en (met terugwerkende kracht) betalen van loon vanaf 1 oktober 2015, inclusief 1% vakantietoeslag en 12% pensioen, vermeerderd met de wettelijke verhoging wegens vertraging ex artikel 7:625 Burgerlijk Wetboek (BW) en de wettelijke rente vanaf de dag der opeisbaarheid tot aan voldoening;
3. subsidiair
Noordzee Helikopters tot het primair gevorderde te veroordelen, op grond van artikel 7:663 BW hoofdelijk, des dat als de een betaalt de ander bevrijd is;
4. meer subsidiair
indien geoordeeld wordt dat rechtsgeldig had mogen worden opgezegd, Dancopter A/S althans Noordzee Helikopters, althans ex 7:663 beiden hoofdelijk, te veroordelen tot voldoening van de [eiser] ontzegde rechten uit de toepasselijke DOP-cao, te weten:
- primair
herstel van de arbeidsovereenkomst per 1 oktober 2015 met loondoorbetaling retroactief vanaf die datum, inclusief 1% vakantietoeslag en 12% pensioen, en;
- subsidiair
schadevergoeding in de vorm van een gederfde 5 maanden opzegtermijn en vakantietoeslag, in de totale som van € 76.250,99;
- primair en subsidiair
de wettelijke verhoging en rente vanaf de dag der opeisbaarheid tot aan voldoening
5. gedaagden te veroordelen in de kosten van deze procedure.
3.2.
[eiser] legt aan de primaire vordering ten grondslag – kort weergegeven – dat [eiser] in dienst is (gebleven) van Dancopter A/S. [eiser] heeft nooit ingestemd met de overheveling van zijn arbeidscontract naar een andere entiteit dan Dancopter A/S. De opzegging door Dancopter Nederland B.V. sorteert geen effect want zij was niet de werkgever en kon derhalve de arbeidsovereenkomst met [eiser] niet opzeggen. Dancopter A/S is als werkgever gehouden (met terugwerkende kracht vanaf 1 oktober 2015) het loon van € 11.659,19 bruto per maand, inclusief 1% vakantietoeslag en 12% pensioen, te voldoen en [eiser] weer in staat te stellen zijn werkzaamheden uit te voeren.
3.3.
Aan de subsidiaire vordering legt [eiser] ten grondslag dat Noordzee Helikopters gehouden is [eiser] zijn loon en bijkomende vergoedingen door te betalen met terugwerkende kracht vanaf 1 oktober 2015 en [eiser] weer te werk te stellen. Noordzee Helikopters heeft immers het Dancopter concern, inclusief Dancopter Nederland B.V. op 19 december 2014 overgenomen, hetgeen maakt dat het bepaalde in artikel 7:662 lid 2 en 3 BW (oud) over overgang van onderneming van toepassing is en dat de rechten en plichten uit de arbeidsovereenkomst zijn overgegaan op Noordzee Helikopters.
3.4.
Aan de meer subsidiaire vordering legt [eiser] ten grondslag dat ingeval het oordeel luidt dat Dancopter Nederland B.V. de entiteit was die bevoegd was de arbeidsovereenkomst op te zeggen, Dancopter Nederland B.V. gehouden was bij die opzegging de bepalingen uit de DOP-cao toe te passen. Op grond van de DOP-cao dient Dancopter Nederland B.V. rekening te houden met de anciënniteitsregeling, wat betekent dat [eiser] niet in aanmerking zou komen voor ontslag. Daarom dient – primair - de arbeidsovereenkomst (de kantonrechter begrijpt: met Dancopter A/S of Noordzee Helikopters) hersteld te worden.
3.5.
Bovendien had een langere opzegtermijn (van zes maanden in plaats van één maand) in acht moeten worden genomen. Tot slot heeft [eiser] op grond van artikel 7.1.7 van de DOP-cao recht op een additionele vakantietoeslag van 12,5% en 12% pensioenopbouw over het brutosalaris (artikel 8.3.4. DOP-cao). Subsidiair heeft [eiser] dus recht op een schadevergoeding van € 76.250,99 (vijf maanden opzegtermijn inclusief 12,5% vakantietoeslag en 12% pensioen ad € 72.578,09) en te weinig uitgekeerde vakantietoeslag van € 3.672,90.
3.6.
