2.4.
In het dossier bevinden zich onder meer de volgende stukken.
- een telefoonnotitie van Tijbout van 2 september 2009. Deze notitie behelst, voor zover van belang, het volgende:
“Tel. in cliënt. (…) Wil met spoed van de zaak af. (…) Graag op korte termijn contact met A&G opnemen om te zien of zij daartoe bereid zijn.
Aantal dingen spelen. Er ligt nog een verzoek om medische expertise te laten verrichten. Dat is eigenlijk noodzakelijk om (toekomstige) risico’s in beeld te brengen. Hoe lang duurt het voordat dat duidelijk is? Moet hij rekening houden met enkele maanden. Toelichting gegeven. Heeft hij geen tijd voor. Regel maar zonder expertise. Behelst groot risico! Als verzekeraar mee wil in alternatieve voorstel, zal dat vermoedelijk definitief zijn. Kan hij bij verslechtering niet meer op de zaak terug komen. Moet hij zich goed realiseren. Snapt hij, maar dat risico accepteert hij. Heeft nu dringend geld nodig.”
- een telefoonnotitie van Tijbout van 3 september 2009. Deze notitie behelst, voor zover van belang, het volgende:
“Tel in cliënt. Wil nog even spreken over alternatieve voorstel. Wat zijn dan mijn gedachten. Ik denk aan € 65.000. (…) Zit alleen wel risico aan. Als er snel geregeld moet worden, dan heb ik geen inzicht in toekomstige risico’s, daar is de expertise voor nodig. Als het letsel in de toekomst zou verslechteren, dan zou daar een probleem kunnen ontstaan aangezien ik verwacht dat RVS definitief wil regelen. Hij heeft geld dringend nodig. Neemt risico voor lief. Als er nu geregeld kan worden voor € 65.000 dan is hij akkoord. Heeft niet mijn voorkeur! Financiële nood mag geen reden zijn om toekomstige risico’s te verwaarlozen. Begrijpt hij, maar wil niet wachten op uitkomst expertise. Ik bevestig per korte brief.”
- een brief van Tijbout aan [eiser] van 3 september 2009. Deze brief behelst, voor zover van belang, het volgende:
“Geachte heer [eiser],
Wij spraken elkaar vandaag opnieuw telefonisch.
U heeft aangegeven met spoed tot een afwikkeling in uw dossier te willen komen, vanwege een met uw broer op te starten bedrijfje. Hiervoor dient u over een startkapitaal te beschikken.
Wij bespraken een aantal mogelijkheden, waarbij ik tot een slotbetaling van € 65.000 kom. Daarbij heb ik u wel gewezen op de risico’s die er bestaan, als u nu zou willen regelen. Er heeft nog geen medische expertise plaatsgevonden, dus de exacte omvang en risico’s met betrekking tot het door u opgelopen risico zijn niet bekend. Als er al een risico op verslechtering van uw medische situatie bestaat, dan kan daarover nu niets zinnigs gezegd worden.
U heeft laten weten niet over te willen gaan tot een dergelijk onderzoek en te kiezen voor een snelle, pragmatische afwikkeling. De toekomstige risico’s neemt u daarbij voor lief. U heeft mij mondeling bevestigd op de hoogte te zijn van de consequenties van uw beslissing. Op uw uitdrukkelijk verzoek zal ik het voorstel nu voorleggen aan Andriessen.”
- een brief van Tijbout aan [eiser] van 28 september 2009. Deze brief behelst, voor zover van belang, het volgende:
“(…) In het verlengde van de met u gemaakte afspraken zend ik u bijgaand een van de verzekeringsmaatschappij van de tegenpartij ontvangen vaststellingsovereenkomst en belastinggarantie, in tweevoud. (…)
Voor de goede orde meld ik nog even, dat de vaststellingsovereenkomst, eenvoudig gezegd, betekent dat u akkoord gaat met de vermelde schadebedragen en dat het dossier voor eens en altijd wordt gesloten. U kunt er in de toekomst niet meer op terugkomen.”
2.5.
[eiser] heeft na bemiddeling van Tijbout op 29 september 2009 een vaststellingsovereenkomst getekend met RVS, waarbij [eiser], kort gezegd, akkoord gaat met een slotbetaling van € 65.000,- tegen finale kwijting. Letterlijk:
“Beide partijen verklaren, ieder voor zichzelf, alle goede en kwade kansen en gevolgen van de onderhavige minnelijke regeling te aanvaarden en deswege uitdrukkelijk afstand te doen van ieder beroep op toekomstige of reeds ingetreden aan hen al of niet bekende feiten of omstandigheden te ener of te anderer zijde, welke ook, die anders invloed zouden kunnen hebben op de omvang van de aansprakelijkheid of op de omvang van de door het ongeval veroorzaakte schade.”