RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Team Straf, locatie Haarlem
Meervoudige strafkamer
Parketnummer: 15/870472-17 (P)
Uitspraakdatum: 29 oktober 2020
Tegenspraak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 15 oktober 2020 in de zaak tegen:
[verdachte]
,
geboren op [geboortedatum] 1973 te [geboorteplaats] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres] .
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie
mr. D. Sarian en van hetgeen verdachte en zijn raadsman, mr. F.A.J.H. de Lugt, advocaat te Amsterdam, naar voren hebben gebracht.
1 Tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
Feit 1 primair:
hij op of omstreeks 09 februari 2017 te Lelystad en/of te Lijnden, gemeente Haarlemmermeer, en/of te Arnhem en/of in elk geval in Nederland, opzettelijk, de eer en/of de goede naam van [aangeefster] en/of [aangever] heeft aangerand, door tenlastelegging van een bepaald feit, met het kennelijke doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, door middel van afbeeldingen verspreid, openlijk tentoongesteld of aangeslagen, door:
- ( een) afbeelding(en), te weten: een filmbestand/filmpje, waarin [aangever] urineert in de mond van [aangeefster] op de (openbare) vk.com profielpagina van Eendevanger.nl te plaatsen, althans op het internet te plaatsen;
Feit 1 subsidiair:
hij op of omstreeks 09 februari 2017 te Lelystad en/of te Lijnden, gemeente Haarlemmermeer, en/of te Arnhem en/of in elk geval in Nederland, opzettelijk [aangeefster] en/of [aangever] in het openbaar bij afbeelding, heeft beledigd, door:
- ( een) afbeelding(en), te weten: een filmbestand/filmpje, waarin [aangever] urineert in de mond van [aangeefster] op de (openbare) vk.com profielpagina van Eendevanger.nl te plaatsen, althans op het internet te plaatsen;
Feit 2:
hij op of omstreeks 09 februari 2017 te Lelystad en/of in elk geval in Nederland, opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op het auteursrecht van een ander, te weten:
het auteursrecht van [aangever] op een filmbestand/filmpje, waarin [aangever] urineert in de mond van [aangeefster] , immers heeft hij, verdachte, opzettelijk (zonder toestemming van de rechthebbende(n)) voornoemd filmbestand/filmpje op de (openbare) vk.com
profielpagina van Eendevanger.nl geplaatst, althans op het internet geplaatst;
Feit 3:
hij op of omstreeks 09 februari 2017 te Lelystad en/of in elk geval in Nederland, zonder daartoe gerechtigd te zijn een portret, te weten:
een filmbestand/filmpje waarin [aangever] urineert in de mond van [aangeefster] , in het openbaar ten toon heeft gesteld of op andere wijze openbaar heeft gemaakt, door voornoemd filmbestand/filmpje op de (openbare) vk.com profielpagina van Eendevanger.nl te plaatsen, althans op het internet te plaatsen.
4 Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten
Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1:
belediging
Ten aanzien van feit 2:
het opzettelijke inbreuk maken op een anders auteursrecht
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden waardoor de wederrechtelijkheid aan het bewezenverklaarde zou ontbreken. Het bewezenverklaarde is dus strafbaar.
7 Toepasselijke wettelijke voorschriften
De volgende wetsartikelen zijn van toepassing:
14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 57, 266 van het Wetboek van Strafrecht.
31 van de Auteurswet.
8 Beslissing
De rechtbank:
verklaart het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde feit;
verklaart bewezen dat verdachte de onder 1 subsidiair en 2 ten laste gelegde feiten heeft begaan zoals hiervoor onder 3.4 weergegeven;
verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt hem daarvan vrij;
bepaalt dat de onder 1 subsidiair en 2 bewezen verklaarde feiten de hierboven onder 4 vermelde strafbare feiten opleveren;
verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
veroordeelt verdachte tot het verrichten van 50 uren taakstraf die bestaat uit het verrichten van onbetaalde arbeid, bij het niet of niet naar behoren verrichten daarvan te vervangen door 25 dagen hechtenis, met bevel dat deze straf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat verdachte voor het einde van de op één jaar bepaalde proeftijd zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum
Dit vonnis is gewezen door:
mr. H. Brouwer, voorzitter,
mr. F.W. van Dongen en mr. A.M. Koolen-Zwijnenburg, rechters,
in tegenwoordigheid van de griffier mr. R. Winter,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 29 oktober 2020.
mr. A.M. Koolen-Zwijnenburg is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.