Omdat zowel Dancopter A/S en Noordzee Helikopters als opvolgend werkgever van Dancopter Nederland B.V. zijn aan te merken, zijn zij beiden hoofdelijk aansprakelijk voor de voldoening van de meer subsidiaire vorderingen.
4 Het verweer
4.1.
Dancopter A/S en Noordzee Helikopters betwisten de vordering. Zij voeren aan – samengevat – dat Dancopter A/S door de opeenvolgende arbeidsovereenkomsten geen werkgever meer is. Dancopter Nederland B.V. moet als werkgever aangemerkt worden en zij heeft de arbeidsovereenkomst met [eiser] met toestemming van het UWV opgezegd.
4.2.
Er is ook geen sprake van dat Noordzee Helikopters als opvolgend werkgever dient te worden beschouwd. Er is geen sprake van overgang van onderneming; er is slechts een aandelenoverdracht geweest.
4.3.
Het afspiegelingsbeginsel is niet geschonden. Het voltallige personeel van Dancopter Nederland B.V. is naar aanleiding van de beëindiging van de bedrijfsactiviteiten voorgedragen voor ontslag; er behoefde dus niet afgespiegeld te worden.
4.4.
Dat Dancopter Nederland B.V. en Dancopter UK Ltd. opereerden onder de AOC (een Europees certificaat waarover elk luchtvaartbedrijf in Europa dient te beschikken) van Dancopter A/S maakt niet dat er sprake is van de overgang van onderneming. De rechten en verplichtingen uit de arbeidsovereenkomst tussen Dancopter A/S en [eiser] zijn derhalve niet overgegaan op Dancopter Nederland B.V.
4.5.
Omdat er geen sprake is van een overgang van onderneming, is noch Dancopter A/S, noch Noordzee Helikopters aansprakelijk voor de gestelde geleden schade van [eiser] als gevolg van een (verondersteld) bevoegd gedane opzegging door Dancopter Nederland B.V.
4.6.
Wat betreft de uitkering vakantiebijslag van 12,5% (in plaats van de 9% die aan hem is uitbetaald, zoals Dancopter A/S/ stelt) geldt dat alleen werknemers die met pensioen gaan, recht hebben op deze uitkering. [eiser] is niet met pensioen gegaan en kan dus geen aanspraak maken op deze uitkering. Wat betreft het pensioen geldt dat dit, met instemming van [eiser], is ondergebracht bij de Nederlandse pensioenverzekeraar BeFrank en dat de opbouw daarvan is onderworpen aan de Nederlandse pensioen- en fiscale wetgeving, zodat [eiser] geen recht heeft op een uitkering van 12%.
4.7.
De brief van 22 oktober 2015 kan niet gezien worden als een vernietiging van de opzegging omdat uit die brief niet blijkt wie van de negen werknemers namens dewelke de brief is geschreven, een beroep op de vernietigbaarheid doen. Bovendien is de brief van na 1 juli 2015 en gelet op de bepalingen uit de Wet werk en zekerheid (Wwz) is een vervaltermijn van twee maanden van kracht, die op 22 oktober 2015 reeds was verstreken.
5 De beoordeling
5.1.
Door de vestigingsplaats van Dancopter A/S en Noordzee Helikopters en de woonplaats van [eiser] heeft deze zaak internationale aspecten. De kantonrechter zal eerst beoordelen of hem rechtsmacht toekomt, en zo ja, welk recht van toepassing is.
Rechtsmacht
5.2.
De kantonrechter oordeelt ten aanzien van Dancopter A/S als volgt. De EEX-1 en II -Vo zijn in al hun onderdelen verbindend en rechtstreeks toepasselijk in alle lidstaten met uitzondering van Denemarken. De Verordeningen gelden derhalve niet rechtstreeks voor Denemarken. Bij Besluit 2006/325/EG heeft de EG een verdrag gesloten met Denemarken, dat de toepassing van Brussel 1 Verordening (EG) nr. 44/2001 in Denemarken verzekert. De kantonrechter komt op basis van artikel 19 van laatstgenoemde verordening rechtsmacht toe omdat [eiser] stelt een arbeidsovereenkomst met Dancopter A/S te hebben en de werkzaamheden in Nederland zijn uitgeoefend.
5.3.
