De moeder heeft in het verweerschrift tevens zelfstandig verzoek het volgende gesteld. Partijen hebben ongeveer zes maanden een affectieve relatie met elkaar gehad, waarbij zij niet hebben samengewoond. Toen de moeder vier à vijf maanden zwanger was, zijn partijen uit elkaar gegaan. Tot het einde van de zwangerschap heeft moeder niets meer van de vader gehoord. Sinds de minderjarige ongeveer drie maanden oud is hebben partijen geen enkel contact meer met elkaar. Er heeft bewust geen erkenning door de vader plaatsgevonden, omdat de vader nooit betrokken is geweest. De vader heeft een cocaïneverslaving. Toen de moeder net bevallen was van de minderjarige heeft zij de vader daarvan op de hoogte gesteld. De vader is toen twee à drie keer langs geweest, maar hij verviel al snel weer in zijn kenmerkende gedrag in die zin dat de vader ruzie zocht met de moeder en zo gefocust was op de strijd met de moeder dat hij de minderjarige uit het oog verloor. Tijdens één van deze bezoeken eiste de vader dat hij de minderjarige zou mogen erkennen en dat de minderjarige ook zijn achternaam zou dragen. De moeder wilde echter eerst zien dat de vader stabiel zou kunnen blijven. Hierna zijn de bezoeken door toedoen van de vader gestopt. Tijdens de zwangerschap is de vader naar Zuid-Afrika gegaan voor behandeling van zijn drugsverslaving, hetgeen niet heeft geholpen. De vader vervalt steeds weer in zijn oude gedrag, hetgeen de moeder herkent door agressief gedrag van de vader en doordat hij met regelmaat “van de aardbodem verdwijnt”. Hij is dan volledig onbereikbaar. Nadat de bezoeken van de vader waren gestopt heeft hij de moeder nog lastiggevallen en bedreigingen geuit. Toen de minderjarige ongeveer een week oud was is de vader de moeder in het bijzijn van de minderjarige aangevlogen. Daarna heeft de vader zich enige tijd teruggetrokken. Toen de minderjarige ongeveer drie maanden oud was, heeft de vader door bemiddeling van de eerdere ex-partner van de moeder de mogelijkheid gekregen om de minderjarige in het huis van de ex-partner van de moeder te komen bezoeken. De vader is twee à drie keer komen opdagen en heeft het daarna weer voor gezien gehouden. Sindsdien is van de vader niets meer vernomen. De minderjarige vormt met de moeder en zijn oudere halfzus een gezin. Het gaat goed met de minderjarige en hij gaat mee in de omgang tussen zijn halfzus en haar vader. De vader zou pas weer gedetineerd zijn geweest. De exploitatie van de snackbar heeft tot niets geleid, omdat de vader niet over de vereiste vergunning(en) zou beschikken. De vader is de biologische vader van de minderjarige, maar zonder dat de vader bijkomende omstandigheden heeft gesteld, is dit onvoldoende om family life aan te nemen. Er is nooit sprake geweest van een voorgenomen gezinsleven en na de geboorte is er nimmer een band tussen de minderjarige en de vader ontstaan. De vader heeft geen verzoek tot vervangende toestemming erkenning ingediend. Er is derhalve geen sprake van family life en evenmin van voorgenomen family life (intended family life). Hoewel de moeder de vader daartoe de ruimte heeft geboden, is het de vader die zich heeft teruggetrokken en een onstabiel leven leidt. Er is onvoldoende gebleken van een serieuze en aantoonbare interesse van de vader voor betrokkenheid bij de minderjarige.
Met betrekking tot de omgangsregeling is er sprake van één van de ontzeggingsgronden. Omgang levert ernstig nadeel op voor de geestelijke of lichamelijke ontwikkeling van de minderjarige dan wel is de vader ongeschikt of kennelijk niet in staat tot omgang dan wel is omgang anderszins in strijd met de zwaarwegende belangen van de minderjarige. Ook betekent omgang een ernstige verstoring van het huidige bestendige gezinsleven van de minderjarige. De vader is voor hem een onbekende. Het is van groot belang dat er geen onrust wordt veroorzaakt. De moeder wenst de minderjarige te behoeden voor nieuwe teleurstellingen. De moeder kent de thuissituatie van de vader niet en omdat de minderjarige nooit bij de vader heeft verbleven is de verzochte omgangsregeling dan ook veel te snel van opbouw. De moeder heeft geen vertrouwen in de vader.
Ter zitting heeft de moeder nog het volgende meegedeeld. De vader wilde samenwonen, maar dat is niet uitgebreid besproken. De moeder denkt dat de vader wel betrokken wilde worden bij het leven van de minderjarige. De vader moet blij zijn dat hem een kans is geboden, maar daarmee is de moeder gestopt, omdat de vader door het lint ging toen de moeder zei dat het een keer niet uit kwam. Er is sprake geweest van zeer summier en zeer onregelmatig contact tussen de vader en de minderjarige. Dit is echter volstrekt onvoldoende om family life of private life aan te nemen. Aanvankelijk heeft de moeder het door de vader van de vader betaalde geld geaccepteerd, omdat ze financieel krap zat. Toen de vader zei dat hij, omdat voor de minderjarige werd betaald, recht had op omgang, heeft de moeder het geld teruggestort. Nadien heeft de vader ook zelf geld betaald, maar ook dat heeft de moeder teruggestort. De moeder heeft geen spullen van de vader gekregen.