De kantonrechter oordeelt ten aanzien van de in België gevestigde Noordzee Helikopters als volgt. Het betreft hier een burgerlijke- of handelszaak in de zin van artikel 1 van de Verordening (EU) Nr. 1215/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (hierna: EEX II-Vo) en de vorderingen zijn ingesteld na 10 januari 2015. België is lidstaat. Nu volgens [eiser] sprake is van werkgeverschap bij zowel Dancopter A/S als Noordzee Helikopters en de werkzaamheden in Nederland zijn uitgeoefend, acht de kantonrechter zich bevoegd kennis te nemen van de vorderingen op grond van artikel 21 van EEX II-Vo.
5.4.
De vorderingen vinden hun grondslag in de gestelde arbeidsrechtelijke verhoudingen tussen [eiser] en Dancopter A/S dan wel Noordzee Helikopters. Op 17 december 2009 is de Verordening (EG) nr. 593/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst (Rome I) in werking getreden. De kantonrechter oordeelt ten aanzien van de in lidstaat België gevestigde Noordzee Helikopters als volgt. Op grond van artikel 8 van Rome I is Nederlands recht toepasselijk: de overeenkomst wordt beheerst door het recht van het land waar of, bij gebreke daarvan, van waaruit de werknemer ter uitvoering van de overeenkomst gewoonlijk zijn arbeid verricht.
5.5.
Ten aanzien van Dancopter A/S geldt het volgende. Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van het Protocol betreffende de positie van Denemarken, dat is gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, neemt Denemarken niet deel aan de aanneming van deze verordening, die derhalve niet verbindend is voor, noch van toepassing op Denemarken. Op de vordering van [eiser] is Rome I dan ook niet rechtstreeks van toepassing. Op grond van artikel 10:154 van het BW zijn de bepalingen van Rome I echter van overeenkomstige toepassing. Zoals onder 5.4. is bepaald is op grond van artikel 8 van Rome I Nederlands recht van toepassing op de vordering tegen Dancopter A/S.
Wijziging eis
5.6.
Gedaagden hebben bezwaar gemaakt bezwaar tegen de wijziging van eis. Zij stellen dat de eiswijziging een reactie is op hetgeen in de conclusie van antwoord namens gedaagden naar voren is gebracht en dat ook de voorgestelde aanpassingen in de dagvaarding (punten 46, 47 en 58) slechts een inhoudelijke reactie op de conclusie van antwoord vormen. Dit betekent volgens gedaagden dat de wijziging van eis en de aanvulling in de dagvaarding, slechts als een verkapte conclusie van repliek kunnen worden aangemerkt.
5.7.
Artikel 130 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering bepaalt dat zolang de rechter nog geen eindvonnis heeft gewezen, de eiser bevoegd is zijn eis of de gronden daarvan schriftelijk te veranderen of te vermeerderen. De gedaagde is bevoegd daartegen bezwaar te maken op grond dat de verandering of vermeerdering in strijd is met de eisen van een goede procesorde. Daarvan is sprake indien gedaagde door de wijziging van eis onredelijk wordt bemoeilijkt in zijn verdediging dan wel daardoor het geding onredelijk wordt vertraagd.
5.8.
De kantonrechter verwerpt het bezwaar van gedaagden. Gesteld noch gebleken is dat gedaagden door de wijziging van eis onredelijk worden bemoeilijkt in hun verdediging of dat het geding daardoor onredelijk wordt vertraagd. Omdat de voorgestelde wijzigingen in de dagvaarding gering van omvang zijn, waarop gedaagden nog hebben kunnen reageren op de zitting is er ook geen sprake van dat de wijziging anderszins in strijd is met de eisen van een goede procesorde.
Wie is werkgever?
5.9.
De vraag die beantwoord moet worden is wie als werkgever van [eiser] beschouwd moet worden. [eiser] stelt primair dat Dancopter A/S zijn werkgever is omdat hij daar in dienst is getreden en de arbeidsovereenkomst met Dancopter A/S nooit is beëindigd of omgezet in een arbeidsovereenkomst met een andere vennootschap als werkgever. Dat [eiser] in dienst is (gebleven) bij Dancopter A/S, is ook uitgemaakt door de kantonrechter in het vonnis van 19 oktober 2016. [eiser] wijst er voorts op dat zijn loon vanuit Denemarken door Dancopter A/S werd overgemaakt, hetgeen zijn stelling dat Dancopter A/S werkgever is, ondersteunt.
5.10.
Dancopter A/S heeft hiertegen ingebracht dat in het vonnis van de kantonrechter van 19 oktober 2016 is uitgemaakt dat Dancopter Nederland B.V. als werkgever van [eiser] heeft te gelden. Dancopter A/S wijst er voorts op dat tussen Dancopter Nederland B.V. en [eiser] een arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen, waar partijen ook uitvoering aan hebben gegeven. [eiser] heeft zijn werkzaamheden vanaf de basis in Den Helder verricht; zijn salaris werd in euro’s uitbetaald; conform de Nederlandse wetgeving zijn werkgevers- en werknemerspremies betaald; het pensioen van [eiser] is conform Nederlandse wetgeving bij een Nederlandse pensioenverzekeraar ondergebracht. Ook het UWV heeft geoordeeld dat Dancopter Nederland B.V. als werkgever van [eiser] aangemerkt moet worden. [eiser] heeft bovendien na de opzegging van zijn arbeidsovereenkomst (in Nederland) een werkloosheidsuitkering aangevraagd.
5.11.
De kantonrechter overweegt als volgt. De Hoge Raad heeft in zijn arrest ABN Amro/ Malhi (HR 5 april 2002, ECLI:NL:HR:2002:AD8186) overwogen dat het criterium geldt hoe partijen feitelijk uitvoering en aldus inhoud hebben gegeven aan hun arbeidsverhouding. Uitgangspunt is dat [eiser] in 2010 in dienst is getreden bij Dancopter A/S. In het dossier bevinden zich geen documenten waaruit onomstotelijk afgeleid kan worden dat op enig moment een wisseling van werkgever heeft plaatsgevonden. Er zijn immers geen door [eiser] ondertekende arbeidsovereenkomsten met Dancopter Nederland B.V. dan wel Dancopter UK Ltd. Hoewel uit de e-mails en de sideletters van Dancopter A/S geconcludeerd kan worden dat van haar kant de wens bestond om het arbeidscontract van [eiser] met Dancopter A/S om te zetten in een arbeidscontract tussen [eiser] en Dancopter Nederland B.V., heeft [eiser] onweersproken gesteld dat hij daarbij altijd uitdrukkelijk heeft gezegd dit niet te willen en in dienst te willen blijven bij Dancopter A/S. Deze stelling wordt ook ondersteund door het feit dat [eiser] ook geen andere arbeidsovereenkomst heeft ondertekend.
5.12.
Het enkele feit dat [eiser] de sideletter heeft ondertekend waarin Dancopter Nederland B.V. i.o. als werkgever (employer) staat vermeld, maakt dat niet anders. [eiser] heeft hierover gemotiveerd gesteld dat hij die sideletter enkel op verzoek van [YYY] heeft getekend in het kader van een standplaatswijziging van Norwich naar Den Helder. Daarbij komt dat [eiser] voordat hij vanuit Den Helder is gaan werken enige tijd (in dienst van Dancopter A/S) vanuit de basis van Dancopter A/S in Nigeria heeft gewerkt. Een wisseling van standplaats, zonder dat [eiser] in dienst trad bij een andere werkgever, was dus niet ongebruikelijk. Aan deze ondertekening hecht de kantonrechter dus geen doorslaggevende betekenis.
5.13.
Verder is van belang dat [eiser] de Deense nationaliteit heeft, en dat de inhoud en uitvoering van de werkzaamheden van [eiser] na juli 2012 niet zijn veranderd en dat ook zijn leidinggevende, de heer [ZZZ], dezelfde is gebleven. Vluchtroosters en schema’s werden vastgesteld vanuit Denemarken. Deze omstandigheden in aanmerking nemend is de kantonrechter van oordeel dat [eiser] ervan uit mocht gaan dat hij bij Dancopter A/S in dienst is gebleven. Daaraan kan onvoldoende afdoen dat het salaris in euro’s werd betaald en dat voor [eiser] conform de Nederlandse wetgeving werknemers- en werkgeverspremies zijn betaald. Ook de opbouw van het pensioen bij een Nederlandse pensioenverzekeraar doet daaraan onvoldoende af. Omdat gedaagden op de gemotiveerde betwisting van [eiser] dat hij een WW-uitkering heeft aangevraagd, niet meer gemotiveerd hebben gereageerd, zal aan het verweer van gedaagden op dit punt voorbijgegaan worden.
5.14.
Partijen nemen verschillende standpunten in over hetgeen in het vonnis van 19 oktober 2016 door de ambtgenoot-kantonrechter onder de punten 5.10, 5.11 en 5.16 is overwogen en beslist. De kantonrechter is van oordeel dat in voormeld vonnis geen beslissing is genomen over de vraag wie als werkgever van [eiser] heeft te gelden. De kantonrechter heeft slechts vastgesteld dat volgens eisende partijen Dancopter A/S werkgever is, zodat een vordering uit hoofde van de gestelde arbeidsovereenkomst tegen Dancopter Nederland B.V. dient te worden afgewezen. De gegeven verklaring voor recht dat ‘de cao in zijn geheel van toepassing is op de arbeidsovereenkomst van [eiser]’ is niet meer dan dat: de cao is van toepassing. Over de vraag wie werkgever is, is geen oordeel gegeven.
5.15.
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat Dancopter A/S als (materiele) werkgever van [eiser] aangemerkt moet worden. De gevorderde verklaring voor recht ten aanzien van Dancopter A/S is daarom toewijsbaar. Eveneens is toewijsbaar de gevorderde wedertewerkstelling. De voorkeur van [eiser] om in Denemarken tewerk gesteld te worden is op zich begrijpelijk, Dancopter A/S hoeft er echter geen gevolg aan te geven aangezien de functie van [eiser] enige flexibiliteit op dat punt vereist en [eiser] in het verleden zonder bezwaar op vele plekken in de wereld zijn werkzaamheden heeft verricht. De gevorderde doorbetaling van loon is eveneens toewijsbaar, met dien verstande dat geen plek is voor de gevorderde 1% extra vakantietoeslag en de toeslag pensioen van 12%. Dancopter A/S heeft aangevoerd dat de 1% extra vakantietoeslag inbegrepen is in de reeds uitbetaalde 9% vakantietoeslag. [eiser] is op dit verweer niet meer ingegaan, zodat het standpunt van Dancopter A/S op dit punt voor juist gehouden wordt. Waar het gaat om de gevorderde 12% pensioen stelt de kantonrechter vast dat [eiser] evenmin op het verweer van Dancopter A/S is ingegaan, zodat ook hier het standpunt van Dancopter A/S voor juist gehouden wordt.
5.16.
De kantonrechter ziet geen aanleiding om te bepalen dat betaling binnen een maand zal dienen te geschieden omdat in het Wetboek van burgerlijke rechtsvordering al is geregeld wanneer betaling na een veroordelend vonnis zal dienen plaats te hebben.
5.17.
De gevorderde wettelijke verhoging zal worden gemaximeerd tot 10%.
5.18.
De wettelijke rente is niet afzonderlijk betwist en daarom toewijsbaar.
5.19.
Al hetgeen [eiser] subsidiair en meer subsidiair vordert behoeft derhalve geen bespreking meer.
5.20.
De proceskosten komen voor rekening van gedaagden, omdat zij grotendeel ongelijk krijgen. Wel ziet de kantonrechter, gelet op de omstandigheid dat [eiser] drie keer zijn eis heeft gewijzigd, waar gedaagden iedere keer op hebben moeten reageren, aanleiding een punt in mindering te brengen op het salaris van de gemachtigde van [eiser].
6 De beslissing
6.1.
verklaart voor recht dat Dancopter A/S formeel werkgever is van [eiser] en dat [eiser] met Dancopter A/S een arbeidsovereenkomst heeft en dat deze niet rechtsgeldig is opgezegd;
6.2.
veroordeelt Dancopter A/S tot het wedertewerkstellen van [eiser] en (met terugwerkende kracht) betalen van loon van € 11.659,19 bruto per maand vanaf 1 oktober 2015, vermeerderd met de wettelijke verhoging wegens vertraging ex artikel 7:625 BW met een maximum van 10% en de wettelijke rente vanaf de dag der opeisbaarheid tot aan voldoening;
6.3.
veroordeelt Dancopter A/S tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van [eiser] tot en met vandaag vaststelt op:
dagvaarding € 80,42
griffierecht € 78,00
salaris gemachtigde € 800,00
6.4.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
6.5.
wijst de vordering voor het overige af.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.S. Reid en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter